Warmer klimaat als verdienmodel
De klimaatverandering biedt een aantal kansen, zoals bijvoorbeeld wijnbouw. Er zijn nog andere verdienmodellen te bedenken.
Niet te lang jeremiëren over de klimaatverandering als bedreiging voor de mensheid, maar de temperatuursstijging opvatten als een uitdaging waarmee innovaties en nieuwe verdienmodellen in zicht komen.
Hij is ze voorzichtig allemaal aan het proberen. ‘De witte wijn van de 130 wijngaarden in de Achterhoek vind ik echt lekker’, zegt dijkgraaf Hein Pieper van Rijn en IJssel. De van oorsprong theoloog, even Tweede Kamerlid voor het CDA, noemt het zomaar even. Je kunt lang hel en verdoemenis roepen over de klimaatverandering, apocalyptische beelden schetsen van zeespiegelstijging, dijkdoorbraken, wateroverlast, verwoestijning, maar Pieper zit toch maar mooi aan de Nederlandse wijn. De temperatuursstijging en vooral het langere groeiseizoen maken het mogelijk.
De wijnbouw is slechts een heel klein voorbeeld van kansen die de klimaatverandering biedt, zo blijkt vandaag op het congres Oase 2012 in de Achterhoek en De Liemers. Niet bij de pakken neerzitten, maar kansen grijpen. Ze deden het al eerder, in 2008. Terwijl Nederland even verlamd was door de kredietcrisis bij de banken, organiseerden de Achterhoekers speeddates tussen ondernemers, overheden en instellingen om concrete ideeën te vinden. Dat resulteerde onder andere in het net op tijd afblazen van enkele megalomane bouwplannen, het verduurzamen van een verwaarloosd bedrijventerrein en een slimme ruilverkaveling waardoor minder tractorbewegingen nodig zijn.
Hittestress
Ook het klimaatprobleem is zo’n wereldprobleem dat een overheid nooit alleen kan oplossen, zegt Pieper. ‘Wij moeten met elkaar ‘multischalig’ werken. Daarmee bedoel ik dat provincie, gemeenten en waterschap elk op hun eigen schaal een bijdrage leveren. We moeten niet vanuit de wet besturen, maar vanuit het werk.’
Als het in zomer in de stad Doetinchem steeds vaker vijftig graden kan worden, moet de gemeente daarop antiperen door meer verkoelend groen in te zetten tegen de hittestress en het waterschap meer water in straatbeeld te regelen. In het project ‘Boeren op peil’ experimenteert Rijn en IJssel op een proefveld met drainage. ‘Die kan in tijden van wateroverlast uiteraard soelaas bieden, maar in de lagere gebieden kan de drainage worden omgekeerd. Daardoor kan in tijden van droogte de bodem worden bewaterd’, aldus Pieper. In pril stadium is ook de discussie over een proef om een veld meer van organische stof te voorzien. ‘Dat houdt het water beter vast en komt overigens ook de vruchtbaarheid van de bodem ten goede.’
Bij LTO Noord zegt bestuurder Dirk Siert Schoonman dat de Nederlandse landbouw de uitdaging wil aangaan om met uitgekiend veevoer bij te dragen aan de laagste emissies ter wereld. ‘Met effectief gebruik van fosfaat in veevoer beperken we het mestprobleem en kunnen we de uitstoot van broeikasgassen door veen in de vorm van methaan en CO2 terugdringen’, zegt Schoonman, die zelf melkveehouder is. ‘Door bijvoorbeeld de technieken verder te ontwikkelen om de resterende fosfaat uit mest terug te winnen na vergisting, kunnen we een enorm exportartikel ontwikkelen. Fosfaat wordt nu gedolven in mijnen die steeds meer uitgeput raken.’
Zonnepanelen
LTO is ook voorstander van samenwerkingsverbanden met bijvoorbeeld waterschappen om mest te vergisten. ‘Waterschappen kunnen zuiveringsslib inbrengen, wij mest, de gemeenten gft. Zo kunnen logistiek en inhoudelijk samenwerken in slimme netwerken en kunnen de kosten dalen. We moeten niet allemaal het wiel uitvinden.’
In de gemeente Lochem is wethouder Thijs de la Court (GroenLinks), vicevoorzitter van het Klimaatverbond en betrokken als partner bij OASE2012, is het daar hartstochtelijk mee eens. ‘Het is cruciaal dat organisaties anders met elkaar omgaan. Zo heeft de gemeente Lochem het dak van het gemeentehuis beschikbaar gesteld aan de energie-cooperatie LochemEnergie om er zon-nepanelen te plaatsen. Die panelen worden ingezet voor de Lochemse burgers, in het kader van het project van Slimme Netwerken. Als gemeentelijke organisatie hadden we dat nooit zo snel voor elkaar gekregen.’
Deltawerken
Dijkgraaf Pieper gelooft erg in dergelijke nieuwe samenwerkingsverbanden die nieuwe verdienmodellen kunnen opleveren. ‘In de watersector en ingenieurswereld hebben ze dat al heel goed begrepen. Het zijn de Nederlandse ingenieurs die de stormvloedkering in New Orleans hebben gebouwd. En niet in veertig jaar zoals met onze Deltawerken maar in vier jaar.
Niet alleen in rijke landen als de Verenigde Staten, maar ook in delta’s van nu nog ontwikkelingslanden als Indonesië en Thailand met grote waterproblemen in Jakarta en Bangkok zal economische groei plaatsvinden waardoor ze zich kunnen aanpassen aan klimaatverandering. Het zal wel moeten want over veertig jaar woont de halve wereldbevolking in delta’s.’
Onderzoekers van de Radboud Universiteit Nijmegen, mede-initiatiefnemer van het Oase-congres bevestigen dat. Het aantal watersnoodrampen is in de afgelopen veertig jaar vertienvoudigd, aldus de RUN. Het Oase-congres reikt prijzen uit voor de beste regionale ideeën die de klimaatverandering als een kans zien.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.