Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

'Overheden: kom actiever je zorgplicht voor drinkwater na'

Interview met Hans de Groene, directeur van de koepel van drinkwaterbedrijven

05 januari 2023
Hans de Groene, directeur van Vewin.
Hans de Groene, directeur van Vewin.Bas Adriaans

De overheden moeten hun wettelijke zorgplicht voor de drinkwatervoorziening actiever nakomen. Anders komen de drinkwaterbedrijven in de problemen.

Dat zegt Hans de Groene, directeur van Vewin, de koepel van de tien Nederlandse drinkwaterbedrijven. Volgens hem moeten de drinkwaterbedrijven de komende jaren hun waterwinning vergroten om aan de groeiende vraag te voldoen.

Manager Economie & Cultuur

Gemeente Maastricht
Manager Economie & Cultuur

Strategisch beleidsadviseur bestaanszekerheid

Duo+ in opdracht van Gemeente Uithoorn
Strategisch beleidsadviseur bestaanszekerheid

BB Hoe gaat het met de waterkwaliteit? Sinds de vervuiling van de jaren zeventig is er toch ongelooflijk veel verbeterd?

Hans de Groene 

De jaren zeventig herinneren we ons vooral van de grote vervuiling van de grote rivieren, door bijvoorbeeld de kalimijnen in Frankrijk. Daar is veel  aan verbeterd. Tegelijkertijd zijn er nieuwe uitdagingen, zoals nieuwe chemische stoffen. Ik hoef het woord 'PFAS' maar te noemen. Relatief nieuw is ook de vervuiling met medicijnresten, omdat we ouder worden en steeds meer slikken.

Kijk je naar het grondwater, dan gaat het absoluut slechter dan enkele decennia geleden. De bedreigingen uit de landbouw zijn er nog steeds. Er is best wat verbeterd, maar de problemen rond nitraat (een stikstofverbinding, BB) en bestrijdingsmiddelen zijn hardnekkig. Wat we meemaken is dat we in grondwaterbronnen bestrijdingsmiddelen vinden die al een tijd verboden zijn. Maar ze zitten in de bodem en sijpelen langzaam door naar het grondwater.

In december kwam het rapport uit van de Studiegroep Grondwater. Eén van de issues daarin is dat die verontreinigingen van grondwater steeds serieuzer worden en ook een bedreiging vormen voor drinkwaterbronnen. Wij hebben in december gezegd dat we het jammer vinden dat de grondwaterbeschermingsgebieden onvoldoende zijn opgenomen in het Nationaal Plan Landelijk Gebied (NPLG).

Vijf jaar geleden hebben we met de ministeries van LNV, I en W, met LTO en het IPO vastgesteld dat we in 34 grondwaterbeschermingsgebieden nog een nitraatprobleem hebben. Een duurzame oplossing is dat de hoeveelheid nitraat onder de grens van vijftig mg per liter zit. Daar is een gebiedsgerichte aanpak voor ontwikkeld, door drinkwaterbedrijven, boeren, provincies en het rijk.

Vijf jaar later moeten we constateren dat we de doelen halen in misschien de helft van de gebieden, maar in de andere helft zeker niet. Steeds is gezegd: als we het niet halen, komen er verplichte maatregelen. Want deze hele aanpak was vrijwillig. Dat is niet gebeurd. Het is vooruit geschoven. Met name de provincies in het oosten en het zuiden van het land hebben deze problemen: Overijssel, Gelderland, Drenthe ook wel, Limburg en Brabant.

Het is een gemiste kans dat dat niet als specifiek doel is opgenomen. Iets soortgelijks geldt voor de bestrijdingsmiddelen. Het is de koninklijke weg om deze problemen definitief van de agenda te halen nu het rijk de provincies vraagt om binnen het NPLG eigenlijk alles gebiedsgericht aan te gaan pakken: stikstof, natuur, klimaat en water.

Met het grondwater gaat het slechter dan enkele decennia geleden

BB De deadline voor provincies is 1 juli. Zij moeten een berg werk verzetten. Waar vragen jullie de provincies heel concreet om?

