Alle Jahre wieder
Ieder jaar als er sneeuw naar beneden ‘rieselt’ wordt in de samenleving het lied van de tegenprestatie gezongen: mensen die een uitkering krijgen moeten daar iets voor terug doen, ze moeten een tegenprestatie leveren.
Meestal is deze winterkomkommer verlept, zodra de sneeuw gesmolten is. Daar komt verandering in. De nieuwe staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Paul de Krom, heeft in de Tweede Kamer aangekondigd dat hij met wetgeving komt om het leveren van een tegenprestatie af te dwingen. Als het aan De Krom ligt, krijgen gemeenten het recht om mensen in te schakelen voor maatschappelijk nuttige activiteiten: “Als een gemeente ergens handjes en voetjes nodig heeft, als er een klus van korte duur moet worden geklaard, geven wij die gemeente de vrijheid om een beroep te doen op de bijstandsgerechtigden om de gemeente daarbij te helpen.”
Zit ik als wethouder sociale zaken te wachten op wetgeving waarmee ik bijstandsmensen in mijn gemeente kan verplichten iets terug te doen voor het feit dat ze een uitkering ontvangen? Ik beantwoord die vraag met een pragmatisch nee en een principieel nee. Iedereen die iets meer van de sociale dienst heeft gezien dan de directiekamer, weet dat het niet zo gemakkelijk is om uit het cliëntenbestand een peloton sneeuwruimers in slagorde op te stellen. Mensen zitten niet voor niks in de bijstand, uitzonderingen daargelaten. Als het zo gemakkelijk was, hadden de gemeenten het al lang gedaan, want de huidige wet biedt reeds verregaande mogelijkheden hiertoe. Daarbij moet het wel gaan om inschakeling in het kader van een traject richting uitstroom naar betaald werk. De meeste bijstandsgerechtigden die daar voor in aanmerking komen, zitten in zo’n traject. Het is doorgaans niet handig en niet verstandig ze daar vanaf te halen voor een kortstondige andere klus, nog afgezien van de organisatorische rompslomp.
Als het niet zo praktisch is, waarom dan toch die aanvullende wetgeving voor het leveren van een tegenprestatie, ook als dat niet gebeurt in het kader van re-integratie of sociale activering? Het antwoord van de staatssecretaris is helder: het leveren van een tegenprestatie voor je uitkering is een volkomen normale gedachte. Als zaken normaal genoemd worden, heb ik dat niet, maar als zaken benoemd en gerechtvaardigd worden als volkomen normaal, dan ontstaan bij mij twijfels. Wordt er wel met recht en rede gesproken over het leveren van een tegenprestatie voor je uitkering? Doorgaans hebben mensen met een uitkering de prestatie voor die uitkering al geleverd: ze zijn verwijderd van het speelveld of zijn niet eens toegelaten, om andere spelers meer ruimte en armslag te geven en de club meer winstmogelijkheden. En voor die ‘prestatie’ worden ze gecompenseerd via het ontvangen van een uitkering. Het is de samenleving die vervolgens weer aan zet is om een tegenprestatie te leveren: het economische spel zal zo ingericht en geregeld moeten worden dat er ook meespeelmogelijkheden zijn voor mensen die geen winnaar zijn en nooit een topprestaties zullen leveren, maar die wel graag mee willen spelen. Er zal gespeeld moeten worden met twee keepers in het doel, twee rechts- of linksbuitens en mogelijk nog enkele spelers extra op het middenveld. Vooral de ‘normale’ spelers zullen daarvoor getraind en begeleid moeten worden. Clubs zullen dan waarschijnlijk niet meer spelen in de Champions League, maar het spel zal minder hard zijn en leuker om te spelen. De winst in geld zal lager zijn, maar de winst op andere terreinen – sociaal en persoonlijk geluk – zal stijgen.
Als het spel zo gespeeld wordt, kan er ook sneeuw geruimd worden, ook door mensen die voorheen werkloos waren. Er kunnen namelijk wijkcomités worden gevormd waar niet kortstondig, maar duurzaam werkzaamheden worden verricht die nuttig zijn en waar de samenleving echt behoefte aan heeft: zorg voor ouderen, het tegengaan van vereenzaming, het opvangen van kinderen, het schoon houden van de wijk, het bij elkaar vegen van bladeren en het ruimen van sneeuw. Dat kunnen normale cao-banen zijn onder leiding en begeleiding van buurtbewoners die vanuit de gemeenschap denken en doen in plaats vanuit hun eigen omheinde tuintje. Daar hebben we geen nieuwe wetgeving voor nodig. Daar hebben we een andere tijdgeest voor nodig en een andere grammatica dan de huidige neoliberale.
