‘Dierinhoudelijke maatregelen’ en robots op boerenerf
De ministeries die het ruimtelijk domein raken, brachten hun begrotingen naar buiten.
Op het eerste gezicht lijken er weinig verrassingen te vinden op de begrotingen van de vier ministeries die het ruimtelijk domein raken: het ministerie van Klimaat en Groene Groei, het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, het landbouwministerie, en het ministerie van Volkshuisvesting.
De grote verschuivingen waren al bekend van de budgettaire bijlage van het Hoofdlijnenakkoord in mei. Het markantst was het intrekken van het wetsvoorstel voor een Transitiefonds voor de landelijke gebieden. Dat betekende de facto een eind aan de provinciale gebiedsprocessen in hun huidige vorm. Ook was al duidelijk dat de Specifieke Uitkeringen (SPUK's) verdwijnen van de begrotingen van de ministeries en, na een korting van tien procent, terecht komen in het Provincie- en Gemeentefonds. Daarnaast had het Hoofdlijnenakkoord verordonneerd dat er rijksbreed één miljard bezuinigd wordt op subsidies, en één miljard euro op het ambtelijk apparaat van de ministeries.
Maar wie inzoomt op de begrotingen, ziet wat de inzet van het kabinet is voor de komende jaren en hoe dat uitwerkt op het lokale bestuur.
Minder snel succes
Allereerst tonen de nieuwe begrotingen waar het rijksbeleid minder snel succes had dan het vorige kabinet, Rutte-IV, had gehoopt. Geld dat in het Klimaatfonds zit, is opgeschoven, waarvan 391 miljoen euro voor de Warmtenetten Investeringssubsidie. Deze subsidie is bedoeld voor overheden, om hen bij te staan bij de aanleg van warmtenetten. Maar het warmtedossier is enigszins gestagneerd, door het slepende wetgevingsproces rond de Wet Collectieve Warmte en de financiële onzekerheid in de markt. In de komende jaren loopt het nu alsnog vrijkomende bedrag op: van 26 miljoen euro in 2025 tot 154 miljoen in 2029.
Een ander probleem in de energietransitie is de netcongestie: een amendement van VVD-Kamerlid Silvio Erkens maakt vanaf 2025 tot en met 2027 nog 45 miljoen euro vrij voor: ‘flexibiliteitsscans, de realisatie van flexibel vermogen bij bedrijven, uitvoeringsgeld programma organisatie Landelijke Aanpak Netcongestie en een aansprakelijkheidsregeling voor energiehubs’, aldus de begroting.
Snijden in subsidies
In het kader van de bezuinigingsopdracht die het kabinet-Schoof zichzelf stelt, wordt vanaf 2026 jaarlijks één miljard euro gekort op de subsidieregelingen binnen de Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE, SDE+ en SDE++). Ook in andere subsidies snijdt men, zoals de Subsidieregeling Coöperatieve Energieopwekking (SCE); Energiecoöperaties en burgerbetrokkenheid energietransitie; Carbon Capture and Storage (CCS); en Geothermie. Het geld dat resteert, gaat deels naar het Rijswijk Centre of Sustainable Geo-Energy (RCSG) voor onderzoek naar warmtenetten met een lage temperatuur.
Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat maakt, zoals al bekend, 2,5 miljard euro vrij voor de infrastructuur van nieuwe woningbouwlocaties en nieuwe hoofdinfrastructuur. In 2025 maakt het ministerie hierover afspraken met het lokale bestuur. Ook moeten er in 2025 projecten gevonden voor de bereikbaarheid van 400.000 nieuwbouwwoningen, gefinancierd met 7,5 miljard euro nog van het vorige kabinet en 475 miljoen euro aan gebiedsbudget van het ministerie van Binnenlandse Zaken.
Stikstofmiddelen verschoven
Opvallend is dat er 42,7 miljoen euro naar I en W wordt overgeboekt ‘vanuit de stikstofmiddelen’ van het landbouwministerie, met het doel om de zeevaart te verduurzamen. Daarnaast wordt 70 miljoen euro uit het Klimaatfonds, bedoeld voor de subsidieregeling Private Laadinfrastructuur bij bedrijven, opgeschoven naar 2027 en 2028. Ook opmerkelijk is dat door het verdwijnen van de SPUK's zo'n 130 miljoen euro van de begroting van dit ministerie verdwijnt. ‘Dit raakt vooral de Brede Doel Uitkering (BDU) aan twee vervoerregio’s, de regeling voor sanering verkeerslawaai en de regeling voor bodemsanering’, meldt een verduidelijkende passage. Tot slot is er sprake van 1,2 miljard euro aan ombuiging van de Klimaatfondsmiddelen voor waterstof en batterijen. Daardoor verdwijnt 31 miljoen euro uit de subsidiepot Waterstof in Mobiliteit (SWIM).
Het ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) heeft voor het eerst een eigen begroting, waardoor allerlei middelen gescheiden moesten worden van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Er gaat, zoals ook al bekend, vijf miljard euro naar nieuwbouwwoningen, ‘inclusief Caribisch Nederland’. Het kabinet wil, evenals het vorige kabinet, elk jaar 100.000 woningen bijbouwen. In 2022 werden echter 90.200 nieuwe woningen gebouwd, en in 2023 88.200.
Woontop en nieuwe woondeals
Eind dit jaar komt er een Woontop, waar het ministerie landelijke afspraken wil maken met de woningbouwsector. Begin 2025 moeten de Woondeals met 35 regio's herzien worden, aldus de planning. Er zal jaarlijks 500 miljoen euro extra gaan naar de huurtoeslag, elk jaar zal 25 miljoen euro gaan naar ‘het stimuleren van innovatie en het wegnemen van belemmeringen in het woningbouwdomein’. En omdat de Wet versterking regie volkshuisvesting vertraagd is (de Eerste Kamer moet zich er nog over buigen) wordt de incidentele bekostiging voor de uitvoering (58 miljoen euro) van 2024 naar 2025 doorgeschoven.
Eveneens vertraagd is een fonds voor woningcorporaties, dat volgend jaar alsnog werkelijkheid moet worden, met een pot van 40 miljoen euro. Tot slot komt er de komende vier jaren elk jaar 14 miljoen euro vrij voor de funderingsproblematiek van woningen, voor onder meer de oprichting van een landelijk informatiepunt voor funderingsproblematiek.
‘Dierinhoudelijke maatregelen’
Het landbouwministerie mist zijn Transitiefonds van ruim 20 miljard, dat het vorige kabinet wilde instellen, maar beschikt alsnog over een groot budget: er komt 5 miljard euro vrij de komende vier jaar voor innovatie, een opkoopregeling en de mestproblematiek. Daarnaast is er elk jaar 500 miljoen voor agrarisch natuurbeheer door boeren. Ook waren begin dit jaar al miljarden vrijgemaakt door het vorige kabinet voor de gebiedsmaatregelen van provincies.
In 2025 zet het ministerie 15 miljoen euro in voor de mestproblematiek, gericht onder andere op het stimuleren van de mestexport en het verminderen van het ruw eiwitgehalte in het veevoer. Ook gaat er 1 miljoen euro naar ‘dierwaardigheid’, oftewel naar pilots met ‘dierinhoudelijke maatregelen bij meerdere boerderijen (...) om te leren of de maatregel het beoogde dierenwelzijnseffect heeft’.
Robots naar de Boerenpraktijk
Van het beschikbare geld gaat in totaal 3,5 miljard euro naar innovatie, meer specifiek naar het nieuwe innovatieprogramma Robots naar de Boerenpraktijk. Volgend jaar gaat 8 miljoen euro naar boerenexperimenten met de door het kabinet zo gewenste doelsturingmethode, om te oefenen met Kritische Prestatie Indicatoren (KPI's), data-architectuur, de Afrekenbare Stoffenbalans, en een meetsysteem voor de waterkwaliteit in de akkerbouw.
Tot slot krijgen de provincies het komende jaar nog 46 miljoen euro extra voor maatregelen in het landelijk gebied, binnen het bestek van wat onder het vorige kabinet het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) was.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.