‘Activistische ambtenaar’ sloopt de democratie
Ambtenaren die zich slechts door hun morele kompas laten leiden, dwarsbomen de werking van de lokale democratie. Vindt Friso de Zeeuw.
‘Wij doen alsof de wethouder z’n zin krijgt, maar intussen doen we heel andere dingen’. Deze uitspraak citeert transitieprofessor Jan Rotmans met volle instemming in een speech voor ambtenaren van de gemeente Amsterdam. Nota bene georganiseerd door het managementteam van die gemeente. De promotie voor de activistische ‘ambtenaar 3.0’ kwam voort uit een door 1200 ambtenaren ondertekende ‘klimaatbrandbrief’ aan het hoofdstedelijke gemeentebestuur
Het ideaal van de neutrale en waardevrije ambtenarij is onhaalbaar en onwenselijk. Aldus de vanuit het instituut DRIFT van de Rotterdamse Erasmusuniversiteit uitgedragen leer van de activistische ambtenaar. In plaats daarvan doet de ‘normatieve professionaliteit’ zijn intrede. Een goede professional heeft niet alleen technische kwaliteiten, maar beschikt over een ‘moreel kompas’.
Dat morele kompas reikt veel verder dan het wijzen op beleid dat evident strijdig is met wettelijke voorschriften. Zoals Sandra Palmen bijvoorbeeld wees op onwettige besluiten in haar roemruchte memo uit 2017 in het kader van de Toeslagenaffaire. Het gaat nu meestal om zorgen over het klimaat, maar het morele kompas kan alle kanten op wijzen; het kent per definitie geen grenzen.
Klimaatontkenners en stikstofsceptici kunnen dus ook een moreel kompas hebben. Waarom zouden we hen onthouden van een activistische opstelling? Subjectieve morele superioriteit legitimeert verzet tegen besluiten van het democratisch gekozen politiek bestuur en van de ambtelijke leiding.
Van welke methode bedienen activistische ambtenaren zich? Het gaat om ‘onconventionele routes’ zoals ‘bondjes vormen’, brandbrieven schrijven, klokken luiden en werkweigering’. De daaraan toegevoegde stelling dat de methoden ‘binnen de wet’ blijven, klopt sowieso al niet. Werkweigering is in strijd met het arbeidsrecht. Niet-uitvoeren en ondermijning van bestuursbesluiten (zie het citaat in de aanhef van dit artikel) is dat natuurlijk ook. Ook in de methodiek ontbreekt dus begrenzing.
Bij zulk woordgebruik is het altijd opletten geblazen, zo leert de geschiedenis.
De aanhangers van het ambtelijk activisme willen een omwenteling bewerkstelligen; het ‘oude regime’ moet weg. In eerdere interviews in de NRC en het Financieel Dagblad doet hun voorman Rotmans uit de doeken hoe dat in zijn werk gaat. We zitten in een ‘polycrisis’ en we gaan een tijd van chaos en onrust tegemoet. Dat is gunstig: ‘Hoe meer chaos en onrust, hoe beter het is.’ Ook angst onder de mensen helpt bij de realisering van de revolutie. Dan komt deze cruciale zin: ‘Ik denk niet dat we een klimaatoplossing krijgen zonder een ander democratisch systeem’. Bij zulk woordgebruik is het altijd opletten geblazen, zo leert de geschiedenis.
Rotmans werkt het idee uit: ‘Om te veranderen is 25 % van de populatie nodig. Als je in Nederland naar het stemgedrag kijkt, denk ik dat we rond de 20% zitten. Er is nog een crisis nodig voordat er echt een ommezwaai komt.’ Het perspectief tekent zich af. In een sfeer van chaos, onrust en angst, kan zich de ommezwaai (‘kanteling’ ofwel omwenteling) onder leiding van Rotmans en de zijnen voltrekken. Met steun van 25% van de bevolking en dus tegen de zin van driekwart van de bevolking. Voor wie nog twijfelt, citeer ik Rotmans in een interview in het AD uit 2018: ‘Soms denk ik: er mag best een verlichte dictatuur op het gebied van energietransitie komen.’ De aap komt uit de mouw: die ‘andere democratie’ is geen democratie maar een machtsovername door de voorhoede van de klimaatactivisten.
Terug naar de activistische ambtenaar. Bestuurders confronteren met (ontwerp-)besluiten die tegen de wet ingaan, lijkt mij prima. Ook een indringend gesprek over de beleidsinhoud, waarbij ook morele aspecten een rol spelen is uitstekend. Sterker nog: bestuurders hebben tegenspraak nodig, maar nemen uiteindelijk de beslissing. Klokkenluiders hebben een erkende positie in het overheidsbestel. En een ‘brandbrief’ schrijven omdat je een ander beleid voorstaat? Lijkt mij geen taak voor ambtenaren in diensttijd.
Werkweigering en sabotage? Ontoelaatbaar, want ondergraaft het functioneren van de overheidsorganisatie en het democratisch besluitvormingsproces. Tenzij je ‘een andere vorm van democratie’ voorstaat. De hoofdregel blijft: als het beleid je niet bevalt en je er moreel niet mee leven kan, moet je opstappen. Dat deed bijvoorbeeld Annemiek Nijhof (toen directeur-generaal Water bij het ministerie van Infrastructuur en Milieu) in 2011 vanwege het verharde politieke klimaat met de PVV.
Mijn ‘ondeugd’ berust niet op morele superioriteit en raakt juist niet de essenties van het beleid
Nu zal de oplettende lezer zeggen: ‘Friso, je promoot zelf dat een ambtenaar die een bestuurlijk afgezegend project wil realiseren, zo nu en dan een beetje ondeugend moet zijn om zich door stroperige regelbrij heen te worstelen’. Dat klopt, maar de verschillen zijn wezenlijk. Mijn ‘ondeugd’ berust niet op morele superioriteit en raakt juist niet de essenties van het beleid. Het kan zowel betrekking hebben op de uitvoering van een woningbouwplan als op een natuurproject. De loyaliteit aan het politiek bestuur blijft intact, evenals de verantwoordingsplicht aan de bestuur ambtelijke leiding achteraf.
Niettemin: als ik met het intrekken van mijn ‘katholieke’ advies kan bereiken dat de leer van de ‘activistische ambtenaar’ te grave wordt gedragen, teken ik gelijk. De activistische ambtenaar kent geen grenzen in morele motivatie én werkmethoden en vormt daarom een bedreiging voor het democratisch bestuur.
Reacties: 2
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.