Advertentie
sociaal / Nieuws

Arbeidsmigrant spreekt Engels met de gemeente

De helft van de buitenlandse werknemers in Nederland weet niet of de gemeente taalcursussen aanbiedt.

08 november 2023
ANP Arbeidsmigranten landbouw
Vaak komen mensen naar Nederland komen om een periode te werken en geld te verdienen, om vervolgens weer huiswaarts te keren.ANP/Hollandse Hoogte/Robin Utrecht

Arbeidsmigranten gebruiken bij contact met de gemeente overwegend niet de Nederlandse taal. Dat blijkt uit onderzoek van het Kenniscentrum Arbeidsmigranten. In 66 procent van de gevallen is het contact met de gemeente in het Engels. Op hun eigen werk wordt nog vaker geen Nederlands gesproken. Veel arbeidsmigranten weten niet af van taalonderwijs dat door de gemeente wordt georganiseerd.

Medewerker Duurzaamheid

JS Consultancy
Medewerker Duurzaamheid

Strategisch Adviseur Verduurzaming Gebouwde Omgeving

JS Consultancy
Strategisch Adviseur Verduurzaming Gebouwde Omgeving

Enquête

Het kenniscentrum peilde de taalvaardigheid en het gebruik van taal onder 1.550 arbeidsmigranten. Meer dan de helft van hen schat de eigen Nederlandse taalvaardigheid laag in: 55 procent kent de taal helemaal niet of nauwelijks. Dit is vaker het geval bij migranten in laaggekwalificeerd werk, migranten die als uitzendkracht werken en die in hun huisvestingssituatie geïsoleerd zijn van de lokale gemeenschap.

Risico's

Uit het onderzoek blijkt dat de slechte taalvaardigheid het voor deze groep moeilijk maakt om hun weg te vinden in Nederland. Ook heeft het negatieve gevolgen voor de gezondheid. Circa 4 op de 10 arbeidsmigranten werkzaam in laaggekwalificeerd werk stelt het zoeken van medische hulp uit vanwege de taalbarrière. ‘Dit is zeer zorgwekkend, aangezien een aanzienlijk deel van deze groep zwaar lichamelijk werk verricht, leidend tot verhoogd risico op gezondheidsproblemen’, aldus het kenniscentrum.

Engels

De hoogopgeleide arbeidsmigranten spreken over het algemeen iets beter Nederlands, maar maken er minder vaak gebruik van op hun werk. Maar liefst 83 procent geeft aan dat Engels daar de voertaal is. 66 procent van de arbeidsmigranten geeft aan Engels te praten in het contact met de gemeente. Naar mate de respondenten langer in Nederland verblijven neemt het gebruik van de Nederlandse taal wat toe. Alleen in het contact met dokters of andere medici blijft het gebruik van de Engelse taal constant.

Integratie, of arbeidsmarkt

Kennismigranten, die een relatief stabiele werksituatie kennen, hechten meer waarde aan taal als een middel tot integratie. Migranten in laaggekwalificeerd werk, en vooral uitzendkrachten, zijn daarentegen vaker gemotiveerd om Nederlands te leren teneinde hun positie op de arbeidsmarkt te verbeteren. ‘Hierbij speelt het gegeven dat een aanzienlijk deel van de arbeidsmigranten in laaggekwalificeerde arbeid onder hun kwalificatieniveau werkt mogelijk een rol’, zo leest het rapport.

Te duur

Gevraagd naar de reden waarom er zo weinig Nederlands wordt gesproken geven arbeidsmigranten aan dat communicatie in het Engels simpelweg makkelijker is. Ook noemen zij een gebrek aan tijd als reden dat ze de taal niet leren. Van migranten in laaggekwalificeerde banen vindt een groot deel dat de aangeboden taalcursussen door commerciële partijen te duur zijn. Of ze kunnen geen passende cursus vinden, of ze hebben weinig tijd vanwege andere verplichtingen.

