Forse vertraging dreigt voor Wabo
De Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) stuit op fundamentele kritiek in de senaat. De omgevingsvergunning zou strijdig zijn met de grondwet. De minister moet een alternatief model onderzoeken.
CDA-senator Eric Janse de Jonge verwacht dat de Wabo pas in 2011 wordt ingevoerd. Minister Cramer reageert volgens planning vandaag op de fundamentele kritiek die in de Eerste Kamer door alle fracties op het wetsvoorstel is geuit. De senaat meent dat de Wabo strijdig is met de Grondwet en de autonomie van gemeenten aantast. 'Ik heb begrepen dat de minister met een goede, grondige en gedegen memorie van antwoord komt. En ik heb ook al gehoord dat deze vijftig pagina's lang wordt', zegt Janse de Jonge. Het verzet vanuit de Eerste Kamer is dan ook massief. Met uitzondering van de eveneens zeer kritische VVD hebben alle fracties zich geschaard achter de opmerkingen die het CDA van Janse de Jonge over het wetsvoorstel heeft gemaakt.
Het meest vergaande bezwaar van de senaat is het standpunt dat de Wabo strijdig is met de Grondwet. Het rijk en de provincies krijgen bevoegdheden toebedeeld die volgens hoofdstuk 7 van de Grondwet bij gemeenten thuishoren. Het wetsvoorstel bepaalt onder meer dat de minister kan 'vorderen dat een last onder bestuursdwang, oplegging van een last onder dwangsom dan wel intrekking van de vergunning plaatsvindt'. Gemeenten en waterschappen komen onder toezicht te staan van 'maar liefst twee interveniërende toezichthouders: rijk en provincies'. De Eerste Kamer vreest verder dat het kabinet met de Wabo 'een Potemkin-dorp' aan het opzetten is: aan de voorkant moet de burger straks terecht kunnen bij één loket, maar de organisatie aan de achterkant is niet geregeld. De bestuurlijke verhoudingen in de Wabo wijken volgens de senaat bovendien af van 'alle bestaande wetgeving en ontwerp-wetgeving'.
Prestige
De Kamer vraagt zich af waar het werk van de commissies Lodders en D'Hondt (decentralisering) goed voor is geweest, en stelt expliciet vast dat het wetsvoorstel 'in hoge mate' afwijkt van de Code Interbestuurlijke Verhoudingen.
De senaat voorziet 'complexe en gespannen bestuurlijke verhoudingen' door de Wabo. Het CDA spreekt van 'een compleet convenantencircus' dat nodig is om uitvoering van de wet mogelijk te maken. Het kabinet zou 'een ondoorzichtig geheel creëren van regels en voorschriften waarbij vier bestuurslagen zijn betrokken (rijk, provincies, waterschap en gemeenten) en waarin veel tijd, energie en wellicht ook prestige zal gaan zitten om tot goede afstemming te komen'. Omdat de senaat de wet niet kan amenderen, wordt in de senaat met spanning uitgezien naar de reactie van Cramer. Janse de Jonge: 'Eén ding is al wel duidelijk: invoering op 1 januari 2009, zoals de minister wil, is absoluut niet haalbaar. Daar moet je minstens een jaar, maar waarschijnlijk twee jaar bij optellen. 1 januari 2011, dat is mijn beeld.'
Uitvloeisel regeerakkoord
De Wabo beoogt 25 verschillende vergunningstelsels samen te voegen tot één uniforme regeling. Onder meer bouw-, milieu-, monumenten-, natuurbeschermings- en kapvergunningen maken plaats voor de omgevingsvergunning, die overal in het land digitaal kan worden aangevraagd. Dit is mede ingegeven door de in het regeerakkoord opgenomen doelstelling om vergunningen 'aanzienlijk sneller' te verlenen. Op die manier moeten burgers, maar vooral ook het bedrijfsleven worden ontlast.
VNG rekent op overeenstemming
De Vereniging Nederlandse Gemeenten denkt tijdig met minister Cramer tot overeenstemming te kunnen komen over de Wabo. Een van de voorwaarden van de VNG is dat er vóór 1 juli duidelijkheid is over de vergoedingen voor implementatie- en uitvoeringskosten. 'De gesprekken met de minister lopen, en daar komen we voor 1 juli wel uit', zegt VNG-woordvoerder Arjen Konijnenberg. Een tweede voorwaarde van de VNG is dat de ict-voorzieningen per 1 juli beschikbaar zijn. Volgens minister Cramer zal ook hieraan worden voldaan. Konijnenberg wil niet ingaan op de discussie over de gemeentelijke autonomie. 'Dat is een aangelegenheid voor de wetgever en de Eerste Kamer; daar treden wij niet in.'
De positieve opstelling van de VNG lijkt haaks te staan op de opvatting bij veel gemeenten. Volgens recent onderzoek in opdracht van Dijkraad Viavesta, een bureau op het gebied van brandveiligheid en brandweerondersteuning, zijn gemeenten sceptisch. Meer dan de helft van de 183 gemeenten die aan het onderzoek deelnamen, verwacht geen tijdwinst bij de vergunningverlening en denkt dat het gecombineerd aanvragen van vergunningen in veel gevallen onmogelijk is.
Alternatief voorstel
Het CDA heeft, daarbij gesteund door alle overige senaatsfracties, de minister een alternatief voor de Wabo voorgehouden met het verzoek hier 'grondig' op in te gaan. Gemeenten zouden volgens dit voorstel 'niet worden gehinderd door eindeloze afstemmingsprocedures met en toezichtrelaties tot provincie en rijk'. Vanuit de gedachte dat meer dan 95 procent van de vergunningen door gemeenten wordt verstrekt, zouden eerst alle gemeentelijke vergunningen moeten worden samengevoegd tot één nieuwe omgevingsvergunning. Zonodig kunnen gemeenten samenwerkingsverbanden oprichten om specifieke deskundigheid in huis te halen, zoals in Rijnmond is gebeurd met de milieudienst DCMR, oppert het CDA.
De zesduizend vergunningplichtige installaties of bedrijven die dan nog overblijven, zouden bij de grote gemeenten, en in overige gevallen (de 1100 bedrijven die vallen onder de zware Europese IPPC-normen ) bij de provincies moeten worden ondergebracht. De winst volgens de Eerste Kamer: 'Eenvoud, praktische uitvoering, aansluiting bij de bestaande praktijk en, niet in de minste plaats, het voorstel is in overeenstemming met de Grondwet.'
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.