Rattenmonitor houdt oprukken plaagdier in de gaten
Dit najaar ontwikkelde het RIVM de Rattenmonitor. Tot nog toe is het een vooral op het ‘onderbuikgevoel’ gebaseerd vermoeden dat de rattenplagen in Nederland toenemen. Of de plagen erger worden of gelijk blijven, krijgt op deze manier een meer feitelijke basis, zo is de intentie.
Dit najaar ontwikkelde het RIVM de Rattenmonitor. Zowel commerciële als gemeentelijke plaagdierbestrijders kunnen op deze webapp meldingen van rattenoverlast doorgeven. Met de gegevens hoopt het RIVM meer inzicht te krijgen in de ontwikkeling van rattenpopulaties in Nederland, ook op de lange termijn.
Tot nog toe is het een vooral op het ‘onderbuikgevoel’ gebaseerd vermoeden dat de rattenplagen in Nederland toenemen. Of de plagen erger worden of gelijk blijven, krijgt op deze manier een meer feitelijke basis, zo is de intentie.
Ziekten
De resultaten worden op wijkniveau weergegeven waarbij de privacy van de melder en de plaagdierbestrijder gewaarborgd blijven. Kennisinstituten maar ook overheden kunnen de gegevens gebruiken voor onderzoek en publieke voorlichting, bijvoorbeeld over de ontwikkeling van resistentie van ratten voor chemische middelen en de verspreiding van infectieziekten die door ratten kunnen worden overgedragen.
Vlekkenkaart
Wie de ‘resultatenkaart’ op de nieuwe rattenapp aanklikt, moet erg inzoomen om enige vlekken van rattenpopulaties te zien. ‘Dat klopt’, zegt zoönose-onderzoeker Miriam Maas van het RIVM. ‘De app is nog maar kort in de lucht. Veel meldingen hebben we daarom nog niet. We hopen dat niet alleen professionele maar ook veel gemeentelijke plaagdierbestrijders hun meldingen van rattenpopulatie aan ons gaan doorgeven’, aldus Maas. ‘Ze kunnen op hun telefoon ter plaatse meteen melding doen en een paar vragen beantwoorden.’
Deze methode van meldingen van rattenoverlast moet ook structuur brengen. Bij eerdere pogingen, vanaf 2014, lukte het het RIVM wel om uiteindelijk bij 25 gemeenten elk kwartaal hun waarnemingen van ratten te melden. ‘Gemeenten gaven echter aan dat het ze veel tijd kostte. En het lukte ons niet om de rattenoverlast goed tussen steden te vergelijken. De ene gemeente gaf elk telefoontje van inwoners door, de andere gemeente voorzag ons van alleen gecheckte meldingen. De rattenmonitor komt hieraan tegemoet.’
Lees het hele artikel in Binnenlands Bestuur nr. 21-2019 (inlog)
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.