Advertentie
ruimte en milieu / Achtergrond

Boren in drinkwater

Grondboringen en leidingen van bodemenergiesystemen bedreigen in Oost-Brabant het diepgelegen grondwaterreservoir. Gefragmenteerde regels en verantwoordelijkheden staan een duidelijk overheidsbeleid in de weg. ‘We staan vrij machteloos.’

30 augustus 2019
shutterstock-120988663.jpg

De gevaren van warmte-koudeopslag

De aanleg van gesloten bodemenergiesystemen (GBES) neemt de laatste jaren een vlucht. Vooral bij nieuwbouwwoningen is het een populaire en duurzame oplossing: de leidingen voor het systeem zijn relatief eenvoudig aan te leggen tijdens de bouw van de woning. Bovendien is sinds vorig jaar de Wet VET van kracht, die het aansluiten van nieuwbouwwoningen op het gasnet verbiedt.

Voor de energietransitie worden de bodemenergiesystemen gezien als een belangrijk en kansrijk alternatief voor het verwarmen van de woning met aardgas. Dat zien Ine Flinkers en Edith Rutten ook, beiden adviseurs bodem en ondergrond bij respectievelijk de gemeenten Den Bosch en Eindhoven. De laatste jaren neemt de aanleg van deze systemen in Oost-Brabant snel toe. Rutten: ‘In Eindhoven gaat het om zo’n driehonderd bestaande systemen.

Maar het aantal nieuwbouwplannen met GBES is een veelvoud daarvan.’ Hetzelfde geldt voor Den Bosch, zegt Flinkers. ‘Als er plannen zijn om een bodemenergiesysteem aan te leggen, dan komt dat langs mij en neem ik altijd contact op met de initiatiefnemer. In een vroeg stadium kan een plan nog wel worden aangepast.’ Samen met een aantal collega’s trekken ze al enige tijd aan de bel over het gebrek aan regels en de onduidelijke verantwoordelijkheden over de aanleg van de systemen.

Want die bodemsystemen hebben een groot probleem: onder de Oost-Brabantse bodem zit de nationale drinkwaterreserve. Een grondwaterreservoir dat minstens honderd meter diep zit en zeer zuiver is omdat het wordt beschermd door een dikke kleilaag erboven. Oppervlakkige bodemverontreiniging kan daarom niet doorsijpelen naar de diepere lagen en het waterreservoir vervuilen.

Niet schadelijk
Op zich is het niet schadelijk om dat grondwater aan de bodem te onttrekken. Dat gebeurt ook al: drinkwaterbedrijven en private partijen zoals Coca Cola, Bavaria en Heineken maken al jaren gebruik van het zuivere water. Voorwaarde is wel dat de bescherming van de kleilaag intact blijft en er geen vervuiling doorsijpelt. En dat is nou precies het probleem met de bodemenergiesystemen. Deze vorm van warmte-koudeopslag bestaat uit een lange lus in de grond die is verbonden met een pomp en maakt gebruik van de stabiele temperatuur van de bodem. Tijdens koude dagen wordt de bodemtemperatuur gebruikt om de woning te verwarmen, in de zomer om te verkoelen.

Met behulp van een warmtewisselaar en een circulatievloeistof in de buizen wordt de warmte afgegeven aan de woning. Maar het boren van gaten voor de aanleg van lussen (in feite een hele lange rubberen pijp) is duur. Dus boort een aannemer het liefst het gat voor één lus. Om het systeem daarvoor voldoende te laten werken, en om de lus lang genoeg te maken, wordt daarbij dwars door de beschermende kleilaag geboord, tot in het grondwaterreservoir. Volgens Rutten levert dat twee grote problemen op. ‘Ten eerste levert een gat dwars door de kleilaag een gevaar op voor het drinkwaterreservoir. Nou zal dat bij een paar boringen niet zo groot zijn, maar wat gebeurt er als het veel vaker gebeurt? Dan wordt die kleilaag een zeef.

Een tweede probleem is de circulatievloeistof in de leidingen zelf. Idealiter worden de leidingen gevuld met gewoon water, maar in de meeste gevallen voorziet de installateur het water van glycolen, antivries, om bevriezing aan de bovenkant te voorkomen. Ook zijn vaak additieven toegevoegd zoals corrosieremmers en anti-algmiddelen. Bij een lekkage van de leiding kunnen deze stoffen in het diepe grondwater terechtkomen en daar een grondwaterverontreiniging veroorzaken waarvoor de eigenaar van het systeem dan verantwoordelijk is.’

Weinig middelen
Een algeheel verbod op boren tot in het grondwater zit er echter niet in. Rutten: ‘Landelijk wordt er heel losjes mee omgegaan. Er wordt gedacht dat te strenge regels de systemen te duur maakt, en daardoor slecht zijn voor de energietransitie. Dus veel regels zijn er al niet. Ook de provincie heeft weinig middelen om te handhaven. Boren in de diepe grond is daardoor een zaak van de circa dertig gemeenten in het gebied, en die staan vaak niet te popelen om strenge eisen te stellen.’ Flinkers: ‘En regels zijn nodig, al is het maar over de diepte. Een lus van tachtig meter komt nooit tot in de drinkwaterreserve, maar weinig ontwikkelaars zitten te wachten op ondiepe boringen. Dan moeten ze namelijk meerdere lussen aanleggen en meerdere boorgaten maken. Ik wijs ze daarop als ik contact opneem met de initiatiefnemers, maar ik weet ook dat ik dit niet kan afdwingen. Als ze dieper willen boren, dan mag dat. Vaak toont men wel begrip en wordt het aangepast, maar niet altijd.’

Rutten: ‘Ik kreeg laatst een nieuwbouwplan voor een inbreidingslocatie in Eindhoven onder ogen waarbij doodleuk tot 180 meter geboord gaat worden.’ De regels die er zijn, zijn bovendien erg moeilijk te handhaven, ziet Rutten. ‘Alleen gecertificeerde bedrijven mogen die boring doen, en de boorgaten moeten, als ze door een kleilaag heen boren, goed worden afgedicht, zodat verontreinigingen zich niet langs de lussen naar de drinkwaterreserve kunnen verspreiden. Maar hoe gaat een instantie controleren of dat op 80 meter diepte ook correct is gebeurd? Hetzelfde geldt voor de eis dat een leiding volledig wordt leeggemaakt wanneer een installatie verouderd is of in onbruik raakt. Hoe kan je nou controleren of er onderin de leiding nog steeds circulatievloeistof zit? Bovendien blijft al dat bodemvreemde materiaal van de lussen voor eeuwig in de bodem achter. Is dat wel zo duurzaam en passend bij een circulaire economie?

Cowboys
Aan alles merken Rutten en Flinkers dat de druk groot is. Overheden moeten snel met alternatieven voor het aardgas komen, en de lijst met bouwopdrachten is lang, met een onderbezette bouwbranche. Het is een recept voor cowboys op de markt, die het niet zo nauw nemen met de voorschriften. ‘Die zie je hier ook,’ zegt Rutten. ‘Uiteindelijk is het altijd een kwestie van geld. Dan zeggen ze dat ze best minder diep willen boren, maar dan wordt het te duur of halen ze de planning niet. Een boring hoort zorgvuldig uitgevoerd te worden. Onder zo’n zware tijdsdruk werken is natuurlijk niet goed.’

Inmiddels hebben Rutten, Flinkers en collega’s van andere gemeenten al diverse pogingen gedaan om provincie en rijk op het probleem te wijzen. Maar de weerstand om de duurzame alternatieven aan strengere regels te binden blijft groot. Het is soms ook een gebrek aan kennis, ziet Rutten.

‘Dan wordt er bijvoorbeeld gezegd dat strenge regels voor bodemenergie straks de geothermie in de weg gaan zitten.’ Ze hopen dat de provincie uiteindelijk meer daadkracht gaat tonen, bijvoorbeeld op basis van de Kaderrichtlijn Water. ‘En samen met de vijf grote Brabantse gemeenten, de drinkwaterbedrijven en de provincie hopen we dat het in Den Haag op de agenda wordt gezet.’ Volgens Rutten schiet het duurzame alternatief voor fossiele brandstof het doel voorbij, als het de Brabantse grondwaterreserve bedreigt. Flinkers ‘We zijn niet tegen bodemenergie, zolang het op een duurzame, zorgvuldige manier gebeurt.’

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie