Advertentie
ruimte en milieu / Achtergrond

Boom zoekt grond

De Bossenstrategie moet het keerpunt worden, daartoe aangejaagd door het Klimaatakkoord. Bossen leggen immers CO2 vast.

08 juli 2022
Bos
Pixabay

Volgens de Nationale Bossenstrategie moet er 75.000 voetbalvelden of anderhalf keer de oppervlakte van Amsterdam aan nieuwe bossen komen in ons land. Maar waar laat je al die bomen? ‘We doen wat we kunnen, maar veel provinciale Landschappen hebben nauwelijks ruimte meer voor nieuw bos op eigen grond.'

Financieel Consultant

JS Consultancy
Financieel Consultant

Adviseur Contractmanagement/Assistent Contractmanager Meanderende Maas

JS Consultancy
Adviseur Contractmanagement/Assistent Contractmanager Meanderende Maas

Overal omgevallen bomen, sommige van een fors kaliber. De weidebeekjuffer en de platbuik verraden de aanwezigheid van stromend water en ruigte in de bosrand. Bart de Haan, bosecoloog bij Natuurmonumenten, struint over een slingerend pad in het Klimaatbos bij Biddinghuizen, Flevoland. Het 28 hectaren grote bos valt onder het Harderbos dat in 1968 werd aangeplant in de Flevopolder omdat de grond te nat was voor landbouw.

‘In 2008 was dit deel nog een kale akker, en moet je nu kijken, het is in veertien jaar tijd bijna een oerbos’, zegt de bosspecialist voor de provincie Overijssel en Flevoland. In een week tijd plantten zesduizend mensen in 2008 zestigduizend bomen en twintigduizend struiken, waardoor het Klimaatbos wel dertig verschillende soorten telt, water vasthoudt en met de hulp van Natuurmonumenten de oever van een brede sloot een natuurvriendelijker karakter krijgt. Het pad wordt gemaaid en verder gebeurt er niets, zegt De Haan bij een enorme gespleten populier.

Als het aan hem ligt, komen er meer van dit soort nieuwe bossen. ‘Ze kunnen een nieuwe ‘natte as’ vormen van half open bos, tussen West-Gelderland en Oost Flevoland, ik schat wel 1000 hectare.’ Dat zou welkom zijn. Want 10 procent meer bos in Nederland in 2030 is een van de doelen van de november 2020 gestarte ‘Nationale bossenstrategie’. Derhalve zou in amper acht jaar 37.000 hectare nieuw bos moeten verschijnen, zo is vroom berekend.

Het is goed dat er ambities zijn, want anders gebeurt er helemaal niks.

Als dat lukt, zal Nederland met in totaal 407.000 hectare bos overigens nog steeds het kleinste areaal bos hebben in Europa, in verhouding tot de oppervlakte van het land. In de periode 2013–2017 nam de hoeveelheid bos nog af met 5400 hectare. Sloop van houtwallen, landschapselementen als bomenlanen en hele bosper- ‘ Het is goed dat er ambities zijn, want anders gebeurt er helemaal niks’ celen zonder herbeplanting zijn daarvan de oorzaak.

De Bossenstrategie moet het keerpunt worden, daartoe aangejaagd door het Klimaatakkoord. Bossen leggen immers CO2 vast. En er is meer. De biodiversiteit neemt toe, er liggen kansen voor waterberging en droogtebestrijding. Op boerenland kan de deken van stikstof worden uitgeklopt met ruimte voor agroforestry, natuurinclusieve landbouw en ga maar door. Nieuwe bossen rond gemeenten verbeteren uitloop- en recreatiemogelijkheden door wandel- en fietspaden.

Naar goed Hollands gebruik zijn de ambities al verdeeld, op papier althans. 15.000 hectare nieuw bos moet in bestaand beheergebied en Nationaal Natuur Netwerk (NNN, voorheen EHS, Ecologische Hoofdstructuur), waarvan 10.000 hectare op Rijksgrond van onder meer Staatsbosbeheer, Rijkswaterstaat en Defensie, en 5000 hectare bij andere terreinbeheerders.

