Datacenters verdienen een thuis en Nederland een Datacommissaris
Datacenters verdienen een thuis en Nederland een Datacommissaris. Datacenters zijn de ruggengraat van de (digitale) economie
Een windpark subsidiëren voor een datacenter voelt misschien als een klap in het gezicht van de belastingbetaler. Maar in onze geglobaliseerde wereld ligt de economische maatschappelijke waarde vaak dieper onder het oppervlak. Een geslaagd en rendabel windpark is op zichzelf immers een topprestatie, zeker in het licht van de energietransitie en onze Europese klimaatdoelen. We hebben nu eenmaal energie nodig, de markt volgt de vraag en als die energie groen is dan is dat per definitie beter. Elk nieuw datacenter onderstreept onze positie als koploper in deze markt, waardoor er meer aantrekkingskracht ontstaat voor anderen in deze sector.
Datacenters zijn de ruggengraat van de (digitale) economie. Even nu.nl checken op de mobiel gaat over datatoepassingen, netwerken en ‘cloud computing’. Zonder datacenters staan onze foto’s niet in de cloud, hebben wij geen real-time navigatie, en streamen we geen muziek of Netflix… De vestiging van de datacenters vraagt aandacht voor een goede inpassing in ruimte en infrastructuur en slimme toepassing van bijproducten zoals restwarmte.
Daarom roepen we op om in navolging van de Deltacommissaris ook een Datacommissaris in het leven te roepen. Deze commissaris houdt zich bezig met de regie om het beste van verschillende werelden samen te brengen.
De planning van datacenters vereist een samenhangend, lange-termijn en centraal gecoördineerd vestigingsbeleid. Het overlaten aan behoefte uit de markt en het vervolgens uitspelen van lokale partijen leidt tot versnippering. De huidige datacenters zijn grote internationale ondernemingen met dito klanten en gebruikers. De Datacommissaris weegt deze ingewikkelde publieke en private belangen goed af en stuurt op een toekomstbestendige aanpak. De positie van Nederland in wereldwijde datacenterlandschap hoort ook op de politieke agenda van Den Haag. Vervolgens kan het datacenter van de toekomst er echt anders uit gaan zien, waarbij maatschappelijke waarde, meervoudig ruimtegebruik, innovatie en duurzaamheid geïntegreerd zijn (zie figuur).
Niet in mijn achtertuin
Datacenters geven de term ‘black box’ een hele nieuwe dimensie. Want behalve dat je niet precies weet wat er binnen gebeurt, staan ze ook vaak als een nietszeggende blokkendoos langs een snelweg of weiland. Een gebouw zonder ramen: ‘data en elektriciteit erin, data en warmte eruit’. Hoe voorkomen we ongewenste effecten zoveel mogelijk en benutten we tegelijk de potentie van deze groeiende sector? Dat kan door de lokale weerstand, stroomtekorten, aanzienlijk waterverbruik en slechte ruimtelijke inpassing te voorkomen. Ook hier zorgt de Datacommissaris voor de juiste sturing door regie en beleid op het juiste niveau.
Een geoptimaliseerde inpassing van datacenters houdt rekening met het afwegingskader (ZIE INZET) voor de vestiging van datacenters. Tegelijkertijd is er regionaal en in steden aandacht nodig voor inpassing, ruimtelijke kwaliteit en meervoudig ruimtegebruik. Hier heeft het in het verleden, bijvoorbeeld bij de aanleg van menig ‘businesspark’, nogal eens aan ontbroken.
Het is belangrijk om zorgvuldig om te gaan met gronduitgifte en de ‘verdozing’, zoals we die soms bij distributiecentra zien, te voorkomen. Verder zien datacenter operators en ontwikkelaars ook in dat het energieverbruik verlagen en het verdere verduurzamen van groot belang zijn. Zoveel verschillende facetten, die schreeuwen om verdere samenspraak en regie.
Afwegingskader Vestiging Datacenter
- Locaties van de gebruikers
- Connectiviteit
- Nabijheid internetknooppunten
- Grondprijs
- Toegang tot, en bijdrage aan ontwikkeling van groene stroom
- Water voor koeling
- Toepassing voor restwarmte
- Meervoudig ruimtegebruik
- Stedelijke/ landelijke inpassing
Een goede buur
Datacenters zijn verder graag bereid afspraken te maken over de levering van restwarmte aan partijen in de directe omgeving. Die partijen kunnen op hun beurt rekenen op een stabiele aanvoer van restwarmte. Verder willen datacenters zelf ook graag bijdragen aan inpassing, duurzaamheid en maatschappij. Hun eerste aanspreekpunt is doorgaans een gemeente. Vaak is er bij een gemeente groot enthousiasme als een operator hen selecteert. Helaas kan dat regionaal en nationaal tot suboptimale locatiekeuzes leiden. Ook hier kan de landelijke aanpak versnippering voorkomen.
Waar vinden belangen elkaar?
In de actuele verduurzaming van de energie-infrastructuur staan de Regionale Energie Strategieën (RES) centraal. Voor datacenters zou een regionaal of zelfs landelijk beleid ook logisch zijn, omdat daardoor de mogelijke voordelen van het combineren van een dergelijk beleid met de Regionale Energie Strategie pas echt goed kan benut kunnen worden, zeker wat betreft restwarmte, groene energie en benodigde infrastructuur.
Veel datacenters vestigen zich bij hun afnemers, dicht bij de grote steden en digitale knooppunten. Maar in Nederland is ruimte schaars. Dus elke gelegenheid die er is om het vanuit perspectief van energietransitie en een duurzame toekomst goed te doen, moeten we benutten.
Ontdek meer oplossingen over de uitdagingen van de energietransitie en de industriesector op https://www.arcadis.com/energietransitie
Joris Winters en Tiejo Keppler – Arcadis
--//--
Figuur: ‘Datacenter van de toekomst, onder supervisie van een NL-Datacommissaris’
Reacties: 2
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.