Advertentie
ruimte en milieu / Achtergrond

De mienskip voert regie over energie

De dorpen langs de Friese IJsselmeerkust keerden zich tegen windmolenpark Nij Hiddum-Houw. De provincie zette door. Hoe krijg je de gefrustreerde bewoners nu nog betrokken bij de regionale energiestrategie? Súdwest-Fryslân geeft ze carte blanche.

31 juli 2020
windmolens

Súdwest-Fryslân herstelt van windmolendebacle

Moet dat nou, de foto op die omstreden plek? In het gemeentehuis te Sneek was er wel een tijdje met de communicatiestaf over gesproken. Toch poseert wethouder Erik Faber (duurzaamheid, GroenLinks) van Súdwest-Fryslân deze zomerochtend bereidwillig bij Kornwerderzand op de Afsluitdijk – juist bij Kornwerderzand. Op de achtergrond prijkt de Friese zuidwestkust waar binnenkort windpark Nij Hiddum-Houw gestalte krijgt. Negen megawindmolens met een tiphoogte van 190 meter die de plaatselijke Friese gemeenschap, de mienskip, massaal in het verzet joegen. Allemaal tevergeefs.

‘Toen ik in 2018 wethouder werd, was de provinciale besluitvorming eigenlijk al rond’, vertelt Faber als we in een nabijgelegen wegrestaurant zijn neergestreken. ‘De inwoners hebben dat proces als heel vervelend ervaren.’ Hij merkt het sindsdien bij zijn afspraken op het Friese platteland. ‘Ik ben contact-wethouder van veel kernen en dorpen aan de IJsselmeerkust. Elk gesprek met elke dorpsvereniging gaat over de woede rond Nij Hiddum- Houw. Daar ben ik enorm van geschrokken Het zijn niet alleen emotionele burgers, hè. Ze hebben verstand van zaken, zijn allesbehalve wereldvreemd. En dan toch die verbitterdheid. Dat kon niet waar zijn.’

Zal het bij de negen wiekende reuzen blijven? Zeker niet. Dit jaar wordt een begin gemaakt met de bouw van Windpark Fryslân voor de Friese IJsselmeerkust. Er zullen nieuwe zonneparken moeten komen in het boerenland. Hoe krijgt Faber de bewoners nog mee in het proces van de regionale energiestrategie als ze nu al massaal in de verzetsstand staan? Want of je nou door de hond of de kat; de provincie of de gemeente wordt gebeten – uiteindelijk maakt dat de lokale gemeenschap niks uit. Hun vertrouwen in de overheid is weg. Faber, nuchter: ‘Dan moet je dus iets zoeken om het op een andere manier te doen.’

Frustratie
Zijn ogen werden geopend door de film Onderstroom van Jeroen Hoogedoorn. De filmmaker woonde in het dorp Pingjum aan de Friese kust – windmolengebied. Hoogedoorn volgde het bestuurlijke traject; de mienskip die met overtuigende alternatieven voor het provinciale molenplan kwam. Plannen die net zoveel stroom opleverden, maar dan beter ingepast in het weidelandschap en met meer lokaal neergeslagen rendement. Allemaal te elfder ure door de provincie van tafel geveegd.

‘Hoogedoorn legt bloot hoeveel frustratie je als overheid creëert als je burgerparticipatie niet serieus neemt’, zegt Faber. ‘Of wanneer je doet alsof. Een investeerder wordt rijk van een windmolen en de omgeving wordt met een fooitje afgescheept. Dat leidt tot tweespalt. Op een gegeven moment vraagt iemand in de film zich af: “Wil je nou echt dat mijn kinderen niet meer met jouw kinderen gaan spelen?”’

Tegen zo veel verdeeldheid, wil hij maar zeggen, is zelfs de befaamde Friese mienskip niet bestand. De molens dreigden een splijtzwam te worden. Niet alleen tussen burger en politiek, ook tussen burgers onderling.

Het in 2018 aangetreden college in het Sneker gemeentehuis wilde de bevolking bijeenbrengen en terugwinnen voor de lokale democratie. ‘Het aantal mensen dat stemt bij de lokale verkiezingen gaat al jaren omlaag. Omdat de bevolking steeds verder wegloopt van de politiek. Al kun je ook zeggen dat de politiek steeds verder wegloopt van de bevolking. Ik wil die twee dichter bij elkaar brengen.’ Ja, beaamt hij, dat zal elke nieuw aangetreden wethouder in Nederland zeggen. Lachend: ‘Maar ik wil het ook realiseren.’

