Advertentie
sociaal / Nieuws

Een derde ontvangt stapelfacturen voor eigen bijdrage Wmo

Met de afschaffing van het Wmo-abonnementstarief vreest de Rekenkamer dat het aantal zal toenemen.

15 mei 2024
Oude man met geld en papieren
Shutterstock

Bijna één op de drie inwoners met Wmo- of Wlz-zorg wordt geconfronteerd met stapelfacturen. Dit houdt in dat de eigen bijdragen voor meerdere maanden tegelijk in rekening wordt gebracht. Vaak hebben kwetsbare mensen hiermee te maken. Stapelfacturen kunnen leiden tot financiële onzekerheid en betalingsproblemen, maar de minister van VWS heeft daar geen zicht op. 

Beleidsadviseur Economische Zaken

Gemeente Heemstede
Beleidsadviseur Economische Zaken

Adviseur Mobiliteit en Verkeer

Gemeente Den Haag
Adviseur Mobiliteit en Verkeer

De Algemene Rekenkamer deed onderzoek naar het aantal mensen dat stapelfacturen ontvangt. Die rapportage geeft een ander beeld van hoe groot het probleem is dan wat de VWS-minister weet. Zo ontvingen in 2022 ruim 200.000 mensen een stapelfactuur voor hulp via de Wmo. Dat is ruim 32 procent van het totaal aantal Wmo-gebruikers. Bij de Wlz gaat het om ruim 125.000 mensen. Ruim een miljoen Nederlanders betaalt elk jaar eigen bijdragen voor langdurige zorg.

Afgesproken termijnen

Stapelfacturen ontstaan om meerdere redenen. Een ‘ingebakken’ oorzaak zijn de afgesproken doorlooptijden. Gemeenten en zorgkantoren hebben een maand om gegevens aan te leveren bij het Centraal Administratie Kantoor (CAK), dat gaat over de berekening en inning van de eigen bijdrage. Het CAK verzamelt daarna extra gegevens bij de Basisregistratie Personen, de Belastingdienst en/of het UWV en de Sociale Verzekeringsbank. ‘Daardoor lukt het niet altijd om binnen een maand nadat iemand zorgt ontvangt, een rekening voor de eigen bijdrage te sturen. Ook dat leidt tot rekeningen voor meerdere maanden tegelijk’, constateert de Rekenkamer.

Daarbij kan het gebeuren dat de afgesproken termijnen niet worden gehaald, of dat een fout is gemaakt bij het aanleveren van gegevens aan het CAK. Dat betekent dat meerdere maanden zorg in een keer in rekening worden gebracht, wat leidt tot een stapelfactuur. 

Maatregelen

De minister van VWS heeft al in 2018 aangegeven stapelfacturen een serieus probleem te vinden. Vanaf 2019 zijn er verschillende maatregelen genomen. Zo is de termijn voor het aanleveren van gegevens door gemeenten ingekort tot een maand. Toch blijven grote groepen burgers stapelfacturen ontvangen, ziet de Rekenkamer. Het gaat vaak om kwetsbare mensen die extra veel last van financiële onzekerheid kunnen hebben. Denk aan mensen met een beperking of ouderen die permanente zorg nodig hebben.  

Inkomensafhankelijke eigen bijdrage

Met dit in het achterhoofd is de Rekenkamer niet te spreken over de geplande afschaffing van het huidige Wmo-abonnementstarief. Het kabinet wil vanaf 2026 een eigen bijdrage invoeren die afhankelijk is van het inkomen en vermogen van de zorgontvanger. De Rekenkamer verwacht echter dat hierdoor het uitvoeringsproces ‘complexer’ wordt. Alleen al omdat het CAK voor het bepalen van de hoogte van de eigen Wmo-bijdrage meer gegevens nodig heeft. Dat betekent ‘automatisch’ dat het nieuwe uitvoeringsproces ‘gevoeliger is voor fouten en vertragingen’. ‘In de nieuwe situatie ontvangen burgers mogelijk nog meer stapelfacturen’, vreest de Rekenkamer.

Burgers in de knel

Ook de Nederlandse zorgautoriteit (NZa) vraagt aandacht voor een zorgvuldige invoering van het nieuwe systeem. Haar zorg is dat burgers tijdens de invoering van het nieuwe systeem in de knel komen. Dat is namelijk eerder gebeurd, bij de invoering van het Wmo-abonnementstarief in 2020. Toen ontstonden er grote hoeveelheden stapelfacturen vanwege het feit dat het CAK enkele maanden niet kon factureren.

De Rekenkamer vindt het belangrijk dat de minister de informatie over stapelfacturen op orde heeft voordat de nieuwe plannen worden ingevoerd.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie