Advertentie
financiën / Nieuws

Ozb daalt in kwart gemeenten

Uit een steekproef van de Vereniging Eigen Huis onder 109 gemeenten blijkt dat de ozb in 2017 gemiddeld 1,3 procent stijgt. In plaats van 273 euro in 2016 betalen huiseigenaren volgend jaar gemiddeld 3 euro meer. Met de stijging van 1,3 procent blijven gemeenten onder de met het rijk het afgesproken maximum – de zogeheten macronorm. Dat is voor het eerst in jaren.

30 november 2016

De onroerendezaakbelasting (ozb) gaat volgend jaar in ruim een kwart van de gemeenten omlaag. Grootste dalers zijn de gemeenten Rijswijk en Geldrop-Mierlo met 7 procent.

Onder macronorm
Uit een steekproef van de Vereniging Eigen Huis onder 109 gemeenten blijkt dat de ozb in 2017 gemiddeld 1,3 procent stijgt. In plaats van 273 euro in 2016 betalen huiseigenaren volgend jaar gemiddeld 3 euro meer. Met de stijging van 1,3 procent blijven gemeenten onder de met het rijk het afgesproken maximum – de zogeheten macronorm. Dat is voor het eerst in jaren.

Nijmegen duur
Uitschieters zijn volgens de Vereniging Eigen Huis de gemeente Nijmegen, Haren en Ommen. Een huiseigenaar in Nijmegen betaalt volgend jaar gemiddeld 510 euro aan ozb. ‘Dat is maar liefst vier keer zo veel als in de gemeente Den Haag, waar de ozb gemiddeld Euro 127 bedraagt’, aldus de vereniging.  Grootste stijger in de steekproef is de Groningse gemeente Haren, waar de gemiddelde ozb-aanslag volgend jaar met 12 procent omhoog gaat – van 378 naar 423 euro. Ommen verhoogt de ozb met 11 procent – van 227 naar 252 euro – en Apeldoorn met bijna 8 procent van 295 naar 319 euro.

Rioolheffing
Waar de gemiddelde ozb in 2017 met 1,3 procent omhoog gaat, daalt de riool-en afvalstoffenheffing licht. Dat maakt dat de woningbezitter volgend jaar aan gemeentelijke woonlasten gemiddeld twee euro duurder uit is: 724 euro in plaats van 722 euro.

Reacties: 4

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

H. Wiersma / gepens.
In Amsterdam bleef de OZB aardig neutraal maar de WOZ-waarden worden via de gemeente met percentages van ca. 10% of meer voor een groot deel van de woningbouw met gezwinde spoed weer tot skyhigh hoogten opgevoerd. Waarschijnlijks om straks weer zoveel mogelijk binnen te halen.
Nico / zzp
Volgens mij een hoop discussie over niets. Veel gemeenten hebben als beleid om jaarlijks hetzelfde bedrag plus inflatie op te halen. Afhankelijk van de waardestijging van de woningen verhogen of verlagen ze het percentage OZB. per saldo betaal je hetzelfde bedrag als vorig jaar met inflatiecorrectie. Nu de huizenprijzen stijgen hoeven ze het ozb percentage dus niet te verhogen. Het voorbeeld aan het einde laat zien dat de lasten dalen omdat men de inflatiecorrectie is vergeten. 724 na een jaar is minder dan 722 een jaar geleden. Want een cent 100 jaar gelden was echt iets meer waard dan een cent nu (een fluitje namelijk :-)
K. de Beer / Adviseur
VEB heft weer zijn jaarlijkse mantra aan over de WOZ-tarieven. En elk jaar presteert ze het om weer de fout in te gaan. Het door de raad vastgestelde tarief is namelijk de ene factor. De gerealiseerde verkoopcijfers de andere. De afspraak is dat een gemeente bij de totaalopbrengst niet meer van 2 % (bijna) mag stijgen. Het tarief alleen zegt niets. Je moet inzicht hebben in de koopcijfers. In Amsterdam kunnen die per waardepeildatum 2017 1-1-2015 inderdaad gestegen zijn t.o.v. waardepeildatum 2016 1-1-2014. Maar bij de meeste gemeenten zal dat rond het 0 percentage liggen. Inderdaad : veel gedoe om nix.
Jan
Stap toch (via wetswijziging) af van dat subjectieve waardesysteem en stap over op het objectieve oppervlaktesysteem. Eén keer (en bij een wijziging nog een keer) de oppervlakte vaststellen volgens landelijk afgesproken normen, één keer een mogelijkheid tot bezwaar maken en daarna is alleen het tarief nog maar van belang. Geen taxatiekosten, geen kosten van bezwaren. Kosten- en ergernisbesparend.
Advertentie