Motivatie

Een overgrote meerderheid (82 procent) van de respondenten geeft aan voornemens te zijn de Nederlandse taal te leren. Minder overtuigd om Nederlands te leren zijn de arbeidsmigranten uit West-Europa en de Verenigde Staten hooggekwalificeerd werk uitvoeren. Van deze groep wil 74 procent de Nederlandse taal onder de knie krijgen.

Cursus gemeente niet bekend

Opvallend genoeg blijkt uit de enquête dat twee derde van de ondervraagde arbeidsmigranten weet van taalcursussen zijn die worden aangeboden door commerciële partijen. Ruim de helft van de respondenten geeft echter aan niet te weten of de gemeente cursussen aanbiedt, en 67 procent weet niet of er andere maatschappelijke organisaties zijn die taalonderwijs bieden. De commerciële partijen staan dus beter op het netvlies van de arbeidsmigranten dan de gemeente. Slechts elf procent van de arbeidsmigranten weet niet of hun werkgever taalcursussen aanbiedt.

Opgave

Daarmee lijken de werkgevers in een goede positie om een belangrijke rol te spelen bij het verbeteren van de taalvaardigheid van arbeidsmigranten. Voor gemeenten en maatschappelijke organisaties ligt er de opgave om hun taalonderwijs beter onder de aandacht te brengen bij de doelgroep.

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Hans Bakker
Veel belangrijker is om te beseffen dat het werk dat de arbeidsmigranten nu doen over het algemeen NIET DUURZAAM is. Dat betekent dat de arbeidsverhoudingen niet zijn zoals die horen te zijn. Er zijn veelal geen pensioenregelingen, geen CAO's die kunnen worden toegepast, er is veel schijnzelfstandigheid etc. Als de arbeidsverhoudingen genormaliseerd zouden zijn, dus als er WEL een normale CAO is die wordt nageleefd en WEL een pensioenregeling is die moet worden betaald, dan zal dit werk NIET MEER plaatsvinden IN NEDERLAND. Het is van het allergrootste belang om ervoor zorg te dragen dat het werk in bepaalde sectoren DUURZAAM wordt georganiseerd. En als dat niet kan, dan zal de desbetreffende economische sector moeten verdwijnen of zich anders moeten organiseren. Door bijvoorbeeld meer te automatiseren. OMDAT het werk niet duurzaam is, zullen de arbeidsmigranten in deze sectoren er dus nooit duurzaam emplooi vinden. De geschiedenis met de Turken en Marokkanen herhaalt zich. In de land- en tuinbouw waren nog in de jaren '90 vrijwel uitsluitend Turken en Marokkanen werkzaam. Na hun legalisatie in 1998 is dat aantal afgenomen tot vrijwel nul. Maar deze mensen zijn wel in onze maatschappij gebleven. De tuinbouwsector heeft de Turken en Marokkanen vervangen door midden- en oost Europeanen. Het heeft GEEN ENKELE ZIN om ons te focussen op de Nederlandse taal voor arbeidsmigranten, althans voor het gros daarvan. Laten we ervoor zorgen dat de arbeid die deze mensen doen op een normale manier wordt gewaardeerd, dat alle gewerkte uren worden uitbetaald, dat er een pensioenregeling is etc. Dan zal blijken dat het werk verdwijnt en daarmee ook de grote belasting voor de Nederlandse maatschappij. Denk aan woningnood. Maar denk er ook aan dat volgens het EU recht deze groep na vijf jaar wit werk beschikt over een verblijfstitel voor onbepaalde tijd. Maar niet over een volledige AOW. Maar niet over een pensioenregeling. Na het WAO debacle en het debacle met de witte illegalen wordt het feest met de goedkope arbeidsmigranten de volgende ramp die Nederland zich zal realiseren. Hij heeft zich al voltrokken. Het aantal neemt tot 2030 toe met nog minimaal 400.000 personen.
Advertentie