Advertentie
ruimte en milieu / Column

Stikstof-spiekbrief voor Dick Schoof

Graag bied ik de commissie stikstof onder leiding van Dick Schoof een two-pager aan met een kansrijke aanpak van de stikstofcrisis.

28 januari 2025

De stikstofploeg noemt zich ‘Economie en Natuur’. De volgorde van de woorden is uiteraard niet willekeurig; die verraadt de prioriteit van dit kabinet. De crux zit ‘m in het selectief winkelen in de stevig onderbouwde rapporten die in de periode van 2021 tot nu zijn verschenen. En het vinden van een oplossing voor drie voetzoekers.

Het turboplan zou in mijn visie vier kernelementen moeten bevatten:
- een fors offensief om de stikstofreductie in de meest door stikstof geteisterde natuurgebieden binnen enkele jaren te realiseren, bij voorkeur in combinatie met andere opgaven zoals waterkwaliteit en -kwantiteit;
- een langetermijnaanpak met een regionale gebiedsgerichte aanpak (Nationaal Programma Landelijk Gebied 2.0);
- parallel daaraan een eind maken aan de kafkaëske regulering van micro-deposities die bijvoorbeeld woningbouwplannen blokkeren, en het legalisering van de PAS-melders;  
- aanpassing van de wetgeving voor gemankeerde aspecten van het huidige stikstofbeleid, zoals bepaalde evident onhaalbare natuurdoelstellingen; van immissie-regulering naar emissie en onderzoek naar alternatieven voor de kritische depositiewaarde (KDW) en het Aerius-rekenmodel.                         

Het Schoofse motto ‘Economie en Natuur’ impliceert wellicht een stille hint naar het Versnellingsplan van VNO/NCW, MKB NL, Natuurmonumenten en Natuur & Milieu (november 2024). Het plan bevat voorstellen voor alle sectoren die stikstofverbindingen uitstoten. Ik beperk mij hier tot de landbouw, die twee derde van de neerslag in Nederland  (inclusief de buitenlandse toevoer) met zich meebrengt. 

Het gaat om:
- intensivering van de verlaging van het eiwitgehalte in veevoer
- versnelde afname van het melkvee via een partiële reductieregeling van stikstof- en fosfaatplafonds
- versnelling en intensivering van de innovatieregeling
- stapsgewijze invoering van een norm voor grondgebondenheid in 2032 

LTO steunde de eerdere editie ‘Duurzaam Evenwicht’ (2021), Maar de agrarische belangenorganisatie haakt nu af : ‘te eenzijdig gericht op de landbouw’ en ‘te duur’.   

Het gaat om een bedrag van circa 1,5 miljard euro per jaar. Het zou te doen moeten zijn

De kosten mogen er inderdaad wezen, circa 10 miljard euro. Met het ondoordachte schrappen van de Stikstoffonds van 20 miljard euro, heeft dit kabinet zichzelf en de samenleving met een fors financieel probleem opgezadeld. Want er zal sowieso een flink budget op tafel moeten komen om agrarische bedrijven aan te kopen, gronden af te waarderen, regionale schuifruimte met grond te creëren en innovatieve maatregelen te ondersteunen. Ook in de sectoren mobiliteit en industrie vergt de stikstofreductie extra inzet van overheidsmiddelen. Anderzijds: maar liefst negen miniseries nemen deel aan de ministeriele commissie (inclusief Financiën). Die zullen allemaal moeten lappen. Het gaat om een bedrag van circa 1,5 miljard euro per jaar. Het zou te doen moeten zijn, gezien de urgentie.   

Het onlangs verschenen rapport van de Universiteit Wageningen, opgesteld in opdracht van het IPO, inventariseert en beoordeelt technische (innovatieve) maatregelen op het boerenerf. Het WUR-rapport stelt dat veel vernieuwingen voor de veehouderij binnen een tot vijf jaar technisch zijn uit te voeren. Maatregelen, zoals (biologische) mestaanzuring, luchtwassers en het schoonhouden van vloeren leveren de meeste milieuwinst op voor emissies uit stallen.   

Een ander rapport, van stikstofprofessor Jan Willen Erisman en landschapsarchitect Benno Strootman, Naar een ontspannen Nederland (2021), heeft eveneens bruikbare invalshoeken. De verbreding naar andere opgaven in het landelijk gebied en de regionale gebiedsgerichte aanpak komen goed uit de verf.

Hun korte termijn-aanpak met urgente opgaven richt zich op:
- ammoniak-emissiereductie in de Gelderse Vallei en de Veluwe;
- gerichte uitkoop van specifieke intensieve bedrijven (piekbelasters) op zandgronden;
- extensivering van de landbouw in het Groene Hart

De gebiedsgerichte benadering is langetermijnwerk. Daar moet je de tijd voor nemen, om de inbreng van boeren en andere betrokkenen tot zijn  recht te laten komen. En om de ingewikkelde belangen- en grondpuzzel te leggen. In 2022 maakte ik een kleine uitwerking voor Zuid-Holland.         

We kunnen niet om het ‘hete hangtaboe’ van de onteigening heen

Het huidige kabinet wil tot nu toe uitsluitend op basis van vrijwilligheid acteren. We kunnen niet om het ‘hete hangtaboe’ van de onteigening heen. Bij gerichte uitkoop in de meest urgente gebieden verdient het aanbeveling de inzet van onteigening niet uit te sluiten als uiterste middel. ‘Onteigening’ roept begrijpelijkerwijs direct afwijzende reacties op. Het begrip angstvallig vermijden creëert echter een mistige situatie die een vrijwilligheid suggereert die er eigenlijk niet is.

In een eerder artikel verwees ik naar een uiteenzetting van grondexpert Peter Overwater. De praktijk van de stedelijke gebiedsontwikkeling wijst uit dat het instrument tot weinig juridische procedures leidt. Partijen komen er in onderling overleg uit, meestal op basis van taxaties. Bovendien wordt de onteigeningstitel in sommige provincies al voor natuuraankopen ingezet, bijvoorbeeld voor de realisering van het NNN-netwerk en vaak zonder verzet van de agrarische sector. Inzet van de onteigeningstitel heeft drie voordelen:
- het maakt het mogelijk om bij uitkoop volledige schadeloosstelling toe te kennen. Dat verhoogt het draagvlak bij betrokken eigenaren en pachters.
- de ruime vergoedingsregeling gaat, in wisselwerking met de stok-achter-de-deur van de onteigening, waarschijnlijk versnellend werken op het uitkoopprogramma.
- inzet van de onteigeningstitel verhoogt de zekerstelling van de reductiedoelstelling en dat is dan weer (juridisch) noodzakelijk om nu het groene licht krijgen voor economische activiteiten die stikstofneerslag veroorzaken.

Invoering van een rekenkundige ondergrens van 1,0 of 0,5 mol/ha per project zou enorm helpen

Een stevige, verplichtende aanpak zoals ik hierboven schets is randvoorwaardelijk om de woningbouw en andere investeringen in een zone van 25 kilometer rond stikgevoelige gebieden van het slot te halen. Invoering van een rekenkundige ondergrens van 1,0 of 0,5 mol/ha per project zou enorm helpen, in te bouwen in het Aerius-rekenmodel.

De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft de laatste kier van de deur dichtgesmeten door aan ‘intern salderen’ een einde te maken. Ik vind het laakbaar dat daar ook nog eens terugwerkende kracht bij is uitgesproken. Eerst verklaart de rechter zelf ‘intern salderen’ vergunningvrij. Als je daar een paar jaar later daarop terugkomt, mag je de samenleving daar terugfietsend niet met een procedurele chaos opzadelen.  

Tot slot benoem ik de derde voetzoeker, naast het geld en het dogma van de vrijwilligheid: de uitvoeringsorganisatie van het pakket maatregelen. Het vergt onder meer de inzet van enkele cohorten competente mensen op alle overheidsniveaus. Dick, besteed aandacht aan dit afbreukrisico van de uitvoering!      

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Ronald Machielse
Laten we vooraf vaststellen dat de verzuring van de NO2 component in de neergeslagen "kunstmest" deeltjes zit. NO2 komt vrij bij de verbranding van fossiele brandstof. NH3, zoals dat uit de veeteelt komt, is in hogere concentraties wel toxisch maar is altijd PH-neutraal.
Dat geconstateerd hebbende, laat de wetenschappers dan eerst eens echt wetenschappelijk vaststellen dat er een causale reductie van zure deposities is als we onze koeien opeten en garanderen dat daarmee de verzuring van de zandgronden op korte termijn over is. Die verzuring zit nu nog in de grond en moet er ook "uitgroeien".
Last but not least, bij ons in de provincie komt een MER en het heeft er alle schijn van dat de provincie van die heel hoge windturbines op de vrijgekochte grond van de boeren wil neerzetten, van die reuzen die alles wat vliegt, uit de lucht slaat. Ik vraag me af wat schadelijker is voor de biodiversiteit en het bos.
Advertentie