De bossenstrategie wijst nog eens 15.000 hectare nieuw bos aan in ‘nog te realiseren NNN’. Ten slotte moet 7000 hectare extra bos in ‘andere functies’ verschijnen, zoals bij de woningbouwopgave, de regionale energiestrategie en waterbeheer.

Beekdalen

Dat laatste gebeurt veertig kilometer zuidelijker bij de Modderbeek in de Gelderse Vallei tussen Achterveld en Leusden. Dauw glinstert in het grasland in deze vroege voorjaarsochtend. Tot voor een paar jaar geleden voerde de beek als een kaarsrechte goot regenwater van het Veluwemassief naar het Valleikanaal en dan in de Eem, hup, naar het IJsselmeer. ‘Het bovenstroomse gedeelte is nog steeds té recht, maar hier hebben we over een lengte van zes kilometer het oorspronkelijke kronkelende beekdal hersteld door op slimme wijze grond met de boeren te ruilen’, zegt Frans ter Maten, heemraad bij waterschap Vallei en Veluwe. ‘En verderop is een stuw, waarmee we water vasthouden.’

In de smalle, licht oplopende natte uiterwaarden van de beek zijn sinds drie jaar wilgen en elzen opgeschoten. ‘Inheemse bomen die hier van nature thuishoren’, wijst Anke van Houten. Zij is bij de Unie van Waterschappen leider van het project ‘bossen in beekdalen’. De bomen kwamen trouwens spontaan op. De Modderbeekbosjes waren bijvangst in de Gelderse Vallei, waar de stikstofconcentratie 60 procent omlaag moet. ‘Het doel was drie jaar geleden om de waterkwaliteit te verbeteren en de beek natuurlijker te laten stromen’, zegt Ter Maten.

Volgens de Bossenstrategie staan de waterschappen met 2000 hectare nieuwe bossen in beekdalen aan de lat. Dat is veel, maar het lijkt een peulenschil als we oevers van de Modderbeek afpassen. Vijftien meter, aan beide zijden, hooguit. Over zes kilometer komt dat neer op 180 duizend vierkante meter, ofwel 18 hectare. Met ruim honderd van dit soort postzegeltjes in Nederland komen de waterschappen al aan hun doel van 2000 hectare nieuw bos.

Uiterwaarden

Toch is de opgave van 75.000 voetbalvelden of anderhalf keer de oppervlakte van Amsterdam aan nieuwe bossen geen sinecure, zegt Berry Lucas van LandschappenNL. 'Het is goed dat er ambities zijn, want anders gebeurt er helemaal niks.  Maar het rijk stelt doelen vast, en vraagt vervolgens anderen om deze te realiseren. We doen wat we kunnen, maar veel provinciale Landschappen die de laatste jaren al veel bos hebben aangeplant, hebben nauwelijks ruimte meer voor nieuw bos op eigen grond. Maar als ze de kans zien, zullen ze zeker grond verwerven.’

Lucas staat met Hendrike Geessink van Het Utrechts Landschap bij een aandoenlijk bos in wording in de uiterwaarden van Wijk bij Duurstede. Op amper 3,5 hectare wapperen net geplante stengels in de wind. Spaanse aak, hazelaar, zomereik maar ook struiken als rode kornoelje staan er pas een week. ‘Lunenburgerwaard’ heet het perceel al chic. ‘Het is niets minder dan Natura 2000-gebied. Wat eerst een maisakker was, wordt nu een echt ooibos, hier langs de Rijn’, wijst Geessink.

