Fietsen naast de rode loper
Voetgangers struikelen nog steeds over rondslingerende fietsen, ondanks de forse investering in extra fietsenstallingen. Ook ambulances ondervinden hinder. Groningen, Utrecht en Tilburg proberen wildparkeerders te verleiden hun fietsen beter te stallen. ‘Je moet de mensen een beetje opvoeden.’
De golf aan fietsen leidt in vrijwel alle steden tot problemen. In het wild geparkeerde fietsen blokkeren niet alleen de doorgang van voetgangers, maar ook van brandweerwagens en ambulances. Gemeenten zoeken naarstig naar oplossingen voor de nog immer groeiende fietsenzee.
‘Hier begint het grote geweld’, zegt Erik Suik van de Projectorganisatie Stationsgebied Utrecht. Op de stoep van het Utrechtse busstation wordt hij omringd door honderden schots en scheef geparkeerde fietsen. ‘Je kunt hier bijna niet langs lopen. De nooduitgangen van Hoog Catherijne zijn nog maar net vrij’, constateert Suik.
Eind 2008 stonden er 17.000 fietsen bij het station, waarvan 3.400 buiten de rekken. Suik loopt langs de fietsenzee en steekt de weg over. Aan de overkant staat een hoog, zwart hek met veel fietsen erachter. ‘Dit is een beheerde stalling met 2.500 gratis fietsklemmen en hier is het lang niet zo vol als bij het busstation. We zien dat mensen hun fietsen zo dicht mogelijk bij de bussen willen stallen.’
Suik verwacht dat het aantal fietsen in de komende jaren met enkele duizenden zal toenemen. De stad wil fors investeren in nieuwe parkeerplekken in het stationsgebied. ‘We willen dat iedereen die hier met de fiets komt, zijn fiets ook in een rek kan zetten.’
Spectaculaire groei
Vooral de groei van het aantal fietsende treinreizigers is spectaculair. In 1999 gaan zo’n 80.000 Nederlanders dagelijks per fiets naar de stations; in 2009 ligt dat aantal op circa 300.000. Het Fietsberaad van het Kennisplatform Verkeer en Vervoer (KpVV) houdt de ontwikkelingen bij en adviseert gemeenten op het gebied van fietsbeleid.
Volgens coördinator Otto van Boggelen is de fiets voor steeds meer treinreizigers een goed alternatief voor de bus: ‘Veel gemeenten hebben bezuinigd op hun stadsvervoer. Daardoor rijden er minder bussen. Mensen pakken de fiets als alternatief en ontdekken dat het een handig vervoermiddel is.’
Verder zijn er meer studenten bijgekomen die bij hun ouders blijven wonen en die dagelijks op de fiets naar de trein gaan. Ook is het klimaat zachter geworden. ‘Door het gunstige weer stappen mensen eerder op de fiets’, aldus de coördinator. Wie in stationsgebieden komt, ziet het resultaat: de stallingen in de openlucht zijn overvol en er komen telkens fietsen bij. Het Rijk, de provincies en gemeenten spelen daar op in met het programma Ruimte voor de Fiets.
Tot 2012 wordt 260 miljoen euro geïnvesteerd in stationsstallingen. Tot nu toe is 150 miljoen euro uitgegeven, wat heeft geleid tot een verdubbeling: van 135.000 naar 270.000 plekken. Het effect valt tegen, signaleert Van Boggelen ‘We gaan uit van 250.000 fietsers per dag, maar toch blijft de overlast bestaan.’
Het merendeel van de fietsers wil namelijk niet betalen voor bewaakte stallingen. Ze zetten hun rijwielen liever in de overvolle, gratis stallingen. Soms blijven fietsen daar wekenlang staan. Van Boggelen: ‘Gemeenten halen deze zogenoemde weesfietsen weg, maar toch blijft er een tekort aan fietsenrekken bestaan.’
De gemeente Groningen lijkt de strijd tegen de fietsenzee langzaam maar zeker te winnen. Op het Groningse stationsplein loopt beleidsadviseur fietsverkeer Jaap Valkema. Hij constateert dat voor de stationsgevel nauwelijks een fiets is te zien. ‘Toen we in 2002 begonnen met de herinrichting van dit plein wilden we de fiets een eigen plaats geven. Dat hebben we gedaan met het stadsbalkon.’
Het stationsplein bestaat nu uit twee verdiepingen. Het zogenoemde stadsbalkon voor voetgangers heeft daaronder een gratis 24-uurstoezicht voor 4.650 fietsen. Door deze constructie zitten de fietsers en voetgangers elkaar niet in de weg. ‘Het beheer van het stadsbalkon kost 300.000 euro per jaar, maar dan heb je ook wat’, zegt Valkema. Rond het Groningse station is nu plaats voor in totaal 9.200 van de circa 10.000 fietsen. Het tekort aan fietsenrekken wordt dit jaar verder opgevuld met circa 400 beugels aan de achterkant van het station.
Hinder bij rampen
Niet alleen stationsgebieden worden overspoeld met fietsen. Ook de binnensteden worden voller. Nu veel binnensteden zeer auto-onvriendelijk zijn gemaakt, laat een groeiend aantal stedelingen de auto staan. Ze pakken massaal de boodschappenfiets. ‘Fietsers zetten hun fietsen het liefst vlak voor de winkelgevels. Als veel mensen dat doen, dan zien we dat de overlast toeneemt’, aldus Van Boggelen. Op drukke dagen laat het ijzeren leger nauwelijks ruimte over voor voetgangers.
Eveneens zorgt het grote aantal geparkeerde fietsen voor hinder bij rampen. Zo ontstond ruim twee jaar geleden brand in een kapperszaak in de Bredase binnenstad. Brandweerlieden konden de brand niet op tijd blussen, omdat ze eerst tientallen fietsen moesten verzetten. Gelukkig was er op het moment van de brand niemand in het pand aanwezig. Om dit soort rampen te voorkomen, proberen gemeenten bewaakte stallingen aan te bieden. Vooralsnog is dit nog niet voldoende: het aantal wildgeparkeerde fietsen blijft groeien.
Ook in Tilburg was dit jarenlang het geval. ‘In de jaren negentig hebben we grote ondergrondse fietsenstallingen gerealiseerd om het centrum vrij te maken van de overvloed aan geparkeerde fietsen op straat. Pas na een periode met een streng handhavingsbeleid is het doel bereikt’, zegt beleidsmedewerker verkeer en vervoer Jeroen Kosters.
Zijn stad kent verbodsgebieden voor fietsers waar geparkeerde fietsen worden weggehaald. ‘Je moet de mensen een beetje opvoeden. In het begin doe je dat door nadrukkelijk te handhaven. Daarna krijgen de fietsers het in de gaten en houden ze zich aan de regels.’ Intussen bouwt Tilburg nieuwe stallingen. Kosters: ‘Wij willen fietsers niet wegpesten en goede voorzieningen aanbieden.’
Volgens Van Boggelen van het KpVV kiezen gemeenten voor verbieden, verleiden of een combinatie daarvan. ‘Een gemeente als Tilburg zet in op een stallingsverbod in bepaalde delen van de binnenstad. We zien dat dit redelijk werkt, maar we stellen wel vast dat dit beleid fietsers negatief motiveert. Bovendien is handhaven vaak duurder dan het plaatsen van nieuwe stallingen.’
Zijn organisatie adviseert gemeenten om terughoudend te zijn met het invoeren van parkeerverboden voor fietsers. ‘Bij gemeenten zonder verbodsgebieden zien we dat het parkeergedrag van fietsers zichzelf reguleert. Ze zetten hun fietsen nauwelijks neer in drukke winkelstraten.’ Het KpVV vindt dat gemeenten zouden moeten kiezen voor het verleiden van fietsers. ‘Kijk naar Groningen. Daar wordt al jaren geëxperimenteerd met creatieve oplossingen.’
Rode loper
Beleidsadviseur fietsverkeer Jaap Valkema loopt over de Vismarkt in Groningen. Aan weerszijden van het plein staan veel fietsen geparkeerd. Achter hem ligt een meterslange, rode mat op de grond. ‘Dit is een rode loper die we gebruiken om voetgangers een vrije doorgang te garanderen. Fietsers zetten hun fietsen er niet op. Kijk maar, het werkt.’
Een nietsvermoedende student loopt met zijn fiets langs de mat en zet hem ernaast. ‘Waarom zet je die fiets niet op de rode loper?’, vraagt Valkema. ‘Nou, thuis zet ik mijn fiets ook niet op een mat. Ik zal het wel niet gewend zijn’, zegt de student. De beleidsadviseur knikt tevreden en loopt een zijstraat in. Hier ligt ook een rode loper. Voetgangers lopen er overheen en fietsers zetten hun rijwielen ernaast. ‘Van woensdag tot zondag zetten we ook spitsrekken neer, waar de fietsen tijdelijk in gaan’, zegt de beleidsadviseur.
De gemeente Groningen wil wildparkeerders het liefst verleiden met alternatieven. Alleen in het stationsgebied worden weesfietsen en wildgeparkeerde rijwielen weggehaald. Per jaar kost de uitvoering van het beleid de gemeente 545.000 euro. Van Boggelen constateert dat de hoge kosten veel gemeenten weerhouden om een stevig fietsparkeerbeleid te voeren. ‘In Nederland zijn we niet gewend om veel geld uit te geven aan de fiets. Daar moet nodig verandering in komen.’
Breda schrapt parkeerverbod
De gemeente Breda heeft het stallingverbod voor fietsen in de binnenstad ingetrokken. De gemeente verwacht dat de overlast van verkeerd gestalde fietsen sterk kan worden verminderd nu de gemeentelijke fietsenstallingen gratis zijn geworden. Ook trekt de gemeente geld uit voor extra fietsenrekken in de openlucht.
Het stallingsverbod werd in juni 2007 van kracht naar aanleiding van de overlast die hulpdiensten ondervonden van de vele foutgeparkeerde fietsen. De bestuursrechter deelde echter de kritiek van de Fietsersbond dat de gemeente beter had moeten onderzoeken of er wel genoeg fietsenstallingen zijn. De gemeente besloot daarop meer ruimte voor fietsen te creëren en het verbod - ook vanwege de hoge handhavingskosten - op te heffen.
Amsterdam stalt fiets onder Leidseplein
De gemeente Amsterdam (757.000 inwoners met 550.000 fietsen) wil onder het Leidseplein een grote fietsenstalling voor 2.700 fietsen bouwen. Wethouder Hans Gerson (PvdA) van Verkeer en Vervoer verwacht dat zo’n parkeerkelder voor fietsen sterk bijdraagt aan de beoogde verbetering van het plein: ‘Het plein moet een internationale allure uitstralen die past bij het karakter van de stad.’ Het is nog niet zeker of de fietsenkelder gratis wordt.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.