Lingewaard krijgt zich niet verkocht
De Gelderse gemeente Lingewaard baarde vorig jaar opzien door al haar vastgoed te koop aan te bieden, 199 gebouwen in totaal. We zijn benieuwd op hoeveel verkochte panden de teller staat. En hoeveel de verkoop in het laatje heeft gebracht?
Lingewaard gooide al haar vastgoed op de markt om onderhoudskosten te reduceren. De opbrengst moest worden geïnvesteerd in drie multifunctionele centra. Een succesvolle truc of een kamikaze-actie?
De Gelderse gemeente Lingewaard baarde vorig jaar opzien door al haar vastgoed te koop aan te bieden, 199 gebouwen in totaal. We zijn benieuwd op hoeveel verkochte panden de teller staat. En hoeveel de verkoop in het laatje heeft gebracht?
Bij zeven gebouwen – twee scholen, twee gymzalen, twee culturele centra en een sporthal – had de gemeente vele jaren achtereen verzuimd om onderhoud te plegen. De post achterstallig onderhoud was daardoor opgelopen tot zo’n kleine 3 miljoen euro, een bedrag dat bij verder uitstel van het onderhoud snel zou toenemen.
Nu had de gemeente het onderhoud alsnog kunnen laten uitvoeren. Alleen: er was geen geld. En het werd weinig opportuun geacht om de burger met een lastenverzwaring te confronteren, omdat Lingewaard nog maar vier jaar geleden de onroerendezaakbelasting met 54 procent had verhoogd om financieel schoon schip te maken.
Lingewaard ging op zoek naar een andere oplossing en vond die daar waar het probleem zat: in het vastgoed. Als het zou lukken om voor 3 miljoen euro aan panden te verkopen, kon het onderhoud alsnog worden gepleegd. Lingewaard deed het nog een slag anders: ze nam de drie multifunctionele centra die ze wilde realiseren meteen mee in het verhaal (zie kader).
Met instemming van de voltallige gemeenteraad begon vorig jaar april de actie ‘alles verkopen, tenzij’ er echt heel goede redenen zijn om een pand in bezit te houden. Ambitie: nog voor het eind van dat jaar het tekort op het onderhoudsbudget ‘zoveel als mogelijk’ wegwerken.
We zijn benieuwd, maar hebben pech. De verantwoordelijk wethouder wil praten noch informatie verstrekken. Gevraagd naar het waarom stelt een ambtenaar dat een breed verspreide publicatie de onderhandelingspositie van de gemeente negatief zou kunnen beïnvloeden. ‘Alsof niet elke makelaar hier in de regio het verhaal Lingewaard kent’, schamperen de raadsleden Pierre Cuypers en Frans Schut van respectievelijk de oppositiepartijen D66 en B06-L2000. ‘Je kunt toch gewoon nee zeggen als een bod je niet bevalt?’
Cuypers denkt dat het nieuwe college, aangetreden na de verkiezingen van maart, wil verbloemen dat ze amper resultaat heeft geboekt. Volgens Schut geldt dat evenzeer het oude college dat vorig jaar het initiatief nam: te weinig verkoop.
Snoeppotje
De kleine 3 miljoen aan achterstallig onderhoud (twee maal zoveel als Lingewaard jaarlijks aan onderhoud uitgeeft) is volgens de voor dit verhaal geïnterviewden in Nederland niet bijzonder. ‘Dit speelt echt overal.’ Een gemeente krijgt om de haverklap vragen om steun. Politici delen graag uit en vinden in onderhoud een makkelijk snoeppotje, omdat het op de lange baan is te schuiven. Dit mechanisme speelde extra in de aanloop naar de fusie in 2001 tussen Huissen, Bemmel en Gendt, waaruit Lingewaard (46.000 inwoners) ontstond. Overal werden nog snel wat cadeautjes uitgedeeld. Verder is Lingewaard te lief voor verenigingen: ze vraagt te weinig huur. Wat ook niet helpt: plannen maken en die vervolgens niet uitvoeren. Al die tijd werd er weinig tot niets aan de betrokken gebouwen gedaan.
De laatste openbare voortgangsrapportage van de verkoop is van vlak voor de gemeenteraadsverkiezingen van maart dit jaar, de verkoopactie loopt dan bijna een jaar. Er staat geschreven dat tot dan toe twee panden zijn verkocht, samen goed voor 700.000 euro, waaronder de monumentale ‘Brugdijk’ in Bemmel (vraagprijs: 750.000 euro). Nog eens 500.000 euro is ‘op afzienbare termijn te verwachten’, schrijft het (oude) college. Na aftrek van een ton proces- en administratiekosten resteert 1,1 miljoen euro aan opbrengst, zo rekent ze, een derde van het beoogde resultaat.
Vraagtekens
B06-L2000-fractievoorzitter Schut plaatst vraagtekens. ‘Je kunt wel op binnengekomen liquiditeit wijzen, maar de panden hebben ook een boekwaarde. Die moet je ervan afhalen. Bovendien moet je vaak onderhoud aan een pand plegen om het in de verkoop te kunnen zetten. De reële opbrengst zal daarom een paar ton zijn, hooguit.’ Schut, oud-wethouder van Lingewaard, geeft meteen toe dat ook zijn partij het onconventionele ‘alles verkopen, tenzij’ heeft gesteund, maar zegt er nooit veel in te hebben gezien. ‘Je moet heel wat verkopen om een gat van 3 miljoen euro te dichten. En het gaat nog eens langzaam ook. Bovendien: het enige eigen vermogen van de gemeente zit in de gebouwen. Dus moet je niet zomaar van alles willen verkopen.’
