Advertentie
ruimte en milieu / Achtergrond

‘Wij hebben het goed gedaan’

Het staat in een onderzoeksrapport: de bestuurscultuur bij het waterschap Hollandse Delta is verziekt en het college functioneert niet. Weg met de vijf heemraden. En dat is gebeurd. ‘Maar de dijkgraaf had moeten opstappen’, zegt oud-heemraad Petra van Nes.

16 april 2021
Water-shutterstock-587335907.1.jpg

Oud-heemraad kraakt onderzoeksrapport


‘Jan Bonjer is een hoofdredacteur die dijkgraaf wilde worden. Maar hij snapt niets van politiek en kan niet besturen, en ik geloof dat-ie dat niet wil ook’, zegt oud-heemraad Petra van Nes (59) over de dijkgraaf van het waterschap Hollandse Delta, voormalig hoofdredacteur van AD en FD Jan Bonjer. We zitten op een bankje in de zon bij voetbalvereniging Rijsoord, niet ver van het Ridderkerkse hoofdkwartier van het waterschap. Van Nes: ‘Alle heemraden zijn er vorige maand uitgemieterd, omdat in een onderzoeksrapport staat dat de bestuurscultuur is verziekt, waardoor wij niet functioneren. Over het functioneren van de voorzitter van het college, de dijkgraaf, staat niets in het rapport. Hij stond als ‘gedelegeerd opdrachtgever’ kennelijk boven het onderzoek.’

Wat wel in het rapport staat dat organisatieadviseur Hans Andersson op verzoek van het algemeen bestuur (de verenigde vergadering) op 15 maart presenteert, is volgens oud-heemraad Van Nes ‘een fabeltje’. De kop noopt tot lezen: ‘Uitsluiting leidt tot verziekte bestuurscultuur.’ De leider van de Waterschapspartij Hollandse Delta (Van Nes’ partijgenoot Piet Kome) vertoont dominant politiek leiderschap, dat ‘voor betrokkenen op momenten onvoorspelbaar is en/of ad hoc gedrag oplevert.’

Onderzoeker Andersson ziet ‘onderlinge samenwerking met dubbele agenda’s en geen open bestuurlijke verhoudingen, waardoor meer en meer wantrouwen groeit.’ Er ontstaan aanvaringen en men maakt elkaar ‘verwijten over persoonlijke integriteit’. De heemraden hebben ‘gebrekkige politieke antennes, hebben last van elkaar en lopen elkaar voor de voeten.’

Het waterschap Hollandse Delta ontstaat in 2005 na een fusie van diverse waterschappen en het zuiveringsschap. Het gebied beslaat Goeree Overflakkee, Voorne-Putten, Hoeksche Waard, IJsselmonde, Dordrecht en Rozenburg. Sinds 2009 zitten naast de vaste vertegenwoordigers van bedrijven, boeren en natuurclubs ook politieke partijen in de verenigde vergadering. Van Nes’ Waterschapspartij Hollandse Delta (WPHD) is in dit gezelschap verreweg de grootste, maar ‘we kregen nooit de kans om te formeren. Wij hebben nooit iemand uitgesloten, wij zíjn uitgesloten. Dat is de uitsluiting die Andersson noemt’, zegt Van Nes. Volgens WPHD-leider Piet Kome omdat ze ‘niet te pruimen waren’. Niet te pruimen omdat natuurboer Kome uit Rockanje, in de woorden van onderzoeker Andersson, ‘direct en onorthodox’ is?

Wandelend dossier
Van Nes: ‘Piet Kome is prominent aanwezig, maar hij is niet dominant. Hij draagt het hart op de tong. En hij is een wandelend dossier. Daar kan Jan Bonjer niks mee. Hij kan slecht tegen kritiek. Bonjer woont in Renesse, maar hier in Rijsoord struikel ik nog wel eens over zijn lange tenen.’

Na de daverende overwinning bij de waterschapsverkiezingen in 2019 mag Piet Kome eindelijk een nieuw college vormen. Oud-heemraad groen en wegen Van Nes: ‘Dat lukte in twee weken. We kregen alle complimenten van de verenigde vergadering, totdat de vijf nieuwe heemraden bekend werden. Oud-heemraden, en anderen met één zetel, vonden dat zij ook recht hadden op een post. Organisatieadvies bureau Wagenaar/Hoes concludeerde in 2017 niet voor niets dat het college graag praatte en een plekje zag als een mooie carrièrestap. Maar in 2019 was de verenigde vergadering stellig: er komen alleen heemraden in het college met minimaal vier jaar ervaring in de verenigde vergadering en geen heemraden uit de vorige periode. Het nu afgetreden college was het resultaat: twee heemraden namens WPHD, één van het CDA, één namens de agrariërs en één namens de bedrijven.’

Het kersverse college presenteert begin april 2019 onder aanvoering van waarnemend dijkgraaf Gerard Doornbos een hoofdlijnenakkoord en geen coalitieprogramma. Van Nes: ‘We wilden geen uitsluiting en geen coalitie tegenover oppositie. Piet Kome stelde die zomer met de verenigde vergadering en met medewerkers het programma ‘Huis Op Orde’ samen. Er moest namelijk heel veel achterstallig onderhoud worden weggewerkt. Er waren in de loop van de jaren levensgevaarlijke situaties ontstaan door op geld te sturen. Onze voorstellen en begrotingen zijn unaniem of met overgrote meerderheid aangenomen.

We kregen extra budget, en daarmee het vertrouwen dat we op de goede weg zaten. Met de komst van de natuurbeschermer Bonjer in mei vorig jaar, enthousiast maar zonder ervaring als bestuurder bij de overheid, veranderde alles. Oudgedienden roken hun kans om tussentijds heemraad te worden door de sfeer te verpesten. Alle af spraken werden overboord gegooid en de bestuurscultuur verziekte.’

Eén kamertje
Boterde het volgens Andersson niet alleen niet tussen de verenigde vergadering en het college, ook binnen het college was het hommeles. ‘Collegeleden hebben last van elkaar, lopen elkaar voor de voeten, waardoor ook het gezag van het college extern wordt geschaad’, schrijft hij. Van Nes: ‘Over dat elkaar voor de voeten lopen heeft-ie op een bepaalde manier wel gelijk. Stel je voor: zo’n enorm gebouw en dan één klein kamertje met één computer voor vijf heemraden. Dan loop je elkaar inderdaad in de weg, zou je zeggen, maar het heeft juist een team van ons gemaakt.

Het vorige college vond één kamertje geen punt, want ze werkten twee dagen in de week en verder zag je ze niet. Wij waren vijf dagen in de week op kantoor omdat we mét de medewerkers wilden werken en hen wilden leren kennen. Er is een tussen muurtje uitgebroken en nu heeft iedere heemraad een bureau en een computer.’

De heemraden liepen elkaar niet voor de voeten, de dijkgraaf liep de heemraden voor de voeten, aldus oud-heemraad Van Nes. ‘De menselijke contacten waren goed, maar bestuurlijk was het lastig. Niet wij maar híj heeft geen politieke antenne. Hij drong zich op en vond dat híj iets moest doen of per se meewilde! Zonder te overleggen. Iedere goede burgemeester of dijkgraaf kan je vertellen dat je dat als voorzitter van het college niet moet doen. Hij speelt voor dijkgraaf en wil belangrijk gevonden worden.

De dijkgraaf gaat met een boer, en lid van de verenigde vergadering, uren door de weilanden lopen. “Ik heb genoten”, schrijft-ie vervolgens in zijn weekblog. Maar Jan, op kantoor is het een puinhoop, besturen is je werk. Als in november de begroting is aangenomen, dan vier je dat als college. Nou, niet met Bonjer, die naar huis is en zijn weekblog schrijft dat-ie niets ‘heeft beleefd.’’

Incapabel
Als het rapport van Hans Andersson op 15 maart in de verenigde vergadering wordt besproken, barst de bom. ‘Nee, u krijgt het woord niet meer, meneer Kome’, besluit Bonjer, die volgens Kome ‘incapabel’ is, ‘hier niet past’ en ‘de problemen alleen maar vergroot.’ ‘Een dijkgraaf is een soort burgemeester, een onafhankelijk voorzitter. Dat is hij niet’, zegt Kome in het AD. Van Nes: ‘Kome zei dat omdat Bonjer de motie van wantrouwen van de verenigde vergadering én de eis om direct op te stappen niet wilde ontraden. Bonjer was heel partijdig. Tijdens een vergadering van de verenigde vergadering zegt Bonjer tegen de fractievoorzitter van de VVD: “Frank, kom er maar in met je zoetgevooisde stem.” Of: “Harry, hartelijk welkom. Je hebt het woord, Harry.” Tegen de fractieleider van mijn partij zegt-ie “Het woord is aan mijnheer Kalle.” Hij heeft zijn vrienden en dat verbergt hij niet.’

