Ambtenaar provincie kan doorgroeien

Het aandeel provincieambtenaren dat wordt bezoldigd volgens het maximum van de functieschaal daalt langzaam maar zeker. Vorig jaar zat 72 procent van alle medewerkers aan het salarisplafond. Dat was in 2017 74 procent en het jaar ervoor 75 procent. 

Dat blijkt uit de Personeelsmonitor Provincies 2018 van het A&O fonds Provincies. De meeste werknemers zitten, net als eerdere jaren, in schaal 11 (22 procent). In de hogere salarisschalen (14 of hoger) zit 4,6 procent van alle fte’s. Een zeer kleine minderheid van 0,3 procent is in de laagste schalen (1 tot en met 3) ingedeeld.

De gemiddelde loonsom per fte bedraagt in 2018 80.000 euro. Dat is gemiddeld duizend euro meer dan in 2017. Ruim driekwart van de provincieambtenaren verdient 1 tot 2 keer modaal (2.855 tot 5.710 euro), 10 procent verdient meer dan 2 keer modaal (meer dan 5.710 euro) en 14 procent minder dan 1 keer modaal (minder dan 2.855 euro).

Bonussen
Uit de Personeelsmonitor 2018 blijkt verder dat de meeste provinciemedewerkers hun salaris opplussen door het bedrag dat beschikbaar is als individueel keuzebudget (IKB) uit te laten betalen als extra inkomen. Liefst negen op de tien werknemers kozen voor die optie. De rest gebruikte het voor de inkoop van verlofdagen of voor overige doelen. Vorig jaar zijn er minder bonussen uitgedeeld dan in 2017. In totaal kregen in 2018 84 werknemers een arbeidsmarkttoelage. In 2017 waren dat er 96, wat toen een verdubbeling was ten opzichte van 2016.