De bodem van rivierafzettingen kan snel voor veel biodiversiteit zorgen en CO2 vastleggen. Als het net zo hard gaat als in Flevoland, dan staat er over vijftien jaar een fraai bos. Overigens was Rijkswaterstaat, die over de Rijn gaat, niet direct enthousiast over zo’n ooibos. ‘Zij vinden dat de rivier te allen tijde moet stromen en water afvoeren, maar ze maakten toch de omslag naar een bos in dit hogere deel van de uiterwaarden.’ Utrechts Landschap is blij met de ambitie van de provincie om 1500 hectare nieuw bos aan te leggen, binnen én buiten het NNN. Maar behalve het gebrek aan ruimte wijzen Lucas en Geessink op de historische buitenplaatsen en landgoederen in Utrecht. ‘Net als de Hollandse Waterlinie met zijn inundatie- en schootsvelden moet je hier de historische zichtlijnen en bijbehorende graslanden open houden.’ Ook de veenweidegebieden met vogelsoorten als de grutto zijn niet overal gebaat bij meer bos. ‘Daar liggen juist wel weer kansen om bodemdaling en CO2-uitstoot tegen te gaan door een hoger waterpeil samen met bosontwikkeling te realiseren’, zegt Geessink.

Graslanden

Bart de Haan van Natuurmonumenten heeft een soortgelijke ervaring. Hij ontving een verzoek van de provincie Overijssel om gebieden aan te wijzen voor bosaanplant. ‘Ze vroegen ons te kijken naar de graslanden, omdat de natuurwaarde daarvan vaak gering is. Dat hebben we met een aantal boswachters secuur gedaan, haast perceel voor perceel. Wat blijkt? Tweederde van het NNN is al bos, juist aan half open natuurgebied als schraal grasland en vochtige heides is een tekort.’ Natuurmonumenten kwam met de verbijsterende conclusie om in NNN-gebied in Overijssel geen bos meer aan te planten en zelfs 300 hectare bos te kappen. ‘De kruidenrijke graslanden zorgen voor veel biodiversiteit en dat missen we het meest in onze NNN-gebieden. Ze zijn ook essentieel om de Natura-2000-doelen te halen’, zegt De Haan.

In veel gevallen kom je er toch op uit om de nieuwe bossen, struwelen en opstanden op boerenland te realiseren

Kortom, je moet goed nadenken over welk bos je waar kunt realiseren. LandschappenNL pleit daarnaast voor een groen-blauwe dooradering van het landschap, herstel van houtopstanden, singels en andere landschapselementen waarvan veel verloren is gegaan. ‘Dat kan in Nederland om wel 65.000 hectare gaan’, zegt LandschappenNL.

In veel gevallen kom je er dan toch snel op uit om de nieuwe bossen, struwelen en opstanden op boerenland te realiseren. Volgens het CBS heeft 54 procent van het oppervlak van Nederland een agrarische bestemming. Bij landbouworganisatie ZLTO is Tijmen Hoogendijk positief gestemd over bomen en houtige landschapselementen in combinatie met eenjarige gewassen of gras als nieuwe inkomstenbron voor boeren. ‘Bomen trekken biodiversiteit aan, wat goed is voor de natuurlijke bestrijding van plagen op de aanpalende akkers. Bomen wortelen diep en werken als een grondwaterpomp om water naar boven te halen, terwijl het afgevallen blad tot compost vergaat’, somt Hoogendijk op. ‘O ja, en bomen vormen een windbarrière waardoor de achterliggende landbouwgronden minder verdrogen.’

Hoogendijk houdt zich bezig met grote dossiers als Deltaplan Biodiversiteit, Klimaatakkoord, Aanvalsplan Landschapselementen en de Bossenstrategie. Meer bomen op landbouwgrond zou best soelaas kunnen bieden, maar hij ziet ook nadelen. ‘Bosaanplant knelt met de mestwetgeving, we kunnen daar geen mest uitrijden.’ Een ander probleem is dat bomen, anders dan een éénjarig gewas, pas na zeven tot tien jaar opbrengst opleveren. Niettemin ziet hij kansen voor de zogeheten agroforestry, het aanplanten van fruitbomen als noten voor teelt, en ook houtoogst zou een nieuw businessmodel kunnen vormen. ‘Dan moeten we wel nieuwe oogstmachines ontwikkelen. Robots zouden noten kunnen plukken.’

