Brandbrief raadsleden Enschede om aanvullende uitkering
De voltallige politiek in Enschede trekt aan de bel bij de Tweede Kamer. Als de regels niet soepeler worden, dreigt een groot financieel drama voor de stad.
Alle raadsleden van de gemeenteraad in Enschede hebben een brandbrief ondertekend aan de leden van de Tweede Kamer. Ze willen een soepeler regime voor wat betreft de aanvulling op de bijstandsbudgetten omdat de gemeente grote problemen kent en - als het regime niet soepeler wordt - deze nóg veel groter zullen worden.
Alle politieke stromingen
Enschede is de laatste weken veelvuldig in het nieuws als het gaat om het bijstandbeleid en de tekorten die de bijstandsuitkeringen op de begroting veroorzaken. Ook de rol van wethouder Patrich Welman (sociale zaken) wordt daarbij belicht. De raadsfracties benadrukken in de brief dat de oproep wordt gedaan vanuit 'alle politieke stromingen, sociaal, liberaal, christelijk en lokaal, allen met hart voor de stad en alle betrokken inwoners van Enschede'.
18,5 procent werklozen
De situatie op de arbeidsmarkt in Enschede is anders dan elders in het land, schrijven de raadsleden. Daar waar in de rest van het land de economie langzaam weer op gang komt, ligt die in de hoofdstad van Twente nog volledig op z’n gat. De werkloosheid bedraagt er inmiddels 18,5 procent en lijkt zich nog niet te stabiliseren. Het aantal mensen in de bijstand is ook flink gegroeid en groeit nog steeds. Het aantal vacatures bedraagt ongeveer 900 terwijl er ruim 12 duizend werkzoekenden zijn. Gevolg van deze cijfers is dat de gemeente onvoldoende budget heeft om de uitkeringen te betalen. Dat tekort moet de gemeente zelf bijpassen. Daarom is er een aanvulling op het uitkeringsbudget (MAU) aangevraagd.
Strenger handhavingsbeleid
Om voor die MAU in aanmerking te komen moet Enschede wel aan een aantal voorwaarden voldoen. Ondanks een strenger handhavings- en instromingsbeleid - zoals de omstreden zoekperiode van 4 weken - gaat dat de gemeente niet lukken, schrijven de raadsleden. Als het rijk Enschede niet tegemoet komt, vreest de gemeente een aantal zeer impopulaire maatregelen te moeten nemen om binnen de gestelde voorwaarden te blijven en de instroom in de bijstand te beperken. Eén daarvan is het invoeren van een verplichting om pensioenen vervroegd te verzilveren. Staatssecretaris Klijnsma heeft hierover al gezegd dat ze er ‘niet enthousiast’ over is en zal binnenkort een gesprek met de gemeente hierover voeren.
Onwenselijke situaties en tegenstellingen
Andere maatregelen die mogelijk genomen worden is het strenger sanctioneren als iemand een baan binnen anderhalf uur reistijd niet accepteert, het verlagen van de grens voor verplichting van de verkoop van een eigen woning (van 100 duizend naar 60 duizend euro overwaarde) en het verlagen van de schoolverlatersnorm voor alleenstaanden. De gemeente benadrukt dat deze maatregelen ervoor kunnen zorgen dat 'sociaal zeer onwenselijke situaties en tegenstellingen in onze stad' kunnen veroorzaken.
Geen sluitende begroting
De gemeente vraagt de Kamer daarom een MAU te krijgen op basis van reële mogelijkheden om de werkgelegenheid te beïnvloeden. Ook wil ze voorkomen dat doordat de korting op de MAU een te hoge druk op de begroting van de gemeente legt waardoor deze geen meerjarig sluitende begroting meer kan maken. Ten slotte vragen de raadsleden dat Enschede niet gedwongen wordt te bezuinigen op uitkeringen en dat ze kan blijven voldoen aan de minimale sociale randvoorwaarden voor bijstandsgerechtigden.
In andere landen, bijvoorbeeld Finland, is te zien hoe kapitaal krachtiger inwoners zich financieel strategisch vestigen in gemeenten met weinig sociale problematiek en dus in gemeenten met weinig financiele problemen. De minder kansrijke bevolking blijft achter en wordt geacht solidair te zijn. Dat kan niet.
Gemeenten zijn verantwoordelijk geworden voor de mensen die het niet lukt het hoofd financieel boven water te houden, maar hebben nauwelijks reele invloed om in hun regio meer kansen - lees: banen - te creeren.
Ik zou een grootvoorstander zijn van (re)centralisatie van de verantwoordelijkheid voor uitkeringen, zodat in Wassenaar, Blaricum en Enschede dezelfde rechten en plichten gelden en zodat iedereen in Nederland net zo solidair is met mensen die het minder hebben. Dat leidt tot de gedachte dat het verdeelmodel niet per gemeente moet verdelen, maar per uitkeringsgerechtigde. En tot de gedachte dat de gemeente geen risico zou moeten lopen, maar op dit terrein slechts een uitvoeringsinstantie is.