Miljoenen uitvoeringskosten voor compensatie alleenverdieners
De uitvoeringskosten zijn gemiddeld hoger dan het jaarlijkse compensatiebedrag.
De compensatie van zo’n 6.000 huishoudens die door een samenloop van inkomensregelingen onder het bestaansminimum leven kost de overheid miljoenen. Gemeenten moeten de huishoudens compenseren via de bijzondere bijstand, maar krijgen van het rijk een vergoeding. Uit de toelichting bij de nieuwe decentralisatie-uitkering blijkt dat de gemiddelde uitvoeringsposten per huishouden worden geschat op 735 euro, terwijl het compensatiebedrag soms maar enkele tientjes bedraagt.
Circulaire
Gemeenten krijgen voor zowel de uitvoering als de compensatie zelf geld van het rijk. Een grote gemeente als Utrecht krijgt 850.000 euro, Amsterdam zelfs 2 miljoen, maar de meeste gemeenten hebben enkele tienduizenden euro’s nodig om de groep betrokkenen te compenseren. Het rijk heeft, op basis van een uitvoeringstoets die de VNG heeft gedaan, per gemeente een berekening gemaakt en kijkt naar het aantal huishoudens in de gemeente die met de alleenverdienersproblematiek te maken hebben. Daarnaast is er een eenmalig bedrag van 3.280 euro beschikbaar voor het inrichten van de communicatie.
Compensatie
Het gemiddelde compensatiebedrag bedraagt 675 euro per gedupeerd huishouden, maar de bedragen lopen sterk uiteen. ‘Van enkele tientjes tot wel 1.500 euro’, zegt de VNG. Door een fout in de regelgeving houden sommige gezinnen met één inkomen in 2023 en 2024 per maand minder over dan de bijstandsnorm. Pas in 2027 is de onwenselijke situatie gecorrigeerd. Tot die tijd zijn gemeenten de aangewezen partij om de betrokkenen te compenseren.
Uitvoeringskosten
Eerder schreef het toenmalige kabinet al in een brief aan de Tweede Kamer dat het oplossen van de alleenverdienersproblematiek de staat 282 miljoen euro kost. Daarvan gaat 193 miljoen naar de fundamentele oplossing en is 89 miljoen, inclusief uitvoeringskosten, voor de tijdelijke regeling. De uitvoeringskosten maken een aanzienlijk deel van het totale kostenplaatje, zo blijkt nu. Per gecompenseerd huishouden bedragen ze gemiddeld 735 euro. Meer dus dan de gemiddelde jaarlijkse compensatie. Voor afgewezen aanvragen rekent het rijk alsnog op een bedrag van 440 euro aan uitvoeringskosten. De VNG berekende dat elke aanvraag ongeveer 7 tot 11 uur aan ambtelijke tijd kost.
Bij de septembercirculaire 2024 ontvangen gemeenten het voorlopige budget op basis van de berekening door het rijk. Dat bedrag wordt zo nodig aangevuld bij twee latere circulaires.
Reacties: 2
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.