Het begon met een ontmoeting met een inwoner die nauw betrokken was bij het verzet tegen Nij Hiddum-Houw, een emeritus-hoogleraar recht. ‘Hij zei dat hij niet meer wilde terugkijken maar vooruit: hoe je in de toekomst de lokale burgerparticipatie kon vormgeven. Dat vond ik een mooie gedachte.’ Faber kreeg door de oud-hoogleraar een opzet aangereikt van het Nederlands Platform Burgerparticipatie en Overheidsbeleid (NPBO) en de TU Delft. ‘Daar werd ik meteen warm van. Dat is ook de opzet die we nu hebben uitgewerkt. Loskomen uit de advieswereld. De experts zitten in de samenleving.’

On hold
In de nieuwe aanpak staat de planvorming door het gemeentebestuur een tijdje on hold. Plaatselijke bur gers nemen het voortouw. Het voordeel was, zegt Faber, dat hij in burgemeester Jannewietske de Vries meteen een medestander voor zijn wilde plannen had. ‘Zij is erg voor vernieuwing van de lokale democratie.’ Ook de gemeenteraad ging erin mee. ‘Via een klankbordgroep bleef de raad op de hoogte.’

De gemeente Súdwest-Fryslân (90.000 inwoners) wierf eerst een kleine vijftig burgers. Tijdens een hackathon werkten die een aantal scenario’s uit die als basis voor het energieonderzoek fungeerden. Dit allemaal onder begeleiding van experts van onder meer het NPBO, de TU Delft, de GGD en de Energiewerkplaats Fryslân. ‘Als gemeente hadden wij daar geen enkele invloed op. Ook de raad wilde uiteindelijk geen enkele beperking aan de burgers opleggen. Al was dat bijvoorbeeld voor partijen die sterk tegen nieuwe windmolens gekant zijn best moeilijk.’

De vijftig burgers kwamen tot zes verschillende waarden, die elk als vertrekpunt zouden kunnen dienen van de lokale energiestrategie. Moest de gemeente het voortouw nemen bij plannen voor nieuwe energie, of toch de mienskip, of de markt? Zouden de nieuwe energie-opwekkers het best op een beperkt aantal plaatsen in de gemeente kunnen worden geclusterd? Moest Súdwest-Fryslân zich vooral richten op opslag van energie (‘de batterij van Nederland’) of zelfs ‘energieleverancier van Nederland’ worden? Let wel: allemaal waarden die door de burgers zelf werden aangedragen. ‘Op die opslag van energie waren we zelf nooit gekomen’, zegt Faber. ’Maar als dat onder de burgers leeft, dan moet je daar in je onderzoek gehoor aan geven.’

Uiteindelijk vulden 1.376 inwoners van Súdwest-Fryslân de raadpleging in en gaven punten aan elke optie. Wat vindt de wethouder van die opkomst? ‘Je hoopt natuurlijk dat alle inwoners van veertien jaar en ouder meedoen’, zegt hij. ‘Maar het belangrijkste is dat de uitkomsten representatief zijn.’

Trots vertelt Faber dat bij de presentatie, een avond eerder, door de onderzoekers niet alleen werd verteld dat die representativiteit buiten kijf staat, maar ook dat het procentueel de hoogste opkomst is die ooit bij dit type onderzoek werd bereikt.

Premie
Toch valt er een kanttekening bij te maken: jongeren en lager opgeleiden deden opmerkelijk minder vaak mee. ‘We hebben echt moeite gedaan om ze erbij te betrekken’, stelt Faber. Door de corona gingen geplande optredens van de wethouder op scholen niet door. ‘Om jongeren alsnog te bereiken hebben we online gastlessen laten maken. Jonge influencers hebben filmpjes gemaakt.’

De gemeente zette een extern bureau in om de doelgroep van lager opgeleiden tegen een kleine vergoeding alsnog te bewegen om mee te doen. ‘Ja, en dan moet je toch concluderen dat hun score achterblijft. Ik begrijp dat het bij vrijwel elke enquête zo is: alleen mensen die geïnteresseerd zijn, melden zich aan. Maar in het rekenmodel is daarop geanticipeerd. Ik heb begrepen dat het totale beeld voor alle categorieën kloppend is.’

Dan de uitkomsten. Het merendeel van de inwoners van Súdwest-Fryslân geeft aan dat het de gemeente is die bij energieplannen het initiatief moet nemen. In de markt hebben de Friese burgers het minste vertrouwen. ‘Grotendeels een bevestiging van wat je zelf al voelt’, erkent Faber. ‘Maar bij een paar onderdelen werd ik toch verrast. Bij de mienskip, bijvoorbeeld. Dat we daar als gemeente meer onderscheid in moeten aanbrengen. Elk dorp is anders. Als de ene kern A wil, en de andere kern wil B – ga daarin mee. En dat de bewoners dan ook aan mienskip-achtige energievoorzieningen denken. Liever geen clusters van energie- opwek voor heel Friesland, maar kleine coöperaties binnen de eigen kern of het eigen dorp. Moet je nagaan: aan het totale RES-bod van Friesland leveren wij als gemeente al een kleine 70 procent.

En ondanks dat lees je in dit rapport de bereidheid van burgers om nóg meer te doen. Maar dan wel met de mensen samen en niet even top-down neergelegd.’ De belangrijkste les voor Faber: ‘Onze burgers verwachten heel wat van ons. We moeten als gemeente dus niet achteroverleunen in afwachting van wat de provincie of het rijk doet – we moeten lokaal meteen de regie nemen. Dat is mooi, man. We hebben het er altijd over dat de gemeente de eerste overheid is, nou, dan gaan we nu daadwerkelijk laten zien.’

Gelijkwaardigheid
Mooie ambities. Maar hoe lang blijven die overeind nu de provincie een stop afkondigde op nieuwe, losse windmolens in het buitengebied? Dan kunnen de dorpscoöperaties straks allemaal naar hun gewilde wieken fluiten.

‘Het is niet de provincie die met een bod bij het RES-programma komt’, reageert Faber. ‘We hebben bij de regionale energiestrategie afgesproken dat de achttien Friese gemeenten, de provincie en het waterschap sámen een bod doen. Op basis van gelijkwaardigheid. Dat betekent dat we op onderdelen onze eigen kaders moeten durven loslaten.’ Faber voelt zich daarbij sterker staan. ‘Er ligt nu een gedegen onderzoek. Het is niet alleen maar een wethouder uit een gemeente die wat roept.’

Eind september buigt de gemeenteraad van Súdwest-Fryslân zich over het burgeradvies. ‘Dan krijgen we de definitieve waarden mee om het RES-traject in te gaan. Dan zullen we als gemeenten praten over de onderlinge verdeling – wie levert wat – en de totale optelsom. In juni 2021 moet het totale Friese bod er liggen.’ Faber heeft na het onderzoek nog geen contact gehad met de andere Friese gemeenten. ‘Frieslandbreed is een meer algemene vragenlijst uitgezet. Totaal anders dan de door ons gebruikte methodiek. Ik ben als enige eigenwijs geweest. We hebben daar als gemeenten onderling flinke discussies over gehad. We waren als Friesland samen toch één, heette het dan. Ik voelde vanuit de gemeenten en de provincie een massieve druk. Maar soms moet je durven afwijken.’

Zijn aanpak heeft alvast een eerste, bescheiden resultaat. De actiegroep die zich keerde tegen windmolenpark Nij Hiddum- Houw is inmiddels weer bij het proces van de regionale energiestrategie aangehaakt. De frustratie lijkt (in elk geval voorlopig) verdampt. Faber: ‘Ze waren zeer wantrouwend, maar hebben me vooralsnog het voordeel van de twijfel gegeven. Dat mogen we als gemeente Súdwest-Fryslân nu gaan waarmaken. We zullen leiderschap moeten tonen. Maar leiderschap, weet ik nu, begint bij durven luisteren.’


Expertisecentrum voor aquathermie
De gemeente Súdwest-Fryslân wil werk maken van aquathermie. ‘zegt wethouder Faber. ‘Met al onze meren is er veel aanbod. In het dorp Heeg is al een pilot aquathermie gaande, waarvoor subsidie is aangevraagd bij het Programma Aardgasvrije Wijken. Die pilot is uit de mienskip boven komen drijven. De provincie, het Wetterskip en wij faciliteren.’ Ook voor de wijk Het Eiland in Sneek wordt aquathermie onderzocht als bron voor het warmtenet. ‘Aquathermie heeft weinig landschappelijke consequenties. Het bestaat uit een soort buis in het water en twee putten in de grond, waar je de warmte opslaat en later weer ophaalt.’ Er is wel externe energie nodig om het systeem te laten draaien. Faber: ‘Dus moet je onderzoeken hoeveel zonnevelden of windmolens daarvoor nodig zijn. Het kost elektriciteit, maar veel minder dan wanneer je bijvoorbeeld alles all-electric zou doen. Het is onze wens om in deze gemeente een landelijk expertisecentrum Aquathermie te beginnen.’

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie