Minder geld voor Limburgse jeugd

Sinds begin dit jaar wordt het landelijk budget voor jeugdzorg op een andere manier verdeeld onder de provincies. Alle provincies krijgen door de nieuwe verdeling extra geld van het Rijk. Behalve Limburg.

Limburg levert dit jaar 7 miljoen euro in. En als het ministerie binnenkort het advies van het Interprovinciaal Overleg overneemt, komt daar in 2012 en 2013 in totaal nog eens 12 miljoen bij. ‘Het zal erop neerkomen dat we minder jongeren hulp kunnen bieden, met alle gevolgen van dien’, zegt Ward Vijgen, bestuurder van jeugdzorgaanbieder Noord- en Midden-Limburg Rubicon.

 

In 2009 besloten Rijk en IPO dat het geld voor de jeugdzorg anders verdeeld moest worden. De verdeling was niet op objectieve criteria gebaseerd, maar in de loop der jaren ontstaan. Het Sociaal Cultureel Planbureau maakte een nieuwe verdeelsleutel. Daarin wordt onder meer rekening gehouden met het aantal jongeren in een provincie, het aantal kinderen van gescheiden ouders en hoeveel allochtone jeugdigen er zijn. Allemaal factoren die van invloed zijn op het aantal kinderen dat een beroep doet op jeugdzorg. Ook sociale variabelen als inkomen of werkloosheid van de ouders worden mee gewogen.

 

Gevolg: Stadsregio Haaglanden, Flevoland, Utrecht en Overijssel hebben de afgelopen jaren te weinig gekregen. En Limburg zou teveel geld ontvangen hebben. ‘Limburg heeft de afgelopen jaren ruim in z’n jasje gezeten’, zegt voorzitter van de IPO-adviescommissie Marc Witteman, ook gedeputeerde van Flevoland.

 

Ward Vijgen is het daar niet mee eens. ‘Er is geen oog voor de specifieke problematiek van Limburg’, betoogt hij. ‘Jongeren trekken weg en dat terwijl Limburg als krimpgebied nou juist zoveel behoefte heeft aan jonge, goedopgeleide mensen.’ De criteria die gehanteerd zijn bij de herverdeling van het geld, noemt hij arbitrair. ‘Dat zijn criteria altijd. Want we krijgen minder geld, maar iedereen weet dat Limburg er niet bepaald rooskleurig voor staat.’

 

Vijgen is bang dat de kinderen de dupe worden. ‘Limburg ondersteunt op dit moment zo’n 4.500 jongeren via de jeugdzorg. Haal 19 miljoen van het budget en het betekent heel simpel dat we zo’n 800 tot 1.000 jongeren niet kunnen helpen. Maar hun problemen blijven natuurlijk wel bestaan.’

 

Langer wachten

 

De andere provincies zijn niet doof voor de problemen in Limburg. Zij hebben besloten Limburg drie jaar de tijd te geven om de bezuiniging van 19 miljoen te realiseren. ‘Dat betekent dat provincies die het geld hard nodig hadden, nu nog langer moeten wachten’, aldus Witteman. ‘Meer solidariteit kun je van hen niet verwachten. Kinderen uit andere provincies zijn ook belangrijk.’

 

Op 17 maart buigt het bestuur van het IPO zich over de voorgestelde herverdeling van 2012 en 2013. Als dat ermee instemt, gaat het advies naar het ministerie van VWS. Omdat het om een herverdeling gaat, is de verwachting dat staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten het advies van het IPO overneemt.

 

In Limburg vrezen ze ondertussen niet alleen de herverdeling van het budget, maar ook de door het kabinet aangekondigde efficiencyslag. Daarbij zou in 2015 in totaal 300 miljoen bezuinigd moeten worden op, onder meer op Jeugdzorg. Voor Limburg komt dat waarschijnlijk neer op nog eens 17 miljoen euro.

 

‘Dan zou Limburg in 5 jaar tijd 40 procent van z’n budget kwijtraken’, aldus Vijgen. ‘Minder hulp voor jongeren ga je merken in wijken en klaslokalen. Maar natuurlijk nog meer als die jeugd volwassen wordt. Dan ga je het zien op de arbeidsmarkt en in het aantal uitkeringen. Want één ding is zeker: Alles wat we nu niet investeren in de jongeren, krijgen we straks terug.’