Er is een groeiend animo onder boeren, constateert Hoogendijk. Wekelijks krijgt hij meerdere geïnteresseerden aan de lijn en voert hij ‘keukentafelgesprekken’ of boslandbouw zou passen in de bedrijfsvoering. Hij spreekt van een ‘gebiedsgerichte aanpak’ die verschilt van N2000-gebied, tot en met de stadsrand van de gemeente. Niettemin durft hij de claim wel aan dat de landbouw zo’n 7000 hectare aan landschapselementen en bos zou kunnen verzorgen.

Stoppende boeren

Bij Staatsbosbeheer kijkt landelijk programmacoördinator nieuw bos Tiemen Brouwer nog niet naar landbouwgrond en stoppende boeren. Staatsbosbeheer is grootgrondbezitter in Nederland met 270.000 hectare, waarvan 96.000 hectare bos, voor het overgrote deel in het NNN, en moet 5000 hectare nieuw bos te realiseren voor 2030. ‘We hebben al een exercitie uitgevoerd met kaartmateriaal, tot hoever we komen. We denken vooral aan grasland waar het niet lukt om het juiste natuurdoeltype te realiseren’, zegt Brouwer, maar hij denkt ook aan bestaand bos met open terrein ertussen, en voorts aan bossen in beekdalen, waar waterschappen aan werken en verdwenen bos terugplanten.

Ook boeren kunnen een bijdrage leveren, zegt Staatsbosbeheer, ‘al is agroforestry geen ultieme oplossing maar eerder een welkome aanvulling. Een voedselbos is toch wat anders dan een traditioneel bos.’ De totale hoeveelheid van 37.000 hectare is realiseerbaar, maar het is geen gemakkelijke opgave, zegt Brouwer. ‘We moeten woekeren met de ruimte gezien de opgaven van energie, woningbouw, waterbeheer, dijkverbreding, landbouw. We moeten zo veel mogelijk van deze opgaven combineren door integrale provinciale planvorming.’

Ook Natuurmonumenten en LandschappenNL wijzen naar de provincie als ordenend bestuurlijk orgaan om deze opgaven te verbinden, bijvoorbeeld met de heruitvinding van de Grondbank voor de nieuwe ‘landinrichting’. Een nieuwe ruimtelijke ordening, waarbij uitvoering wordt gegeven om in het landelijk gebied verschillende hoofdpijndossiers te stapelen. ‘Transitie’ heet dat tegenwoordig al snel. De transitie van de landbouw richting meer extensief, natuurinclusief en groen. Daarbij zou het Europees landbouwbeleid met zijn immense subsidies gerichter kunnen worden ingezet om boeren te honoreren voor nieuwe houtwallen, kruidenrijk grasland, bossen, waterberging, droogtebestrijding.

De watertransitie waar waterschappen en drinkwaterbedrijven voor staan, door het waterpeil te verhogen en water beter vast te houden en op te slaan. En de energietransitie, waarin de bossen CO2 vastleggen, waterberging een rol kan spelen in energiewinning als aquathermie. En ten slotte de woningopgave, waarin bomen en struiken een rol kunnen spelen om langs stadsranden voor overgang tussen stad en land te zorgen.

Nat bos

Terug naar de Modderbeek bij Achterveld. Ruimte voor dit beekje, over een lengte van slechts zes kilometer levert dus al 18 hectare spontaan nat bos op. Met tweeduizend van dit soort snippers is de hele ambitie van de Nationale Bossenstrategie gerealiseerd. Appeltje-eitje, zou je zeggen, als je bedenkt dat er 330.000 kilometer aan sloten ligt in Nederland.

Sterker nog, de hele opgave van 37.000 hectare nieuw bos is bijna gerealiseerd met duizend keer dit Modderbeekje laten meanderen en gratis laten verbossen (18.000 hectare) en met 650 keer een oerbosachtig Klimaatbos aanleggen (18.000 hectare) zoals Natuurmonumenten deed bij Biddinghuizen. En dan doen we er nog vijfhonderd keer nieuwe bosjes zoals de Lunerburgerwaard (3,5 hectare) langs de grote rivieren bij, hup, bijna 2000 hectare in de bonus. Een peulenschil, toch?

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie