Volop kansen inzet bodemenergie in bestaande woonwijken
Goede voorbeelden zijn er om te worden nagevolgd.
Kun je ook in de bestaande bouw met bodemenergie aan de slag? Dat was de centrale vraag tijdens het webinar dat het Gebruikersplatform Bodemenergie organiseerde. Drie deskundige sprekers belichtten de verschillende aspecten van deze vraag – de techniek, de regelgeving, de exploitatie – die aan het eind van de middag volmondig met ja werd beantwoord. Het is wellicht niet eenvoudig, en er zijn best wat randvoorwaarden, maar de goede voorbeelden zijn er om te worden nagevolgd.
Lot van Hooijdonk, wethouder voor onder meer Milieu en Duurzaamheid in de gemeente Utrecht, vertelde de meer dan 175 deelnemers aan het webinar hoe pragmatisch Utrecht bezig is met bodemenergie in de stad. In Utrecht zijn de afgelopen jaren al meerdere WKO-systemen aangelegd, waardoor de gemeente en alle marktpartijen al veel ervaring hebben met het gebruik van bodemenergie, ook voor bestaande gebouwen. Zeer belangrijk is om de onderlinge interferentie/ beïnvloeding van bronnen te voorkomen door deze zorgvuldig in te regelen.
Verschillende technieken
Na Van Hooijdonk kwam Rik Molenaar, senior-adviseur duurzame opwekking en partner bij Techniplan Adviseurs aan het woord. Hij vertelde als eerste iets over de verschillende technieken, maar koppelde dit direct aan twee praktische voorbeelden. De eerste is een studie voor de provincie Utrecht naar de haalbaarheid van de winning van energie uit oppervlaktewater (een kanaal) en een WKO voor verduurzaming van een bestaand stadsverwarmingsnet in Nieuwegein. Het tweede voorbeeld was een plan en uitwerking van het creëren van een aardgasvrije wijk, Palenstein, in Zoetermeer. Daar is men bezig om zo’n 1.000 tot 1.100 appartementen van een woningcorporatie aan te sluiten op een laagtemperatuur warmtenet gevoed door bodemenergie. Daarbij ging hij in op vragen als: plaatsen we warmtepompen in elk flatgebouw, of creëren we centrale techniekruimtes in de wijk. Hoe gaan we de energie distribueren? Met welke temperatuur kunnen we het water het beste transporteren. Ook de vraag wat de meest efficiënte methode is gezien de netwerkcapaciteit, kwam aan bod.
Regelgeving en juridische aspecten
Na Molenaar ging professor Marjolein Dieperink in op de regelgeving en juridische aspecten. Zij is partner en advocaat bij AKD Advocaten, maar ook hoogleraar klimaatverandering en energietransitie aan de VU in Amsterdam. Verreweg haar belangrijkste topic was de Wet collectieve warmtevoorziening (Wcw) die de huidige warmtewet moet vervangen. De nieuwe wet gaat straks bepalen hoe we in wijken, nieuwe en bestaande wijken, warmte vanuit onder meer bodemenergiebronnen mogen en kunnen leveren. Nu is de ‘oude’ warmtewet nog van kracht, maar die heeft zijn beperkingen. De minister onderkent dit ook, maar het blijkt lastig om snel een nieuwe warmtewet in te dienen en te laten aannemen. Het lijkt erop dat de wet op 1 juli 2024 in werking kan treden. De nieuwe wet kent een aantal hoofdlijnen waarvan Dieperink de belangrijkste even langsliep. Het ging daarbij om het systeem van marktordening, de processtappen die tot een investeringsbesluit leiden, de aanwijzing en taken voor het warmtebedrijf, en het eigendomsrecht en overgangsrecht. Tot die tijd, zo adviseerde Dieperink, doen partijen er goed aan om wel door te gaan met projecten. De maatschappelijke urgentie is daarvoor te groot en het overgangsrecht zal belangen waarborgen.
Warmtebedrijf en exploitant
De laatste spreker was Gertjan de Joode, kennis- en innovatiemanager bij Eteck, Warmtebedrijf en exploitant van duurzame locale energiesystemen, veelal met gebruikmaking van bodemopslagsystemen (WKO). Hij behandelde met name de lessen die te leren zijn uit enkele projecten met Zeer Laag Temperatuur warmtenetten (ZLT-netten) in de bestaande bouw. De eerste ‘les’ die De Joode de kijkers meegaf was dat netwerken met een Zeer Lage Temperatuur 10-30oC of eventueel een Lage Temperatuur 30-55oC in veel gevallen voldoende zijn voor verduurzaming van de bestaande bouw. Na een toelichting op de begripsvorming van de verschillende netwerken en bedrijfstemperaturen, met voor- en nadelen, ging hij vooral in op de toepassing van ZLT-netten. Uit zijn verhaal kwam duidelijk naar voren dat ZLT-netten veel, en misschien wel de meeste voordelen biedt. Om te laten zien hoe dit in de praktijk uitpakt, liep hij enkele voorbeelden langs die met dergelijke netten zijn uitgerust. Het eerste voorbeeld was de Kennedyflat in Egmond aan Zee. Een ander voorbeeld was het appartementencomplex Erdbrinkplein met 27 woningen en commerciële ruimtes in Doetinchem. Ook bij het Complex Veldhof in Utrecht wordt momenteel onderzocht hoe 137 appartementen en commerciële ruimtes verduurzaamt kunnen worden door ze op een bodembron en collectieve warmtepomp aan te sluiten. De thema’s van de belangrijkste lessen die De Joode zijn kijkers wilde meegeven, waren ‘Communicatie’, ‘Draagvlak creëren’ en ‘Creëer Ambassadeurs’.
Wilt u meer weten? Download dan hier de presentaties van de sprekers: https://gebruikersplatform.bodemenergie.nl/volop-kansen-voor-inzet-van-bodemenergie-in-bestaande-woonwijken/
Via bovenstaande link kunt u tevens het filmpje van het webinar (nogmaals) terugkijken.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.