Vrij spel voor sjoemelende boeren
Veestallen stoten veel meer stikstof uit dan toegestaan. De controle daarop door gemeenten en provincies blijkt sterk versnipperd. Een rondgang door Noord-Brabant, Gelderland en Limburg. ‘Die informatie is niet voorhanden, omdat die niet op deze manier wordt geregistreerd.'
Veestallen stoten veel meer stikstof uit dan toegestaan. De controle daarop door gemeenten en provincies blijkt sterk versnipperd. Een rondgang door Noord-Brabant, Gelderland en Limburg. ‘Die informatie is niet voorhanden, omdat die niet op deze manier wordt geregistreerd.'
Slappe controle
Het toezicht op naleving van de natuurbeschermingsvergunningen van veehouderijen deugt niet, constateerde De Groene Amsterdammer eind 2019. Het tijdschrift vergeleek milieuvergunningen van 58 megastallen met de ammoniakuitstoot die de veehouders hadden doorgegeven aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Daaruit zou blijken dat een derde van de veehouderijen de vergunningsgrenzen overschrijdt. 'Deze stallen stoten veel meer stikstof uit dan toegestaan; soms zelfs vijf keer zoveel. (…) De ogenschijnlijk strenge normen worden vaak door de boeren genegeerd en door de overheid slap gecontroleerd.'
Pet
Gooien de provincies, het bevoegd gezag bij de Wet natuurbescherming, er met de pet naar? Binnenlands Bestuur gaat te rade bij provincies die bekendstaan om hun intensieve veeteelt: Noord-Brabant, Limburg en Gelderland. Samen zijn ze goed voor 9,5 miljoen (van de 12 miljoen) Nederlandse varkens, 59 miljoen (van de 101 miljoen) Nederlandse kippen en 1,7 miljoen (van de 3,8 miljoen) Nederlandse runderen.
Niet aangesproken
Met het artikel in De Groene als startpunt lukt het niet een gedeputeerde of betrokken ambtenaar te spreken. Wat uit de schriftelijke antwoorden van Noord-Brabant en Gelderland duidelijk wordt, is dat ze zich niet direct aangesproken voelen. 'Dit is ook geen vraagstuk dat je zomaar bij of de gemeente, of de provincie, of het rijk kan neerleggen', mailt de Gelderse woordvoerster. 'We hebben hier allemaal wat te doen.' De Brabantse woordvoerster wijst op de rol van de gemeenten bij de Wet natuurbescherming (Wnb). 'Gemeenten zijn voor nagenoeg alle veehouderijenbedrijven bevoegd gezag in het kader van de Wabo. De eerste toets of er een Wnb-plicht geldt ligt dan ook bij de gemeenten', mailt ze.
Zelf kiezen
Daarbij kan een veehouderij zelf kiezen wie toezichthouder wordt, blijkt uit de Brabantse antwoorden. De veehouder kan natuur namelijk opnemen in de Wabo-aanvraag, waarna de gemeente bij de provincie een goedkeuringsstempel, een zogenaamde 'verklaring van geen bedenkingen' (vvgb), moet vragen. Hij kan ook voor het natuurgedeelte een aanvraag voor een Wnb-vergunning indienen bij de provincie. 'In het eerste geval is de gemeente bevoegd gezag voor het afgeven van de Wabo-vergunning (inclusief onderdeel natuur) en ook verantwoordelijk voor het toezicht en handhaving, inclusief het natuurdeel', aldus Brabant. 'In het tweede geval verleent de provincie de Wnb-vergunning en is hierbij verantwoordelijk voor toezicht en handhaving.'
Streven
In theorie is het, volgens de provincie Gelderland, mogelijk dat een bedrijf een milieuvergunning aanvraagt en krijgt, maar geen natuurvergunning aanvraagt. 'Het bedrijf moet zorgen dat het over de juiste vergunningen beschikt', laat ze weten. 'Bij de vergunningsaanvraag wordt een stikstofberekening gevraagd. Die is gebaseerd op het diersoort, dieraantal en stalsysteem. Indien vergunbaar worden deze als voorschrift aan de vergunning verbonden en daarmee de stikstofuitstoot gereguleerd.'
Niet voorhanden
Dan naar toezicht en handhaving. Gelderland mailt: 'Ons streven is om elk bedrijf eens in de drie jaar te controleren. Wij hebben sinds 2017 circa 900 bedrijven bezocht.' Welk percentage dat is van het totaal aantal boerenbedrijven is onbekend, 'omdat de bevoegdheid tot toezicht en handhaving verdeeld is over de provincie en gemeenten.' Hoeveel veehouderijen voor de Wet natuurbescherming onder het gezag vallen van de provincie kan ze niet aangeven. 'Die informatie is niet voorhanden, omdat die niet op deze manier wordt geregistreerd.'
Meer grip
De provincie Noord-Brabant lijkt meer grip te hebben op de naleving. Daar loopt van 2018 tot en met 2020 het project Intensivering Toezicht veehouderijen (ITV), waarbij de provincie samenwerkt met 43 van de 62 Brabantse gemeenten. 'Doel van het project is om binnen drie jaar 6.400 Brabantse veehouderijen op uniforme wijze te controleren op milieu- en natuurregelgeving.’ Inspecteurs controleren dieraantallen en stalsystemen. In anderhalf jaar tijd, tot medio 2019, zijn 2.968 bedrijven bezocht. Overigens doen negentien Brabantse gemeenten niet mee, waardoor 2.800 veehouderijen buiten dit gezamenlijke toezichtproject vallen.