Hans de Groene 

Als je het zo algemeen stelt: het begint met de beschikbaarheid van drinkwaterbronnen. Ons commentaar op het NPLG gaat specifiek over nitraat en bestrijdingsmiddelen. Maar onze reactie op de NOVEX, dus op het overkoepelende verhaal waarin alle ruimtelijke keuzes samenkomen, is dat als niks wordt ondernomen er problemen kunnen ontstaan rond de beschikbaarheid van drinkwater. Alle tien drinkwaterbedrijven moeten voor 2030 extra productiecapaciteit hebben om aan de groeiende vraag te voldoen, want de bevolking groeit als kool, en de economie ook. Natuurlijk moet je kijken naar mogelijkheden om het zuiniger aan te doen, bijvoorbeeld door waterbesparend te bouwen als het gaat om de 900.000 nieuwe woningen die tot 2030 worden gebouwd. Maar drinkwaterbedrijven moeten op alles voorbereid zijn. In een vijftal regio’s kan het op korte termijn al spaak lopen: Groningen, Haaglanden/Leiden, Twente, delen van Utrecht en West-Brabant.

Het punt is dat drinkwaterbedrijven dat niet volledig zelf in de hand hebben. Zij moeten vergunningen krijgen, en vergunningen die ze al hebben volledig kunnen benutten. Ook moeten zij vergunningen krijgen voor alternatieve bronnen. Grondwaterbedrijven willen misschien meer met oppervlaktewater gaan doen, andere bedrijven kijken naar brak grondwater in het westen van Nederland. Er is zelfs een initiatief om te kijken naar het ontzilten van zeewater. Dat vereist een bepaald tempo van vergunningen om te winnen en te bouwen, en ook financieringsruimte.

Maar de rode draad is dat de vergunningverlening steeds langer duurt en complexer wordt. In een vol land als Nederland botsen de belangen. Ook speelt het feit mee dat de capaciteit en kunde aan de kant van de vergunningverlener niet altijd op orde zijn. Het voornaamste is het doorhakken van knopen, wat moeilijk is omdat de afweging van belangen op provinciaal niveau steeds ingewikkelder wordt. Maar her en der gaat het ook om voldoende bestuurlijke doorzettingskracht. De brief van minister De Jonge (VRO) aan de provincies noemt drinkwater uitdrukkelijk, maar dat moet nu handen en voeten krijgen in de provincies.

De rode draad is dat de vergunningverlening steeds langer duurt

BB De drinkwatervraag groeit toch niet navenant mee met de bouw van 900.000 nieuwe woningen? Want voor een deel hangt die bouw samen met huishoudenverdunning: minder mensen per woning.

Hans de Groene 

Tussen het aantal mensen en de totale drinkwatervraag zit de vraag per hoofd. Huishoudenverdunning zal wel leiden tot een wat hogere vraag, want veel mensen in één huis heeft bepaalde efficiencyvoordelen. We zien wel dat het gebruik per hoofd in Nederland jarenlang is gedaald, daarna een tijdje constant bleef en nu weer oploopt. Althans, tot voor kort. Ik denk dat we allemaal benieuwd zijn naar de cijfers over het afgelopen jaar. Ik hoor van onze drinkwaterbedrijven dat ze de vraag weer zien afnemen, wat waarschijnlijk komt door de stijgende gasprijzen. Het douchen is met 36 procent van het huishoudelijke drinkwatergebruik een heel belangrijke factor. En dit jaar gaan de drinkwaterprijzen fors omhoog.

We gebruiken iets van 125 liter per persoon per dag. De minister van I en W heeft de ambitie om dat terug te brengen naar 100 liter in 2035. Dus 20 procent minder. Het is de vraag hoe je dat bewerkstelligt. Iedereen is achter de voordeur vrij om te doen wat hij wil. De minister wil een nationaal plan van aanpak voor drinkwaterbesparing. Wij zijn het daar mee eens en hebben gepleit om de bouwregelgeving aan te pakken zodat voor gemeenten de mogelijkheden verbreed worden om bij in elk geval een deel van die 900.000 nieuwe woningen te kijken of je waterbesparender kunt bouwen. Denk aan het verzamelen van regenwater en daarmee het toilet doorspoelen, de was doen, de auto wassen, of de tuin besproeien.

Als je in Vlaanderen een nieuw huis bouwt, is regenwateropvang al verplicht, en ook als je je huis fors verbouwt. Het Bouwbesluit maakt het bij ons lastig voor gemeenten om daar eisen aan te stellen. Daarom hebben wij gezegd; verruim nou die regels om ruimte te creëren voor experimenten.

BB Hydroloog Niko Wanders van de Universiteit Utrecht zegt dat we in Nederland genoeg water hebben. We moeten er alleen anders mee om leren gaan. Is dat ook jullie optiek?

