De Jonge belooft burgers ‘expliciet mee te nemen’

In een brief van acht pagina’s probeert de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening tegemoet te komen aan de zorgen van de Raad van State. Die maakte zich in een position paper gericht aan de Eerste Kamer onlangs onder meer zorgen over de gebruiksvriendelijkheid van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Komende dinsdag stemt de senaat over de invoeringsdatum van de wet.

Geoefend 

De Jonge herhaalt in de brief wat hij ook afgelopen dinsdag tijdens het debat in de Eerste Kamer zei. Er wordt, schrijft hij, ‘al regelmatig met gebruiksgroepen, die bestaan uit onder andere burgers uit alle geledingen van de samenleving, het bedrijfsleven, bevoegd gezagen en andere (markt)partijen’ met het digitale stelsel geoefend.’

Verbeteringen

Om een ‘samenhangende raadpleegbaarheid’ van omgevingsplannen te stimuleren is een extra viewer (Regels op de kaart) in het landelijke deel van het DSO ontwikkeld. Op basis van test-ervaringen worden daarin momenteel nog verbeteringen doorgevoerd, schrijft De Jonge. ‘In deze testen zal ik er ook voor zorgen dat burgers expliciet worden meegenomen in het oefenen (…), zodat burgers deze viewer goed kunnen gebruiken in het kader van inspraak, bezwaar en eventueel beroep.’

Kapverordening

Hij geeft wel een winstwaarschuwing. ‘Het DSO-LV toont echter niet direct de relevante en vigerende regelgeving uit ‘losse’ verordeningen van gemeenten zoals bijvoorbeeld een kapverordening.’  Die regelgeving is niet gebaseerd op de IMRO-standaarden die ten grondslag liggen aan het DSO. ‘Zolang deze regelgeving door gemeenten nog niet is ondergebracht in het omgevingsplan’, schrijft De Jonge, ‘blijft deze nog op verschillende plaatsen vind- en raadpleegbaar (DSO-LV, overheid.nl, gemeentelijke websites, etc.).'

Koppeling

Een andere zorg van de Raad van State betreft de tijdige verwerking van rechterlijke uitspraken in het DSO. Volgens De Jonge wordt in samenspraak met de Raad van State ‘de wenselijkheid van een automatische koppeling’ onderzocht, waarbij gepubliceerde uitspraken ‘mogelijk direct benaderbaar worden vanuit het DSO-LV’. De Raad van State wilde hierover minimaal een half jaar voor invoering van de Omgevingswet zekerheid. Over de termijn waarop die koppeling kan zijn geregeld, laat de minister zich echter niet uit.

Ook versnipperd

Om de zorgen van de Raad van State enigszins te relativeren, benadrukt De Jonge in de brief een paar keer dat het huidige stelsel óók versnipperd is. ‘Uiteraard weten goed ingevoerde professionals zich in dit stelsel van op elkaar inwerkende ruimtelijke plannen goed te redden. Moeilijker is echter vol te houden dat dit, op dit moment, ook voor burgers geldt en dit is ook mijn zorg. In de huidige versnippering is onvoldoende sprake van een goede, inzichtelijke en samenhangende raadpleegbaarheid van regelgeving.’ Met andere woorden: al werkt het DSO straks niet meteen vlekkeloos, dan hoeft het niet per definitie een achteruitgang te betekenen.