De rivierkreeft als de zondebok van de wateren
De waterschappen zoeken nog altijd naar oplossingen voor de rivierkreeftenproblematiek. Het rijk is eindverantwoordelijk, zeggen zij.
Wie in de Waddenzee op kokkels vist en voortdurend de zeebodem omploegt, houdt garnalen over. Wie van weilanden monochrome groene vlakten maakt, zit met duizenden ganzen. En wie steeds maar sloten maait en uitbaggert, krijgt een overdaad aan rivierkreeften.
‘Daarom is het ook een beetje onze eigen schuld’, zegt Bram Koese, rivierkreeftenexpert van het eerste uur. ‘Wij hebben bizar onnatuurlijke dynamische systemen gecreëerd. Het was wachten tot we een diersoort zouden krijgen die daarmee om kon gaan.’
Ook buiten de randstad
Tot twintig jaar geleden was het Amerikaanse rivierkreeftenprobleem vooral een probleem voor de randstedelijke waterschappen. Maar inmiddels zitten zowat alle 21 waterschappen met deze geschaarde exoten in de maag, die vissen- en amfibieëneitjes eten, maar ook waterplanten afknippen. Dat schaadt de ecologische kwaliteit van de Nederlandse wateren, en laat dat nu net een criterium zijn voor de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) die 2027 als eindjaar heeft.
‘Dat duurt nog vier jaar’, zegt Martin Goosens, bij Hoogheemraadschap Rijnland de man van de rivierkreeften. ‘Maar wij als waterbeheerders zien dat eigenlijk al als morgen, hoor.’
Afdeling 'Bird control' van Schiphol
Goosens vertelt dat de afdeling ‘bird control’ van luchthaven Schiphol een tijd terug bij Rijnland op de stoep stond. De luchthaven heeft ook last van rivierkreeften, of beter gezegd van de meeuwen en kraaien die afkomen op het schaaldierenbanket in de sloten rond het vliegterrein. ‘Samen met ecologisch adviesbureau Waardenburg Ecology hebben we een ontwerp gemaakt voor een val waarin die kreeften lopen, zodat ze in bakken op het land terechtkomen waar medewerkers van Schiphol ze uit kunnen halen. We gaan testen hoe efficiënt dit vangsysteem werkt.’
Testen, ja. Want de oplossing voor het inmiddels al jaren slepende rivierkreeftenprobleem is nog lang niet definitief. Hoogheemraadschap Delfland onderzoekt momenteel, samen met Wageningen University & Research, nieuw vangtuig. Daarmee moeten ook de kleine rivierkreeften uit het water gehaald kunnen worden, en dan zonder bijvangst. Maar die zoektocht is nog niet klaar, zegt Sandra Fraikin van Delfland. ‘Zeker niet. Er is nog geen ei van Columbus boven komen drijven.’
De Amerikaanse rivierkreeften zijn hardnekkige dieren. Anders dan hun voorganger de Europese rivierkreeft, die eraan onderdoor ging, zijn ze niet vatbaar voor de kreeftenpest. Ze kunnen zelfs leven van slib, en dragen honderden eitjes mee onder de staart.
‘Als je de kaart erbij pakt, zie je al die eilandjes van introducties. De daders zijn nooit bekend.’
Geen olievlek, maar eilandjes
Tegelijkertijd hebben ze genoeg vijanden. Los van de meeuwen en kraaien bij Schiphol, worden ze bejaagd door snoeken en futen. In de Molenpolder bij Utrecht wordt om die reden geprobeerd die dieren in het watergebied terug te laten keren. En als oevervegetatie minder strak wordt weggemaaid, kunnen in die waterplanten libellenlarven, roofwantsen en geelgerande waterkevers opgroeien. Zij eten de rivierkreeftenjongen als deze slechts millimeters groot zijn.
Zou het ook een oplossing zijn als rivierkreeften niet meer levend verhandeld worden, maar ingevroren over de toonbank gaan? Expert Bram Koese denkt van wel. Kijkend naar de kaart valt het hem op dat de rivierkreeft zich juist niet als een olievlek verspreid. Vanaf de negentiende eeuw is de Amerikaanse rivierkreeft in Europa met opzet uitgezet. En waarschijnlijk gebeurt dat nog steeds.
‘Als je de kaart erbij pakt, zie je al die eilandjes van introducties’, zegt Koese. ‘Het gaat in Nederland om tientallen plekken, natuurlijk allemaal stiekem. De daders zijn nooit bekend.’
De rivierkreeft een zondebok?
Hoe belangrijk is het nou dat de Amerikaanse rivierkreeft verdwijnt? Zo duidelijk is dat niet, zegt Bram Koese. ‘Dit is een dankbaar zondebokdossier. Het is fijner als jij de rivierkreeften de schuld ervan kunt geven dat de sloten er slecht aan toe zijn, dan dat je zegt dat we minder mest moeten uitrijden over het land.’
‘In mijn ogen wordt de rivierkreeft soms als een zondebok aangewezen voor de achteruitgang van de ecologische waterkwaliteit’, zegt ook Martin Goosens van Rijnland. ‘Dat is om het makkelijk te maken. Maar meer factoren zijn dan van belang. We hebben het al gehad over wat wij het ‘schonen’ van de watergangen noemen. We zien ook dat wateren te veel voedselstoffen bevatten, door bijvoorbeeld de vermesting. Soms zien we ook watergangen met heel veel vissen erin, die de bodem opwoelen en het water troebel maken. Of de rivierkreeften nou voor nul of voor 100 procent verantwoordelijk zijn voor de achteruitgang; ik weet het niet. De waarheid zal ergens in het midden liggen.’
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.