Provincies steunen bezwaar tegen bodemrichtlijn

Grensoverschrijdend
De Europese commissie  heeft al jarenlang een richtlijn op stapel staan waarmee Brussel binnen de nationale staten zo nodig een betere bodembescherming zou kunnen afdwingen. Nederland ziet niet veel in bemoeienis van Europa met het bodembeleid van de individuele landen. Minister Huizinga blokkeerde deze week samen met vier andere landen tijdens haar eerste overleg met  ambtgenoten dan ook een politiek akkoord over de richtlijn. Argument hierbij: bodem is geen grensoverschrijdende zaak.

Bureaucratie
Het IPO is voorzitter van het ‘interbestuurlijk dossieroverleg’ over het bodembeleid en praat mee over de standpunten die in Europa worden uitgedragen. Een medewerker van het IPO stelt dat de provincies vrezen voor bureaucratie en een grote bestuurlijke belasting als de voorliggende richtlijn wordt ingevoerd. De provincies stellen dat ‘het Nederlandse bodembeleid voldoende bescherming biedt voor de Nederlandse bodem.’ De EU moet volgens het IPO een ondersteunende en stimulerende rol hebben, ‘maar  het karakter van de richtlijn dient flexibel te zijn,mag geen kwantitatieve normen bevatten en er mogen geen directe verplichtingen worden vastgelegd’.

Handvat
De woordvoerder ziet de richtlijn vooral als handvat voor landen die hun bodembescherming minder goed op orde hebben. ‘Wij hebben onze bodembescherming wel voor elkaar, maar een Europese richtlijn kan met name de nieuwere lidstaten wat meer houvast geven. Dat komt de bescherming van de bodem in heel Europa ten goede.’ Reden waarom het IPO vasthoudt aan een open gesprek met Brussel. Het categorische nee van het Rijk gaat de provincies net wat te ver, aldus de medewerker.