Ommezwaai
Het college van B en W in Middelharnis wilde geen vrijstelling geven voor de overkapping van twee mestsilo’s en kan na jaren procederen nog niet goed uitleggen waarom.
In 1985 zet een voorganger van Kunst Eco Service twee grote mestsilo’s neer in Middelharnis. De gemeente wil dat de silo’s worden afgedekt. Maar de enorme omvang van de silo’s maakt dat technisch en economisch niet haalbaar. De Raad van State zegt daarom in 1990 dat B en W de overkapping niet kunnen opleggen.
In 1999 neemt Kunst Eco Service de silo’s over. Kunst kan een opdracht ter waarde van 20 miljoen gulden krijgen voor een product dat noopt tot afdekking van de silo’s. Omdat afdekken met zo’n contract economisch wél mogelijk is, vraagt Kunst een bouwvergunning en vrijstelling aan voor een schuine overkapping die 11,68 respectievelijk 13,03 meter hoog wordt. B en W stemmen er medio 2001 mee in de vrijstellingsprocedure in gang te zetten. Twee jaar later weigert een nieuw college de vrijstelling echter, na overleg met de raadscommissie.
Volgens Wilfried Nielen van Kunst ligt de nieuwe wethouder dwars, omdat hij de strijd heeft aangebonden met stankoverlast: ‘Maar er is nooit een klacht over stank ingediend.’ Als B en W in 2004 bij de weigering blijven, komt Nielen uiteindelijk bij de Raad van State. Die vindt dat het college dat besluit onzorgvuldig heeft voorbereid en ‘onvoldoende draagkrachtig heeft gemotiveerd’. De overkapping maakt de mestbassins weliswaar zichtbaarder, maar deze wordt landschappelijk goed ingepast en is voor de omgeving een ‘milieuhygiënische verbetering’.
‘Saillant detail,’ vindt Kunst-advocaat Johan van Groningen, ‘dat de gemeente destijds zelf de ruimtelijke onderbouwing heeft geschreven waarin de inpassing uitdrukkelijk is meegenomen.’ In 2008 besluiten B en W vanwege landschappelijke en milieuhygiënische redenen opnieuw afwijzend op het bezwaar van Kunst. Het zijn dezelfde redenen als vier jaar daarvoor, zegt de rechtbank, die het besluit daarom niet goed onderbouwd vindt. De Raad van State sluit zich daarbij aan.
B en W hebben weer niet goed duidelijk gemaakt waarom zij van inzicht zijn veranderd. En waarom zij menen het opgewekt vertrouwen bij Kunst te mogen beschamen. De voorgenomen aanleg van een zoetwaterkanaal? Die zou juist pleiten vóór overkapping! Gemeenteambtenaar Jan den Braber ziet nu twee mogelijkheden: ‘Het weigeringsbesluit handhaven met een betere motivering of een ander besluit nemen.’ Op de keuze kan hij niet vooruitlopen. Terwijl hij evenmin iets kan zeggen over de schadeclaim die Kunst wil indienen.
Nielen: ‘Wij gaan nadenken over een acceptabele claim en willen de zaak in harmonie afwikkelen.’ Als de gemeente met een redelijk voorstel komt, kan het dossier voorgoed uit de kast en komt er een einde aan de ‘ellende’, zegt Nielen. ‘Wij willen hier weg en bouwen voor 30 miljoen een biomassacentrale en opslagpark bij Terneuzen.’ Den Braber: ‘De gemeente is bereid tot een gesprek.’
Vindplaats: LJN BL3304
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.