Hans de Groene 

Natuurlijk. Op zich hebben we genoeg water. En als het gaat om de drinkwatervoorziening; die bedraagt nauwelijks meer dan anderhalf procent van de hele waterhuishouding. We hebben onszelf aangeleerd om heel veel water heel snel weg te pompen. Het heeft flink geregend de afgelopen dagen, maar in de hoge zandgronden, op de Brabantse Wal, stroomt dat water in de sloten en gaat het in een noodtempo naar zee. Vroeger kreeg dat veel langer de tijd.

Hydrologen kunnen vertellen dat een druppel water die in Twente viel, er vroeger negen dagen over deed om in de IJssel te komen, en nu negen uur. Daarover zijn we ook in gesprek met de waterschappen. In de aanloop naar de verkiezingen hielden we samen met de waterschappen een heel pleidooi voor een watertransitie: we moeten water beter gaan vasthouden, zodat we minder snel in de problemen komen als het een tijdje niet regent. Drinkwaterbedrijven komen overigens niet in de problemen tijdens zulke droge zomers als van de laatste jaren. Maar we zijn wel onderdeel van het maatschappelijk debat. Als boeren niet meer kunnen beregenen, roepen wij huishoudens op zuinig te zijn. Het gaat op droge, hete dagen ook om spreiding en vermindering van het gebruik; om te voorkomen dat de druk van het water wordt verlaagd. Als dat gebeurt, merk je daar trouwens nauwelijks iets van. Dan heb je een iets minder harde straal uit de kraan.

Drinkwater is nauwelijks meer dan 1,5 procent van de hele waterhuishouding

Hans de Groene

BB Wat chemische stoffen als PFAS betreft, kijken jullie naar de besluiten in Brussel. Maar zijn provincies of gemeenten ook belangrijk?

Hans de Groene 

Zeker. Het beleid voor chemische stoffen wordt natuurlijk in Brussel en Den Haag gemaakt, maar de vergunningverlening zit op het niveau van omgevingsdiensten. Er is ruimte voor regionale afwegingen, en die wordt straks alleen maar groter met de Omgevingswet. Dat is best een punt van zorg. Want toezicht en handhaving zijn uitermate belangrijk om de drinkwaterbronnen te beschermen. Nu is het zo dat je niet mag lozen, tenzij je een vergunning hebt. Wij interpreteren de Omgevingswet zo dat die bewijslast wordt omgedraaid. Dat het gaat worden: ja, mits. Wij zijn er niet gerust op dat de Omgevingswet niet de deur openzet voor een makkelijker regime voor lozing. Dat is de kern van de zaak.

De kennis bij de verguningverlener is een erkend issue. Zie ook het rapport van de Commissie Van Aartsen over de omgevingsdiensten. Die was daar heel kritisch op. Het aantal nieuwe chemische stoffen is enorm. De vraag is terecht: hoe been je dat bij? Wij pleiten voor investeren in capaciteit en kennis bij de vergunningverlening. En voor goede informatievoorziening aan de drinkwaterbedrijven, zeker in de buurt van innamepunten voor drinkwater in de de grote rivieren. Zodat drinkwaterbedrijven niet verrast worden door stoffen die ze niet kennen, daardoor de inname van water stop moeten zetten, om eerst te verkennen wat er aan de hand is. Dat zijn dagelijkse vraagstukken waarmee drinkwaterbedrijven worstelen.

Reacties: 2

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Hans Bakker
Ik ben bang dat deze terechte waarschuwing aan dovemansoren is besteed. Uiteindelijk handelen we alleen vanuit ideologie. Ideologie verander wezenlijk meestal alleen na oorlogen, rampen etc. Het moet dus, helaas, eerst mis gaan. Daarnaast zal er een geleidelijk proces komen van acceptatie en aanpassing van een slechtere waterkwaliteit. Zo is de mens, zeker in het opportunistische Nederland.
Toine Goossens
Net als andere nutsbedrijven lopen de drinkwaterbedrijven tegen NIMBY gedrag van burgers en tegen alle regelgeving die burgers daarin beschermd en faciliteert aan. Zie die 9 uur in plaats van 9 dagen dat regenwater tegenwoordig de bestemming bereikt.

Het nul, nihil, risico denken om burgers maar rustig te houden, legt Nederland aan alle kanten lam. Dat veranderen is de meest belangrijkste taak van politici en politieke partijen. En dan niet wachten totdat die ramp zich echt voordoet, maar burgers, keizers doordringen van de noodzakelijkheid om ook de nadelen van het leven in Nederland te accepteren.

Aww, nadelen? Daar denken die honderd duizenden jaarlijkse migranten heel anders over. Nederland is het meest fantastische land op aarde. Houdt de NIMBY's dat als voorbeeld voor en zorg dat zij zwijgen als het landsbelang dat vereist.

Advertentie