“Ik heb récht op een achterom!”
BB-Columnist Liesbeth van Leijen over het verschil tussen de kadastrale en juridische erfgrens
Welnee, dat recht bestaat helemaal niet. Wat al jaren zo is, hoeft niet zo te blijven.
Een tijdje terug was ik in een stadje in het Groene Hart, op verzoek van een bewoner aldaar. Zijn buurman was overleden en de erfgenamen hadden een makelaar verzocht om het huis te verkopen.
Als je niet beter wist, dan zou je denken dat de heg de (eigendoms) grens tussen beide percelen aangaf. Kadastraal onderzoek toonde echter aan dat het pad naar achteren, langs de woning, helemaal niet bij het perceel van de buurman hoorde, maar op de grond van de bewoner lag. De situatie buiten was duidelijk anders dan op papier (de kadastrale kaart).
De kadastrale grens is een goed uitgangspunt voor je eigendomsgrens, maar niet heilig. Het is immers mogelijk dat ná vaststelling van de kadastrale grens, nieuwe rechtsfeiten (zoals verjaring) zwaarder wegen en uiteindelijk de juridische grens gaan bepalen. En de juridische grens is van groter belang dan de kadastrale grens. Bij een verschil, zal de kadastrale grens zich uiteindelijk moeten voegen naar de juridische grens. Dat betekent dat uiteindelijk het Kadaster de juridische grens komt opmeten en dat deze juridische grens óók de kadastrale grens wordt.
De situatie was al vele, vele jaren zo en de bewoner besloot aanvankelijk het maar zo te houden. Buurman was immers al op leeftijd. En er bleef eigenlijk wel genoeg ruimte over om zelf ook naar achteren te gaan. Nu buurman was overleden, was het misschien toch tijd om er eens wat beter naar te kijken.
Ook veel gemeenten kampen met dit soort problemen. Het wil nog wel eens voorkomen dat er spontaan achterommetjes ontstaan: dwars door het gemeentelijk plantsoen. Dat noemen we ook wel “olifantenpaadjes”.
Heeft iemand nou het récht op een achterom, desnoods via grond van een ander? Nee.
Een huis of terrein wint aan gebruiksgemak als deze goed toegankelijk is. Vooral als de aanwezige opstallen ook buitenom gepasseerd kunnen worden. Bij woningen is het immers erg prettig als tuinafval, fietsen, motoren, kliko’s, kinderwagens en zo buitenom afgevoerd kan worden. Of als mensen via de achtertuin ook gemakkelijk hun terrein op en af kunnen. Ook de veiligheid kan er mee gediend zijn: als bij noodgevallen je snel ook via de achtertuin de woning kan verlaten.
De wet bepaalt dat iedereen op één of andere manier vanaf de openbare weg zijn perceel moet kunnen bereiken. Dat is geregeld in de Wegenwet. Uit de rechtspraak blijkt een achterom niet noodzakelijk is: het is wel fijn om achterom te kunnen gaan, maar niet meer dan dat. Immers: mensen kunnen ook gewoon door de voordeur hun huis verlaten. Voor een behoorlijke exploitatie van het erf is een achterom helemaal niet noodzakelijk.
Een (wettelijk) recht op een achterom bestaat dus helemaal niet. De eigenaar van deze grond, meestal de gemeente, hoeft dat dus niet te dulden, en wel om twee redenen:
* het privaatrecht geeft aan dat er geen recht is op een achterom, je hoeft als eigenaar van de grond daar dus helemaal niet aan mee te werken
* het bestemmingsplan of de gemeentelijke APV verbiedt bijna altijd dit soort olifantenpaadjes.
Er zijn dus genoeg juridische argumenten om op te treden.
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.