Advertentie
financiën / Nieuws

Hindernissen bij publiek-private samenwerking

Er is veel te halen bij het bedrijfsleven, zoals geld en deskundigheid. Samenwerking met het bedrijfsleven en kennisinstellingen wordt vaak genoemd als de enige serieuze manier voor gemeenten om grote opgaven als de energietransitie aan te pakken. Bijna net zo vaak wordt daarbij vermeld dat het een moeilijk proces is dat makkelijk mis kan lopen, mogelijk door landelijke regelgeving.

01 maart 2021
Publiek-privaat-shutterstock-1288407679.jpg

Er is veel te halen bij het bedrijfsleven, zoals geld en deskundigheid. Samenwerking met het bedrijfsleven en kennisinstellingen wordt vaak genoemd als de enige serieuze manier voor gemeenten om grote opgaven als de energietransitie aan te pakken. Bijna net zo vaak wordt daarbij vermeld dat het een moeilijk proces is dat makkelijk mis kan lopen, mogelijk door landelijke regelgeving.

Voor de burger

‘Het kost nog steeds moeite’, vertelt ­Mirjam Bult, vicevoorzitter van het college van bestuur van de Universiteit Twente en expert op het gebied van publiek-private samenwerking. ‘Ze kunnen niet zonder ­elkaar, maar het is alsof er een harde grens bestaat.’ Bult ziet dat overheden moeite hebben met het loslaten van verantwoordelijkheid. ‘Dat komt doordat overheden denken dat zij de enige zijn die het belang van de burger vertegenwoordigen’, schat Bult in. 'Dat is niet per se zo.'

 

'Het zou helpen als overheden zouden bedenken wat de toegevoegde waarde voor de burger is, zonder dat ervan wordt uitgegaan dat de publieke sector dat het beste weet. Kijk van daaruit naar de taken.’ De burger moet niet uit het oog verloren worden en dat gebeurt nogal eens in de triple helix van overheid, bedrijfsleven en onderwijs. Bult bepleit een quadruple helix, waarbij ook de burger rechtstreeks wordt betrokken.

 

Science parken

Een hindernis waar lokale overheden minder invloed op hebben, zijn de wettelijke kaders. Publieke en private geldstromen mogen niet met elkaar worden vermengd als het aankomt op onderwijs, onderzoek en innovatie. Campussen en science parken klaagden hier in juli over in een manifest.

 

‘Ze zijn hét kristallisatiepunt voor groei en ontwikkeling, dé plek waar mensen van kennisinstellingen en bedrijven samen optrekken’, schreven tien van deze instanties. Lokale partijen, overheden en kennisinstellingen zijn bij deze campussen betrokken. ‘Onze financiering komt nu uit allerlei potjes, vaak van tijdelijke aard. Dat maakt de campusorganisaties kwetsbaar. Wij vragen het kabinet het fysieke aspect van innovatie niet te vergeten.’

 

Blijven leren

‘Bij science parken is het aan de orde, maar het is nog pregnanter bij Leven Lang Ontwikkelen’, zegt Bult. ‘Dat is een enorme opgave en staat bovenaan de rijksagenda. Zowel in het maken als afnemen van onderwijs zit een mix tussen publiek en privaat: in het maken omdat onderwijs ook interessant moet zijn voor medewerkers uit het bedrijfsleven en in het afnemen omdat er in de klas zowel studenten zitten als werknemers, van wie sommige wel werken en andere niet. Dan kun je niet zeggen dat de ene persoon alleen bezig is met publiek betaald onderwijs en de ander privaat.’

 

Bult pleit, hoewel ze geen oplossingen wil pluggen, voor experimenten met rechtmatigheidsprincipes om samenwerking te verbeteren. ‘Tot het moment dat we afstuderen financiert de overheid onze ontwikkeling, daarna is het een zaak voor het bedrijfsleven. Je wilt dat dit wat meer door elkaar kan lopen. Ik snap heel goed dat je staatssteun wilt voorkomen, maar met het handhaven van deze scheiding ga je het LLO niet halen.’


Werkgevers

Je wilt dat dit wat meer door elkaar kan ­lopen. Ik snap heel goed dat je staatssteun wilt voorkomen, maar met het handhaven van deze scheiding ga je de LLO-ambities niet halen.’ Het scheiden van geldstromen en het ­voorkomen van staatssteun is landelijke ­regelgeving waar lokale overheden weinig directe invloed op hebben. Toch denkt Bult dat gemeenten er wel een rol in kunnen spelen, als werkgevers. ‘Al was het maar omdat zij zelf ook medewerkers hebben die ze willen ­stimuleren om zich te blijven ontwikkelen.’

 

Dit artikel is een ingekorte versie van het artikel dat verscheen in nummer 4 van Binnenlands Bestuur.

Reacties: 2

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

j jansen / ambtenaar
De private sector heeft het belang van de burger voor ogen zolang en voorzover het het eigen belang niet schaadt. Zodra publieke organisaties het belang van de burger uit het oog verliezen, houden ze op een publieke organisatie te zijn. Publiek-private samenwerking komt neer op het mengen van olie en water.
H. Wiersma / gepens.
Er zijn in de praktijk voldoende voorbeelden van goede publiek-private samenwerking. Aan een dergelijke samenwerking zitten echter wel de nodige haken en ogen die vooraf goed in beeld moeten worden gebracht en vastgelegd. Als er duidelijk een publieke insteek wordt gevraagd is gezamenlijke realisering soms niet mogelijk. Hoewel de belangen soms nogal uiteen lopen kunnen echter bepaalde publieke taken door afwezigheid van voldoende deskundigheid beter (=efficiënter) door het bedrijfsleven worden uitgevoerd.
Advertentie