Advertentie
sociaal / Column

Anticlimax

De laatste maanden wachtte UWV op de genadeklap. Er viel immers weinig goeds te verwachten na de verkiezingen. Zo wilde de VVD het UWV grotendeels opheffen en bracht het CDA de taken van UWV liever naar gemeenten.

22 november 2010

Toen de formatie steeds verder in de richting schoof van een VVD-CDA kabinet, leefde het hele land mee. ‘Niemand weet raad met het falende UWV’ kopte NRC Handelsblad deze zomer en de Volkskrant bereidde de lezers al voor op de opheffing van het nationale uitkeringsinstituut met ‘Niemand houdt van UWV’. En nu gaat het allemaal niet door.

 

De blauwe vlaggetjes met de drie witte letters wapperen fier op de hoge UWV-torens in het winderige Amsterdam-Sloterdijk. Over opheffing staat niets in het regeerakkoord, noch in het gedoogakkoord. Het hele woord UWV komt er zelfs niet in voor. Na al die maanden tussen hoop en vrees is de genadeklap uitgebleven. Wel wordt fors bezuinigd op de taken die de uitkeringsinstantie uitvoert en gaat de Wajong naar de gemeenten.

 

Vraag is: waaróm is UWV eigenlijk niet opgeheven? VVD en CDA konden toch makkelijk doorpakken nu zij aan de macht waren? Wat heeft hen bewogen hun verkiezingsbeloften in de ijskast te zetten? Hier volgen drie mogelijke verklaringen.

 

De eerste is dat Geert Wilders het UWV heeft gered. Behoud van de huidige WW-regeling en van de ontslagbescherming bleken keiharde voorwaarden voor gedoogsteun van de PVV, zo maakte premier Rutte duidelijk tijdens het Tweede Kamerdebat over de regeringsverklaring. Wellicht wil de PVV daarom de organisatie die deze zaken uitvoert liever in stand houden?

 

Een tweede mogelijkheid, je weet maar nooit, is dat politici tijd hebben gevonden om Het hervormingsmoeras van de verzorgingsstaat* te lezen. Uit deze studie naar dertig jaar hervormingen in de organisatie van de sociale zekerheid blijkt dat we in Nederland met de ene hervorming de volgende uitlokken.

 

Dat komt omdat politici het wel eens worden over de nadelen van de bestaande uitvoeringsstructuur, maar vervolgens niet echt gaan staan voor de oplossing die ze daarna kiezen. Zo is het UWV er ooit gekomen. Het kan niet worden uitgesloten dat politici iets willen leren van hun eigen verleden.

 

Een derde verklaring lijkt echter het meest realistisch. Die luidt dat de politieke plannen met UWV heel veranderlijk zijn omdat ze niets te maken hebben met een visie op de toekomst van de sociale zekerheid of met hoe goed of hoe slecht de organisatie haar opdracht vervult.

 

Er is nu een soort sterfhuisconstructie gekozen, waarbij de uitkeringsinstantie steeds minder middelen en taken krijgt; de organisatie wordt van binnenuit uitgehold. Een anticlimax dus voor het UWV. Maar ook voor de politiek. Want het laat zien dat politieke beslissingen over de sociale zekerheid niet worden genomen op basis van inhoud en resultaten.

 

Nicolette van Gestel is bijzonder hoogleraar ‘Nieuwe sturingsvormen in sociale zekerheid en arbeidsvoorziening’ aan de Universiteit van Tilburg.

 

*Nicolette van Gestel, Paul de Beer, Marc van der Meer (2009), Het hervormingsmoeras van de verzorgingsstaat. Veranderingen in de organisatie van de soicale zekereheid. Amsterdam University Press.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie