Wethouders: het wordt écht anders
Wethouders kunnen het verschil gaan maken bij de wijze waarop ondersteuning en hulp aan jeugd en gezin wordt georganiseerd, betoogt Leonard Geluk. Ze kunnen − en zullen − ook worden gevraagd verantwoording af te leggen als het écht fout gaat. Ook dat zal realiteit worden. Wethouders moeten daar klaar voor zijn!
Mijn meest schokkende ervaring als Rotterdams wethouder was toch wel het ontzettend verdrietige verhaal van het leven en de dood van het ‘Maasmeisje’, een meisje dat in het echte leven door haar familie en klasgenoten als ‘Gessica’ werd aangesproken.
In mei 2006 werd ik verantwoordelijk voor de Jeugdportefeuille in Rotterdam en voor de Jeugdzorgportefeuille in de stadsregio. Ik was toen de enige wethouder in Nederland die de volledige verantwoordelijkheid kende voor het decentrale jeugddomein. Vanaf 2015 geldt dat voor iedere wethouder jeugd in Nederland en dat maakt mijn ervaring relevant.
Het meisje van Nulde, Rowena, de broers Ruben en Julian en in september nog het familiedrama in Schoonloo; allemaal treurige verhalen van kinderen die de dupe werden van onverantwoordelijke ouders. Tik op wikipedia de zoekterm familiedrama in en de lijst is helaas lang en indrukwekkend. De inspectie doet steevast onderzoek en trekt vaak dezelfde conclusie als indertijd bij het onderzoek naar Gessica: teveel partijen, te weinig regie, geen uitwisseling van informatie, niet op tijd ingegrepen, niemand echt verantwoordelijk. Ik wist toen dat, als er in Rotterdam iets zou gebeuren met een kind, het onmogelijk zou zijn naar anderen te wijzen. De ggd, de instellingen voor jeugdzorg, bureau Jeugdzorg, het Schoolmaatschappelijk Werk: ze vielen allemaal onder mijn verantwoordelijkheid!
En toen was er het ‘Maasmeisje’. Stukjes in de krant verschenen over tassen in de Maas met lichaamsdelen van een kind. Er was geen kind vermist, dus het kon niet gaan om een kind uit Rotterdam. Totdat een paar maanden later helder werd dat Gessica niet naar Brazilië was verhuisd met haar moeder – zoals gemeld aan Leerplicht − maar door haar vader was gedood. Toen dat bekend werd, kwamen de signalen naar buiten. De school, de huisarts, de ggz; alle instanties hadden hun zorgen gehad, de juffrouw van school had aan diverse bellen getrokken, maar het had geen effect. Het hele systeem van jeugdhulp had gefaald en ik was daar bestuurlijk op aanspreekbaar.
Het was een zware periode. Emotioneel. Veel bestuurlijke druk, veel pers op de stoep. Ik heb voor alle tv-camera’s van Nederland gezegd dat ik de rol van de instanties tot op de bodem zou uitzoeken en dat we er alles aan zullen doen om risico’s als rond Gessica zo klein mogelijk te laten zijn.
Dit was voor mij de meest schokkende ervaring uit mijn wethoudersperiode en zo zal dat straks voor iedere wethouder gelden die te maken krijgt met een verschrikkelijke gebeurtenis. De rol van de wethouder wordt echt anders en het is goed om hiervan bewust te zijn. De kans op risico’s voor kinderen moet zo klein mogelijk zijn. Signalen moeten goed worden uitgewisseld, er moet goede regie op worden gevoerd en hulpverleners moeten de ruimte krijgen om hun verantwoordelijkheid te nemen. Tegelijkertijd moeten we ons beseffen dat er leed in onze samenleving is. Het gebeurt dat een vader of moeder in een vlaag van psychose zijn of haar kind vermoord. Het is verschrikkelijk, maar het gebeurt.
Als ik 2006 nu over zou mogen doen, zou ik die gedachte leidend laten zijn. Dames en heren, dit is ons beleid: we doen er alles aan om de risico’s dat er iets gebeurt met kinderen zo klein mogelijk te laten zijn, maar we hebben te accepteren dat we incidenten niet kunnen uitsluiten. We willen niet in een samenleving leven waarin ieder kind permanent in de gaten wordt gehouden.
Wethouders zijn nu druk bezig met het maken van sluitende afspraken met zorgaanbieders, en de transitiecommissie waardeert dat. Wethouders moeten echter ook de tijd nemen om na te denken over hun nieuwe taak. Na 1 januari 2015 verandert de verantwoordelijkheid van de wethouder immers fundamenteel. Wethouders kunnen het verschil gaan maken bij de wijze waarop ondersteuning en hulp aan jeugd en gezin wordt georganiseerd. Ze kunnen − en zullen − ook worden gevraagd verantwoording af te leggen als het écht fout gaat. Ook dat zal realiteit worden. Wethouders moeten daar klaar voor zijn!
Leonard Geluk
Meer columns van Leonard Geluk leest u hier.
Reacties: 3
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.