Provincies denken verschillend over kernenergie
Limburg, Noord-Brabant en Zeeland zetten door, maar Overijssel houdt af.
De onzekerheid over de toekomst van nieuwe vormen van kernenergie zorgt ervoor dat provincies verschillende besluiten nemen. De provincie Limburg stelde kortgeleden een coördinator kernenergie aan. Het gaat om Ruut Schalij van adviesbureau eRisk Group. Schalij moet vervolgonderzoek doen naar de financiële en economische haalbaarheid in Limburg van Small Modular Reactors (SMR). Dit is een nieuwe generatie kleine modulaire kernreactoren.
Limburg wel
De provincie Limburg besloot vorig jaar tot dit vervolgonderzoek op basis van een eerste studie van de Belgische adviesorganisatie Nuclear 21. Deze studie laat zien dat het voor de periode 2030-2035 in elk geval technisch haalbaar zou zijn om mini-SMR's in bedrijf te hebben, die met name de Limburgse industrieclusters van CO2-uitstootloze energie kunnen voorzien.
Overijssel niet
Op basis echter van onder meer hetzelfde onderzoek van Nuclear 21 heeft de provincie Overijssel in december vorig jaar juist besloten voorlopig niks te doen met kernenergie. Het grote voorschil is dat het provinciebestuur van Overijssel de studie heeft laten bekijken door energiedeskundige Wim Turkenburg, emeritus hoogleraar aan de Universiteit Utrecht.
Verbazing
Turkenburg schrijft dat hij 'met verbazing' heeft 'kennis genomen' van de bewering van Nuclear 21 dat mini-SMR's vanaf 2030 een 'regelbaar vermogen' kan aanbieden in Limburg. Dat is in zijn ogen onmogelijk omdat SMR's nog in ontwikkeling zijn en niet commercieel worden aangeboden. Als een SMR alsnog snel op de markt zou komen, in 2030, dan zou dit een zogenaamde First-of-a-Kind (FOAK) reactor zijn, 'met een voorbereidings- en bouwtijd van tenminste zo'n 15-20 jaar'. In dat geval heeft Limburg pas in 2045 een draaiende SMR staan.
Geen consensus
Deze discussie toont het gebrek aan consensus in de wereld van de kernenergie. Tekenend is het kernenergierapport dat de Raad voor de Leefomgeving en Infrastructuur (RLi) afgelopen september publiceerde. Eén van de externe deskundigen, directeur Ad Louter van de Almelose uraniumverrijker Urenco, stapte uit protest op. 'In het advies staan een aantal beweringen, onder andere over de kosten en bouwtijd van kernenergie, de flexibiliteit en veiligheid van kerncentrales, beschikbaarheid van splijtstof en oplossingen voor radioactief afval, die naar mijn oordeel niet op feiten berusten', liet hij weten in een verklaring.
De andere externe deskundigen waren Wim Turkenburg en kernenergiedeskundige Jan Haverkamp van Greenpeace.
Noord-Brabant
Naast Limburg heeft ook Noord-Brabant interesse om ruimte voor kernenergie te maken in zijn bestemmingsplan, schreef minister Jetten van Klimaat in zijn Kamerbrief van december. In deze brief wees hij Borssele aan als voorkeurslocatie voor twee nieuwe kerncentrales. Met de provincie Zeeland heeft hij afgelopen oktober afgesproken te onderzoeken of de al bestaande kerncentrale van Borssele technisch en economisch gezien na 2033 kan openblijven.
Verder bekijkt de regionale ontwikkelingsmaatschappij NV Impuls Zeeland met het bedrijf Thorizon wat er mogelijk is met een thorium gesmoltenzoutreactor. Dit is een nieuw type reactor dat kernafval kan hergebruiken en geen gebruik maakt van uranium. Ook Noord-Brabant investeert overigens in onderzoek hiernaar.
Alliantie
In Zeeland wordt momenteel een nucleair kenniscluster opgericht, samen met regionale kennisinstellingen en bedrijven. Ook Limburg wil een 'alliantie' oprichten met andere provincies, industrieclusters en een kernenergiebedrijf als EPZ om op termijn een sterke concurrentiepositie in te kunnen nemen. Maar pas na afronding van het onderzoek naar de financiële en economische haalbaarheid van de Small Modular Reactors neemt Limburg een definitief besluit.
Reacties: 2
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.