ruimte en milieu / Partnerbijdrage

De speelruimte van sportparken

Optimaal gebruik van onderbenutte vierkante meters.

25 maart 2025
Beeld: Mika Wegelius | Unsplash
Beeld: Mika Wegelius | Unsplash

Terreinen voor de beoefening van sport zijn doorgaans afgesloten ruimten, het domein van clubleden. Is dat logisch in een dichtbevolkt land? Misschien zouden andere mensen de onderbenutte vierkante meters ook moeten kunnen gebruiken. Sportend, spelend, wandelend of werkend. Ciska Meijer (Procap): “Overheid, sportverenigingen en omwonenden hebben baat bij meer toegankelijke sportparken.”

De volksgezondheid opschroeven is één van de redenen om sportterreinen beter te gaan benutten. “Dat openbare ruimte een gezonde levensstijl bevordert, is een expliciet doel van de Omgevingswet”, zegt adviseur en projectmanager Ciska. “Bij Procap zien we dat gemeenten zoeken naar ruimte voor sport, beweging en ontmoeting in stedelijk gebied.” Hiervoor laten ze hun oog ook vallen op sportparken. “Ons kennisteam Gezonde en Leefbare Stad heeft een aantal casussen bestudeerd. De belangrijkste bevindingen lichten mijn collega Aafke Stadhouders en ik graag toe.”

Financiële armslag

Een ‘open’ sportpark betekent niet dat iedereen zomaar overal op en in moet kunnen, verduidelijkt Aafke. “Je streeft naar doeltreffend ruimtegebruik door een balans te vinden tussen beslotenheid en toegankelijkheid. Kostbare faciliteiten moeten natuurlijk worden beschermd.” Nieuwe sportterreinen kunnen fysiek en sociaal-maatschappelijk worden ingebed in de omgeving door middel van gericht beleid en ruimtelijk ontwerp. Voor bestaande parken, waar vanouds vaak hekken om de velden, banen en clubhuizen heen staan, zal moeten worden uitgedokterd hoe ruimte beter kan worden ontsloten en benut, zegt Aafke.

Terreinen en banen zijn vaak eigendom van de gemeente en worden door sportverenigingen gehuurd. Ze worden bijna uitsluitend gebruikt voor trainingen en wedstrijden van leden. “Daar valt winst te behalen”, stelt Ciska, zelf lid van het bestuur van een atletiekvereniging. “Bijvoorbeeld door niet-leden, van scholieren tot senioren, de gelegenheid te bieden ze – tegen betaling – ook te gebruiken op gepaste tijden.”

In het hele land willen bezuinigende gemeenten het beheer en onderhoud van terreinen aan verenigingen overdragen. Verenigingen kampen echter met een afname van vrijwilligers en middelen. De terreinen beheren en onderhouden is al een hele kluif voor ze. “Weinig verenigingen zijn in staat om ook nog het gebruik van sportparken door verschillende partijen te gaan managen. Dit vergt centrale aansturing. Gemeenten en besturen van verenigingen kunnen met elkaar afspreken om een ander businessmodel te ontwikkelen, waardoor de clubs in staat worden gesteld andere inkomsten dan contributies te generen. Zo wordt het ook interessant voor hen.”

Beeld: Samuel Foster | Unsplash
Beeld: Samuel Foster | Unsplash

Aafke kent een voorbeeld van een door verenigingen gevormde coöperatie die, financieel gesteund door de gemeente, een onafhankelijk beroepsmanager heeft aangesteld om namens de coöperatie efficiënter gebruik en beheer van de faciliteiten te organiseren. “Door ruimte en voorzieningen te verhuren aan niet-leden, creëren verenigingen meer financiële armslag. Behalve sporters, individueel of in groepsverband, kunnen dat ondernemers in relevante beroepsgroepen zijn. Zoals een fysiotherapeut of een eigenaar van een kinderdagverblijf die buitenlucht en beweging belangrijk vindt. En op een sportpark met veel parkeerruimte kunnen nabijgelegen bedrijven wellicht plekken tegen betaling gebruiken.”

Trapveldjes en restruimte

Sportparken die al wat langer meegaan beschikken dikwijls ook over de nodige ‘restruimte’: trapveldjes, braakliggende landjes en langs de sportvelden gelegen functieloze stroken grond. Allemaal onderbenutte openbare ruimte, zegt Ciska. “Zonder hekken om het park heen wordt picknicken, elkaar ontmoeten, spelen, wandelen en fietsen tussen de sportvelden al een stuk eenvoudiger. Met speelvoorzieningen, parkmeubilair, paden en groenstructuren kan een gemeente deze ruimte nog beter laten aansluiten op de omliggende stad. Er kunnen natuurlijk openbare sportvoorzieningen worden geplaatst.”

Idealiter buigen gemeente, verenigingen én potentiële eindgebruikers zich samen over een strategie. Zodat het resultaat ook door omwonenden en andere belangstellenden wordt omarmd. Verder is van belang dat verschillende soorten gebruik mogelijk worden gemaakt binnen het geldende omgevingsplan. En dat verenigingen bijvoorbeeld ook onderhuur wordt toegestaan.

Bal aan het rollen

Al met al zijn er sterke redenen om naar open sportparken te streven, concludeert Ciska. Terreinen worden onderbenut, gemeenten willen beweging en ontmoeting stimuleren maar bezuinigen op onderhoud en menige sportvereniging kampt met een slinkend ledenbestand en verminderde inzet. Tegelijkertijd heeft de hele samenleving baat van een bevolking die gezonder leeft. “De potentie van zo’n ontwikkeling onderzoeken is de moeite waard. Enkele tips die wij alvast meegeven: kijk goed naar toegankelijkheid en ruimtelijke inpassing, maak het speelveld breed door eindgebruikers te identificeren en te betrekken bij planvorming en maak ruimte voor een onafhankelijke professional die de bal aan het rollen brengt en de touwtjes in handen neemt.”

Ciska Meijer
Ciska Meijer - Procap

Ciska Meijer is projectmanager en adviseur bij Procap. Haar passie ligt bij het werken aan leefbare, toekomstbestendige gebieden, waarbij ze graag verschillende belangen samenbrengt in een open en transparant proces. Ciska is sterk in het herkennen van kansen en het omzetten van visie naar concrete resultaten. Ze gelooft in samenwerking met een enthousiast projectteam, waarin iedereen de ruimte krijgt om zich te ontwikkelen. Zo draagt ze bij aan het stukje bij beetje mooier maken van Nederland.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.