Geen wonder dus dat het onderzoeksrapport niet onafhankelijk is, meent Van Nes. ‘Aan van alles zie je dat Andersson met Bonjer op schoot dit zogenaamde onderzoek heeft geschreven. Wij zagen het voor het eerst tijdens een besloten vergadering van de verenigde vergadering. De dijkgraaf kende het al. Voor hem was er vooraf hoor en wederhoor, voor ons niet. Onze opmerkingen zijn deels in wat voetnoten toegevoegd. Bonjer is heilig en staat overal boven. Het college is afgelopen najaar door Berenschot doorgezaagd met een teamscan. Daaruit blijkt helemaal niet dat wij niet met elkaar overweg kunnen. We hadden helemaal geen dubbele agenda. Die had de dijkgraaf. We wisten nooit waarmee hij bezig was. Aan de Berenschotscan heeft het college meegewerkt, op de voorzitter na. Dat hoefde voor hem niet.’

Telefoontjes
Hoe vooringenomen Anderssons onderzoek is, blijkt volgens oud-heemraad Van Nes uit een passage op pagina 14 van het rapport. De onderzoeker schrijft: “Daarbij wijzen enkele heemraden er ook op dat er onder dit college sprake is van het behalen van hogere realisatiegraden van het investeringsprogramma dan onder het vorige college. Wij hebben tijdens ons onderzoek kennisgenomen van de door hen naar voren gebrachte optimistische kijk op de samenwerking en bestuurlijke resultaten van het college.” Van Nes: ‘Enkele heemraden? Dat vonden alle heemraden. Vraag het wethouders en heemraden in de regio. Hoe komt Andersson erbij dat ons gezag extern was geschaad? Ik heb na ons vertrek veel berichtjes en telefoontjes gekregen. Wat gebeurt hier? Het waterschap liet zich weer zien! Al onze voorstellen hebben het gehaald. De doelen zijn gehaald, maar wij functioneren niet. Bonjer weet als hoofdredacteur hoe je dat goede nieuws klein houdt en Andersson onderzoekt het niet. Onze successen passen niet in zijn straatje. Dus neemt Andersson er hooghartig ‘kennis van’ en praat de baas na.’

Oud-heemraad en raadslid in Ridderkerk Van Nes verwijt Andersson dat hij ‘het andere verhaal’ niet wilde horen, terwijl er volop mensen waren die dat volgens haar hadden kunnen vertellen Van Nes: ‘In het rapport staan Bonjers woorden; die van zijn voorgangers staan er niet in. Dat is toch raar als je vindt dat de bron van de verziekte bestuurscultuur de historie van de partijen met hun dominante leiders is? In een bijlage staat een lijst van mensen met wie Andersson heeft gesproken. Je zou verwachten dat hij met bestuurders in de regio heeft gesproken om te horen hoe wij naar buiten toe ons werk deden. Is niet gebeurd. Oud-dijkgraaf Ingrid de Bondt staat ook niet in de lijst. Gerard Doornbos, na De Bondt en vóór Bonjer waarnemend dijkgraaf, ook niet. Heel opmerkelijk.’

Het boterde niet tussen de verenigde vergadering en het college, geeft Van Nes grif toe. ‘De jaloerse oud-heemraden en anderen wilden dit college weg hebben. De onervaren Bonjer heeft zich laten inpakken en het laten gebeuren. Dat was de ervaren Gerard Doornbos niet overkomen. Hij was een dijk van een dijkgraaf. Dat wist de verenigde vergadering. Doornbos had het waterschap onder controle, Bonjer niet. Hij heeft alleen aandacht voor de fractievoorzitters. De bestuurscultuur bij het waterschap was verzuurd, maar niet, zoals Andersson schrijft, al jaren verziekt. Dat schrijft-ie om de dijkgraaf buiten schot te houden. De bestuurscultuur is onder Jan Bonjer uitgegroeid tot wat zij nu is.’

In een reactie laat het waterschap weten: ‘Dijkgraaf Jan Bonjer betreurt dat Binnenlands Bestuur geen breder journalistiek onderzoek doet en zich louter baseert op de uitlatingen van één voormalige heemraad. Deze publicatie is daardoor onevenwichtig en vormt geen faire weergave van de gebeurtenissen.’


CV
Petra van Nes-de Man (Ridderkerk, 1962) is sinds 2010 gemeenteraadslid in Ridderkerk. Tot 2012 was ze raadslid voor Leefbaar Ridderkerk, tussen 2012 en 2014 fractievoorzitter van de Groep Koppes, tussen 2014 en 2018 fractievoorzitter van Echt voor Ridderkerk en sinds 2018 fractievoorzitter van Burger op 1. Van Nes is sinds 2015 actief voor de Waterschapspartij Hollandse Delta. In april 2019 werd Petra van Nes benoemd tot heemraad bij het waterschap Hollandse Delta. In december 2018 werd Van Nes gekozen tot politicus van het jaar in Ridderkerk.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie