Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

Zorgen over Vrom-taken

Gemeenten hebben hun zaken volgens de Vrom-inspectie niet goed voor elkaar, maar provincies juist wel.

17 oktober 2008

Veel gemeenten hebben hun Vrom-taken ‘maar matig’ op orde. Provincies hebben hun zaken op dit punt juist ‘overwegend goed’ voor elkaar. Deze conclusies worden getrokken in de deze week vrijgegeven rapporten Landelijke eindrapportage Vrom-brede gemeenteonderzoeken 2003-2008 en Landelijke rapportage provincieonderzoeken 2005-2008 van de Vrom-inspectie.

 

In een brief aan de Tweede Kamer noemt minister Cramer (Vrom, PvdA) het ‘zorgelijk’ dat ‘de kwaliteit van de uitvoering, met name bij gemeenten, nog tekortschiet’. De Vrom-inspectie heeft de uitvoering van Vrom-taken door gemeenten en provincies de afgelopen jaren consequent onderzocht. Gemeenten en provincies werden tussentijds over de bevindingen geïnformeerd, zodat zij de uitvoering konden verbeteren.

 

Voor de gemeenten maakte de Vrom-inspectie afzonderlijke beoordelingen van de taken op het gebied van bouwen, ruimte en milieu. ‘In het domein bouwen werd slechts 20 procent van de taken adequaat uitgevoerd; voor het domein ruimte was dit 25 procent en voor het domein milieu 30 procent’, schrijft Cramer aan de Tweede Kamer. Uit het achterliggende rapport blijkt dat kleine gemeenten op alledrie de onderzochte punten ‘iets minder goed’ scoren. Als het gaat om de ‘ruimtetaken’, zijn bestemmingsplannen vaak niet actueel en is er ‘nauwelijks’ toezicht op bestemmingsplanvoorschriften.

 

Cramer schrijft dat de gemeenten de onderzoeksresultaten ‘wel goed hebben opgepakt’. ‘Meer dan de helft van de verbeterpunten zijn binnen één à anderhalf jaar na het onderzoek gerealiseerd, en een ander deel is gedeeltelijk gerealiseerd.’ Volgens de minister ‘wordt bijzondere aandacht besteed’ aan de ‘circa 10 procent van de gemeenten die er niet in slagen zich voldoende te verbeteren en die nog onder het minimum presteren’. Uit het onderzoek blijkt dat het aantal gemeenten dat alle Vrom-taken naar behoren uitvoert weliswaar toeneemt, maar desondanks ‘beperkt blijft’. Met toezicht en handhaving hebben gemeenten de meeste moeite. Het verlenen van vergunningen en vrijstellingen gaat iets beter.

 

Het beeld bij de provincies is positiever. De meeste taken worden goed uitgevoerd. ‘Met name de taken op het gebied van de ruimtelijke ordening zijn er in goede handen. Ook de taak om de ruimtelijke kwaliteit continu te stimuleren, wordt goed uitgevoerd.’ Bij de ‘zeer omvangrijke’ milieutaken kunnen provincies zich nog verbeteren bij de vergunningverlening en handhaving. Als het gaat om de huisvesting van asielzoekers, verwacht de minister ‘een zwaardere taakstelling die meer aandacht van de provincies richting achterblijvende gemeenten zal vergen’.

 

De Inspectie Verkeer en Waterstaat onderzocht bij een aantal provincies de taken op het gebied van water. Hier valt volgens Cramer nog het nodige te verbeteren. ‘Provincies zouden hun regietaak actiever moeten invullen. Verder zijn er provincies die nog niet voldoen aan de wettelijke rioleringstaak, waaronder de invulling van de adviesrol in het kader van de Wet milieubeheer.’ De onderzoeken zullen niet worden herhaald. Het is de bedoeling dat de Vrom-inspectie zich concentreert op ‘zaken waar een hoger rendement te verwachten is’. ‘Daarbij is de totale keten uitgangspunt, en zal de focus meer op andere relevante schakels in de ketens worden gelegd en minder op de gemeenten en provincies’, aldus minister Cramer. Bijkomende reden om de onderzoeken niet meer ‘in volle breedte’ uit te voeren, is ‘de afspraak van het kabinet om het interbestuurlijke toezicht te versoberen’.

 

Zie voor de rapporten van de Vrom-inspectie www.binnenlandsbestuur.nl

 

 

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie