Toch maar verkopen
Gaan gemeenten nu wel of niet hun aandelen Eneco verkopen? En kunnen er dan afspraken gemaakt worden met de nieuwe eigenaar over duurzame ambities?
De gemeentelijke verkoop van de Eneco-aandelen leek deze zomer een gelopen koers. Rotterdam, Den Haag en Dordrecht wilden hun aandeel in de energieleverancier van de hand doen, tezamen goed voor meer dan de helft van de aandelen. Een kwestie van tijd voor de overige vijftig deelnemende gemeenten zich achter de top drie zouden scharen.
Nadat Amstelveen zich tegen verkoop van haar Eneco-aandeel keerde, sloeg de stemming om. Zeker toen de ene na de andere door Eneco ingehuurde hoogleraar in een reclamecampagne de duurzame energiestrategie van de stroomleverancier bezong. En de mogelijkheden die de deelnemende gemeenten hebben om zo hun ambitieuze klimaatdoelstellingen in het vizier te houden. Juist de zo gretig voor verkoop pleitende gemeenten Rotterdam, Dordrecht en Den Haag zouden zich, gezien hun slechte uitstootcijfers, wel twee keer moeten bedenken om een regionaal sturingselement van de hand te doen, aldus hoogleraar transitiekunde Jan Rotmans in een interview in Binnenlands Bestuur.
De Haagse raad ging met hem mee. Er valt zeker wat voor Rotmans’ visie te zeggen, maar de argumenten van zijn tegenstanders klinken per saldo toch overtuigender. Kun je van 53 gemeenten verwachten dat zij toezicht houden op een steeds internationaler opererend, commercieel bedrijf? En dat in een keiharde energiemarkt, waar een middenmoter als Eneco het makkelijk aflegt tegen grote spelers en succesvolle niche-bedrijfjes. Te groot voor het servet, te klein voor het tafellaken. Het dividend dat de gemeenten tot nu toe jaarlijks konden bijschrijven, kan zomaar omslaan in een kostenpost vanwege noodzakelijke Eneco-investeringen. Om over de gemeentelijke buikpijn inzake het riante salaris van de Eneco-top maar te zwijgen.
Verkopen dus, die aandelen. Mits met de nieuwe eigenaar afspraken kunnen worden gemaakt over duurzame ambities en (voorlopig) behoud van werkgelegenheid. En de verwachte miljoenenopbrengst wordt aangewend voor een broodnodige duurzaamheidsimpuls in de Rijnmond.
Maar goed wanneer het weer uitloopt op een drama zijn we allang weer vergeten dat het ooit een redelijk groen bedrijf was met regionale binding waarbij winsten voor de gemeenschap waren.