Raf Janssen
Reacties: 5
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
het gedachtegoed ik ga niet voor hetzelfde of iets hoger bedrag als mijn uitkering werken vindt nog steeds plaats.
een tegenprestatie kan m.i. best verlangd worden uiteindelijk zorgen wij werkenden er met zijn allen voor dat in het levensonderhoud van deze mensen wordt voorzien .
van iedereen worden prestaties en inzet verwacht dus is het niet meer als normaal dat je je ook inzet als je je inkomen via een uitkering verkrijgt.
het taboe op het woord tewerkstelling moet maar eens van tafel het is gewoon werken voor een inkomen wat je ontvangt.
Wat is er utopistisch aan de mening van Janssen? Hij is juist pragmatisch, en legt ook uit waarom hij dat is. Jij legt niet uit waarom hij dat volgens jou niet zou zijn.
Trouwens, als hij dingen zou willen veranderen, dan hoort hij als politieke bestuurder juist bij diegenen die daar werkelijkheid van kunnen maken. Net zoals Rutte en Verhagen c.s. dat op hun manier ook proberen te doen. Da' s niet utopistisch, maar actief. Je wilt toch geen bestuurders die passief zijn en alles maar zo laten als het is? Nou dan. Zou leuk zijn als je ook even nadenkt voor je iets roept.
Wat de principiële kant betreft, heeft Janssen natuurlijk gewoon gelijk dat verreweg de meeste werklozen niet voor de lol zonder baan zitten, maar in de concurrentieslag om werk (en vaak ook om respect, sociale contacten en gezondheid) de wedstrijd verloren hebben.
Het neoliberalisme, waar jij de buik van vol zegt te hebben, wil de maatschappij zo inrichten dat er extreme winnaars en extreme verliezers zijn. Die verliezers zijn de onvrijwillige werklozen. De neoliberalen willen deze verliezers dubbel pakken: wedstrijd verloren, dan ook dwangarbeid die tijd en energie kost en het daardoor vaak (maar niet altijd) nog moeilijker maakt om weer aan het echte, betaalde werk te komen.
Jij vindt sneeuwruimen ook echt werk? Vreemd, waarom kan dat dan niet gewoon betaald worden, met het minimum-loon, of een hoger, marktconform loon als dat nodig is om het werk aantrekkelijk te maken?
Dat is het gekke met die neoliberalen. Als het om hun eigen witteboordenbanen gaat, dan willen ze een hoog, "marktconform" loon, maar als het om nuttig werk gaat waarvan iedereen profiteert, dan vinden ze dat opeens te duur.
Ik zou zeggen, voer maar een sneeuwruimbelasting in (inkomensgerelateerd!) en betaal daar de sneeuwruimers van. Die sneeuwruimbelasting mag dan wettelijk nergens anders aan worden besteed, want anders verdwijnt-ie natuurlijk weer in die ondoorzichtige, bodemloze ambtelijke potjes. Er mogen dus ook geen bladerverwijderaars van worden betaald, of stoepreparaties. Als er weinig sneeuw valt, wordt de belasting het volgende jaar verlaagd met het overschot. Heel transparant, en omdat het zo eenvoudig en transparant is, kan het ook met weinig administratie.
Of beslis anders (heel neoliberaal) dat we bij sneeuwval niet meer gemotoriseerd over straat hoeven. Laat iedereen die er het geld voor heeft, dan zelf maar een bulldozer aanschaffen, en gehandicapten mogen dan bij langdurige sneeuwval doodhongeren in hun huis. Dat is het soort maatschappij dat neoliberalen eigenlijk willen, maar ze vinden het niet handig dat hardop te zeggen. Begrijpelijk.
Ze doen liever stoer over bezuinigen dan dat ze met oplossingen komen waar iedereen in de praktijk echt wat aan heeft.
Dus: goed stuk van Janssen!