Eén op twee in de fout
Waar in Gelderland één op de vijf veehouderijen in overtreding was, ging in Brabant bijna één op de twee veehouderijen in de periode 2018 tot medio 2019 in de fout bij milieu- en natuurwetten. Doorgaans ging het, aldus de woordvoerder, om kleine overtredingen. 'Slechts in 3,3 procent van de gevallen gaat het om te veel ammoniakuitstoot', mailt ze. Een rekensommetje leert dat het om 48 bedrijven gaat.
Uitstootregister
De Groene kwam overschrijdingen van de stikstofuitstoot door veehouderijen onder andere op het spoor door het Europese Uitstootregister (E-PRTR) te raadplegen. De cijfers die de boeren aan de RVO rapporteren komen daar namelijk via het RIVM in terecht. Althans in het geval van grote ammoniakuitstoters. Dat waren er 72 voor Nederland. 'Van elf bedrijven konden de verantwoordelijke provincies binnen twee weken geen vergunningen vinden en tonen', meldt De Groene. Onder die provincies ook Brabant, Gelderland en Limburg. Gelderland laat weten dat het de E-PRTR-cijfers links laat liggen. 'Die gegevens hebben wij niet nodig voor handhaving. Daarvoor biedt de vergunning voldoende handvatten', stelt de woordvoerder.
Hoofdverantwoordelijk
Volgens Chris Backes, hoogleraar omgevingsrecht aan de Universiteit Utrecht, is de provincie hoofdverantwoordelijk voor het toezicht op de kwaliteit van de natuur in beschermde gebieden. 'Als die achteruitgaat en overtredingen mogelijk de oorzaak zijn, kan de provincie, aldus Backes, 'niet achteroverleunen. Als het ligt aan handhaving, dan móet de provincie er achteraan.'
Niet op netvlies
Backes wijst op een recente rechtszaak over een veehouderij in Oost-Brabant die bijdraagt aan verslechtering van de kwaliteit van nabijgelegen natuur. 'Daar heeft de rechter de provincie opgedragen aan te geven hoe ze de achteruitgang gaat stopzetten en of dit mogelijk is zonder de vergunning van dit bedrijf in te trekken.' Volgens Backes bepaalt de Natuurbeschermingswet dat als een Natura 2000-gebied achteruitgaat, het bevoegd gezag niet op zijn handen mag zitten. 'Als er zo'n schadelijke ontwikkeling plaatsheeft, móet je beleid hebben, een plan dat duidelijk maakt hoe je dat keert. Die juridische verplichting staat blijkbaar niet op het netvlies van de provincie.'
Lees het hele verhaal over het toezicht op boeren deze week in BB05 (inlog).
Reacties: 16
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Vertrouwensgedrag, het centrale thema van de Omgevingswet, staat haaks op het Nederlandse Gedooggedrag. Als Rijk en Lokaal Bestuur niet snel tot een correctie van laks gedrag komen, gaat de teloorgang van Nederland gewoon door.
De enige lichtpuntjes zijn de multinationals. Die trekken zich wel wat aan van de mening van het volk. Gekker moet het toch echt niet worden.
In Utrecht is Sander van Waveren een WOB procedure gestart om de informatie te krijgen die hem als Raadslid wordt onthouden.
Vertrouwensgedrag beklijft alleen als zij die het vertrouwen schenden, verraders van vertrouwen, direct, zichtbaar en stevig worden aangepakt.
Het gedoogbeleid en het intern wegkijken door de overheid bedreigen onze democratie.
Want inderdaad Peter-Paul, hoeveel ondernemers zijn er niet failliet gegaan vanwege overheidsmaatregelen.
Heeft iemand zich daar ooit wat van aangetrokken. Maar er moet maar een hagelsteen door het boeren dak te gaan en er wordt compensatie geëist.
Het is een publiek geheid dat er volop gerommeld wordt met regels en regelingen, het is helder dat een groot gedeelte van de landbouwopbrengsten geëxporteerd worden omdat we niet zelf nodig hebben, die overproducties vragen extra arbeidskrachten die we eigenlijk niet kunnen huisvesten, die arbeidskrachten frauderen weer met werkloosheid en arbeidsongeschiktheid en Nederland laat het allemaal fijn lopen.
Als je dan ook nog eens in ogenschouw neemt dat 90% van de EU-subsidies naar de landbouw gaat, hebben we een landbouwketen om trots op te zijn! Maar niet heus...
Voor €100 komen ze hun bed niet uit...
Nog ben ik van mening dat we ons blind staren op een stikstofhype van NL die wereldwijd niets voorstelt. Echter is dit in onze achtertuin dus het makkelijkste roeptoeteren ook al is het een ieniemiene druppeltje op een kookplaat.
Geen 1 actiegroep die zich druk maakt om de plastic-rivieren in India of de chemicaliën stokende olietankers, afbranden van de regenwouden, etc.
Blijf ervoor pleiten dat we onze frustraties moeten bundelen en juist in die landen waar de grote winsten te behalen zijn ons moeten inzetten.
Onderstaand lees ik ook dat als "ondernemers" omvallen je niets hoort. Dat klopt omdat die ondernemers zicht niet verenigen... dat is de tendens van NL, we accepteren alles. Daarnaast valt de "ondernemer" meestal om vanwege zijn eigen toedoen en valt niet een hele branche om door toedoen van de overheid wat nu wel het geval dreigt te zijn.
Laten we toch stoppen met zeiken op onze buren en ons richten op de global zaken die echt kunnen bijdragen aan een beter milieu!
Gebruik de "problemen" in NL om ons te ontwikkelen en verbeteren en niet door deze het land uit te jagen.