D66’er Cuypers vindt boekwaarde ‘vooral iets op papier’. ‘Bovendien: wat wil je dan? Wachten tot de Brugdijk 3 miljoen opbrengt? Dan kun je lang wachten. En ondertussen loopt het tekort maar op.’
Cuypers is juist te spreken over het verkoopresultaat van het vorige college, een college met D66 als een van de schragende partijen. Hij heeft ook geen moeite met verkoop, ook monumenten en gemeentekantoren mogen weg. ‘Het bezit van onroerend goed is geen taak van de overheid en monumenten zijn bij wet beschermd, dus eigendom is niet nodig om verval te voorkomen.’
De D66’er wil dat de opbrengst ‘één op één’ wordt ingezet voor de drie multifunctionele centra die Huissen, Bemmel en Gendt moeten krijgen, zoals in de vorige raadsperiode afgesproken. ‘Daarmee hadden we meteen een decennium lang praten over die centra tot een einde gebracht.’
Maar, vervolgt Cuypers, het nieuwe college heeft het beleid gewijzigd: er wordt amper nog werk gemaakt van pandenverkoop. ‘Er gebeurt niets meer, een visie ontbreekt, men durft niet langer. Er wordt gespaard om het onderhoud alsnog te kunnen betalen. Dan kun je lang sparen. Als ik het zo had aangepakt, had ik op mijn tachtigste pas een huis kunnen kopen. Soms moet je eerst geld uitgeven om iets te krijgen.’
Geen probleem
Fractievoorzitter René Derksen van de grootste coalitiepartij Lokaalbelang.nl ziet geen koerswijziging. De deal, waarbij de sterk verwaarloosde zaal Providentia opgaat in het nieuwe multifunctioneel centrum, gaat gewoon door, stelt hij. En hij kan zich zelfs voorstellen dat zijn partij instemt met de verkoop van het oude gemeentehuis in Gendt. ‘Historische panden liggen gevoelig in de gemeenschap, waarmee wij als lokale partij een sterke band hebben. Maar als het echt nodig is en het onder goede condities gebeurt, geen probleem.’ Wel mag het college zich actiever opstellen, vindt Derksen. ‘En die achterstand in onderhoud nog eens kritisch doorlichten. Boekwaarden zijn iets op papier, maar als directeur van een basisschool weet ik dat achterstallig onderhoud dat óók kan zijn.’
Verkopen en tegelijk bouwen
Louis Dolmans, niet actief D66-lid en in de vorige raadsperiode Lingewaards wethouder financiën, legt uit hoe ‘alles verkopen, tenzij’ werkt, beleid waartoe hij het initiatief nam. Hij neemt Gendt (7.000 inwoners) als voorbeeld. Daar moet de sterk verwaarloosde zaal Providentia samen met het ernaast gelegen sociaal-cultureel centrum het nieuwe multifunctioneel centrum (mfc) worden. ‘Je steekt als gemeente 7 ton in het opknappen van Providentia en verkoopt het ‘om niet’ aan het verenigingsleven. Door dat laatste ben je nog eens 1,5 ton kwijt; de waarde waarvoor het pand in de boeken staat. Tegenover de 8,5 ton staat dat je het achterstallig onderhoud kwijt bent, in het geval van Providentia 1,2 miljoen euro.’
Met het mfc Gendt wordt zo al een derde van de totale achterstand op onderhoud (3 miljoen) weggewerkt. De mfc’s voor Huissen en Bemmel leveren op vergelijkbare wijze respectievelijk 0,4 en 0,9 miljoen op. Daarmee resteert 0,5 miljoen, die uit de pandenverkoop moet komen. Daar moet ook de gemeentelijke financiële injectie aan de drie mfc’s uit worden gefinancierd: zo’n 2,5 miljoen euro (3 x 8,5 ton).
Dolmans telt de zegeningen van de constructie: weg achterstallig onderhoud, waarvan de kosten ‘exceptioneel’ stijgen en nog eens nieuwe mfc’s ook. Hij spreekt van ‘maatschappelijke waardevermeerdering’, uitgelokt door de gemeentelijke bijdrage: mfc’s worden in belangrijke mate op vrijwillige basis gebouwd door architecten en aannemers. En je krijgt subsidie van de provincie. ‘Normaal gesproken zou het mfc in Gendt 1,8 miljoen euro hebben gekost.’
Dolmans was bij zijn vertrek in maart positief gestemd: de pakweg twintig verkooptrajecten lieten zien dat de missie vermoedelijk binnen een jaar was af te ronden. Met de pandenverkoop zou meteen het structurele tekort op onderhoud, enkele tonnen groot, worden weggewerkt. ‘Kat in het bakkie. Je zag dat gewoon teruglopen. Dat was ook nooit het probleem. Het probleem zat in het achterstallig onderhoud.’
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.