Deelmobiliteit nog te weinig inclusief
Veel doelgroepen ervaren belemmeringen bij het gebruik van deelvervoer. Aanbieders signaleren een gebrek aan kennis en middelen.
Deelmobiliteit is onvoldoende inclusief. Dat blijkt uit onderzoek door Ideate. Grote groepen inwoners ervaren financiële, fysieke en cognitieve belemmeringen die hen ervan weerhouden om gebruik te maken van voorzieningen als deelscooters. Inclusieve deelmobiliteit is voor particuliere aanbieders vaak niet winstgevend.
Werkgroep
Demissionair staatssecretaris Vivianne Heijnen schrijft in een brief aan de Kamer dat er binnen het Samenwerkingsprogramma Deelmobiliteit inmiddels een werkgroep inclusiviteit is opgericht. Het kabinet vindt de toegankelijkheid van deelmobiliteit belangrijk, omdat het steeds essentiëler wordt voor de bereikbaarheid. Deelvoertuigen worden dan ook vaak genoemd als alternatief voor krimpende OV-voorzieningen.
Verschillende belemmeringen
Dat werkt niet als niet iedereen toegang heeft tot die voorzieningen. Uit het onderzoek van Ideate blijkt onder andere dat mensen met een beperking grote belemmeringen ervaren in het gebruik van deelmobiliteit. Digitale vaardigheden spelen vaak een rol. Veelal is er een telefoonapp nodig om van een deelvoertuig gebruik te maken. Daarnaast zijn er vrijwel geen voertuigen beschikbaar die zijn aangepast op mensen met een fysieke beperking.
Geld
Daarbij maken persoonlijke financiën soms een flink obstakel. Niet alleen is het gebruik van deelmobiliteit voor sommige mensen te duur, ook geven groepen inwoners aan geen gebruik te maken van voorzieningen als deelauto’s uit angst voor het creëren van dure schade. Verder is de bekendheid van deelmobiliteit beperkt in rurale gebieden en onder mensen met weinig toegang tot (moderne) media.
Overlast
Veel gemeenten worstelen met deelmobiliteit. Niet alleen op het gebied van inclusiviteit, maar ook wat betreft ruimtelijke inpassing en overlast. De demissionair staatssecretaris relativeert de overlast (het gaat maar om 12.500 deelscooters ten opzichte van 1,1 miljoen reguliere bromfietsen en scooters) en stelt dat de meldingsbereidheid van overlast van deelscooters hoger lijkt dan bij privé-scooters. Toch geven gemeenten aan dat een eenduidig handelingskader op prijs wordt gesteld.
Landelijk beleid
Daarbij denken gemeenten aan zaken als beleidskaders door en harmonisering door landelijke regelgeving, kennisdeling en, aandacht voor het stimuleren van deelmobiliteit. Ook stellen zij in gesprekken met het rijk dat het maken van afspraken met aanbieders van deelmobiliteit van groot belang is. Die aanbieders geven op hun beurt aan dat ze welwillend zijn maar onvoldoende kennis hebben om de inclusiviteit van hun producten te vergroten.
Geen sluitende business case
‘Voertuigen en digitale middelen worden vaak wel getest, maar slechts in een enkel geval ook door mensen die beperkingen kunnen ervaren’, aldus de onderzoekers van Ideate. Daarnaast zijn commerciële bedrijven gebonden aan een sluitende business case, en zijn inclusieve voorzieningen duur. Ideate adviseert de overheid daarom om te onderzoeken hoe financiële risico’s kunnen worden afgevangen en vooral zelf te experimenteren met het financieren van inclusieve projecten.
Beleidsschets
Heijnen geeft aan dat ze op basis van de onderzoeksresultaten meer regie en kennisdeling tussen overheden zal organiseren ‘zodat niet elke gemeente het wiel opnieuw hoeft uit te vinden’. De Kamer heeft daarnaast 3 miljoen euro vrijgemaakt voor het experimenteren met deelmobiliteit voor minima. ‘In overleg met het samenwerkingsprogramma ga ik nader bezien hoe deze middelen effectief kunnen worden ingezet en kennis wordt opgedaan over inclusiviteit en deelmobiliteit’, aldus Heijnen. Eind 2023 wil het kabinet een eerste beleidsschets voor gemeenten aanbieden.
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.