Advertentie
financiën / Nieuws

Gemeenten op rand financieel ravijn

De bekostiging per inwoner van het Rijk voor gemeenten gaat na 2026 drastisch dalen. De voorjaarsnota zal niet makkelijk op te stellen zijn.

06 mei 2022
Begroting
Pixabay

Tot en met 2025 vloeit er redelijk veel geld van het rijk richting gemeenten. Na 2026 vallen de baten echter meer dan fors terug van 137 euro naar 47 euro per inwoner. Timmer dan maar eens een voorjaarsnota in elkaar.

Coördinerend adviseur project VIPP Babyconnect S14

JS Consultancy
Coördinerend adviseur project VIPP Babyconnect S14

Medewerker Hulpteam Toeslagenaffaire

BMC
Medewerker Hulpteam Toeslagenaffaire

Het ravijnjaar, zo wordt 2026 door velen in gemeenteland inmiddels genoemd. Nu hoort in bepaalde mate overdrijving bij het politieke spel om de knikkers, maar de financiële afgrond waarvoor gemeenten zich zien geduwd door het kabinet Rutte IV is alleszins reëel te noemen.

Wat is er aan de hand? De kabinetsplannen reiken tot en met 2025. Voor gemeenten leiden die tot hogere baten uit het gemeentefonds door met name hogere accressen en het opschorten van een omstreden bezuiniging, de zogeheten opschalingskorting. Opgeteld zien de gemeenten tot en met 2025 hun inkomsten daardoor met 2,44 miljard euro toenemen.

Maar dan. Het jaar erop, in 2026, vallen die baten sterk terug naar 840 miljoen euro omdat het kabinet in het coalitieakkoord aangaf niet over het eigen graf heen te willen regeren. Voor een gemiddelde gemeente met 50.000 inwoners betekent dat een neerwaartse bijstelling van 4,5 miljoen euro. Ofwel: in plaats van 137 euro per inwoner, nog maar 47 euro per inwoner. En er zijn gemeenten met nog grotere nadeeleffecten als gevolg van een andere operatie: de herverdeling van het gemeentefonds per 2023.

Kunnen gemeenten door met name veel incidenteel geld van het rijk hun begrotingen tot en met 2025 nog wel sluitend krijgen, vanaf 2026 dreigt een gat. Freek Verbakel, financieel strategisch adviseur van Amersfoort en vertegenwoordiger van het 100.000 + overleg, kan zich nauwelijks voorstellen dat het kabinet het daarbij laat. Dit met het oog op de gezamenlijke opgaven die er liggen op het gebied van de energietransitie en de woningbouw.

Onzekerheid

De problematiek van het ravijnjaar 2026 is al geruime tijd bekend. De Raad van State waarschuwde financiën minister Kaag er in januari al voor. ‘Gemeenten zullen na aankomende verkiezingen hun nieuwe meerjarenbegrotingen baseren op de begrotingsstanden tot en met 2026. In 2026 zullen gemeenten daarbij besparingen moeten inboeken’, zo schreef vice-president Thom de Graaf.

In de maartbrief, waarin minister Bruins Slot op uitdrukkelijk verzoek van de gemeenten een eerste doorkijkje gaf naar de effecten van het regeerakkoord, werd het ravijnjaar 2026 zelfs bevestigd. Maar een oplossing voor het probleem stond er niet in. Het begin van die oplossing moet worden gezocht door de eind vorige maand benoemde onafhankelijke procesbegeleider, José Lazeroms. Deze topambtenaar gaat opties op een rij zetten voor een stabiele financiering van decentrale overheden in 2026 en volgende jaren. In die zin wordt er aan gewerkt. Dat de minister de Tweede Kamer beloofde in de loop van juni met de eerste resultaten te komen, lost het probleem van de financiële onzekerheid op korte termijn echter niet op.

Niemand weet hoeveel geld er straks zal zijn

Voor de nieuwe colleges van B&W en de coalities die nu nog onderhandelen over een akkoord is juni namelijk erg laat. ‘Niemand weet hoeveel geld er straks zal zijn en dat maakt het heel lastig om plannen te maken. Vrijwel het enige dat je op dit moment kan doen, is met scenario’s gaan werken: dit kan als er geld is, dit als er geen geld komt’, zegt Verbakel. ‘Dat maakt het voor de pas gekozen gemeenteraden bijna onmogelijk om dit voorjaar een kadernota op te stellen die structureel sluitend is’, zegt gemeentefondsspecialist Dirk Jans van LIAS PAUW/Inergy.

De gemeenten moeten juist nu aan de slag met die kadernota’s. Daarin wordt zwaar voorgesorteerd voor wat ze de komende jaren met het gemeentegeld gaan doen. Behalve de laatste jaarrekening gebruiken gemeenten daarvoor vooral de meicirculaire van Binnenlandse Zaken. Die verschijnt over een maand.

De vraag is wat daar in kan staan. ‘Het is eigenlijk onmogelijk dan al een oplossing te hebben voor het ravijnjaar. Daarmee is niet alleen de kadernota niet structureel sluitend, maar ook de begroting 2023- 2026 niet’, zegt Jans.

Wachtstand

Het jaar 2026 is de laatste jaarschijf van de meerjarenbegroting en daarmee een officieel toetsjaar voor de provinciaal toezichthouders op de gemeentefinanciën. De vraag is wat zij gaan doen. Is die meerjarenbegroting niet sluitend, dan plaatst de provincie gemeenten onder verscherpt toezicht. Dat houdt onder andere in dat gemeenten extra uitgaven die ze willen doen, vooraf moeten voorleggen aan het provinciebestuur. Vindt de gedeputeerde de voorgestelde begrotingswijziging onverantwoord, dan moet daar een streep door. Tenminste, zo gaat het normaal gesproken.

Wij willen wel, maar kunnen niet

De provinciaal toezichthouders zitten volgen Rob Timmers, voorzitter van het vakberaad, in de wachtstand. Van het ministerie hebben hem nog geen signalen bereikt wat er kan en niet kan. Afspraken over het geven van toestemming de bedragen van 2025 structureel door te trekken naar 2026 zijn er niet. ‘Wij willen wel spijkers met koppen slaan, maar kunnen niet’, zegt de coördinator financieel toezicht van Noord-Holland. ‘Wat dat betreft is het afwachten wat die contourennota gaat brengen en hoe concreet dat is.'

Op slot

Gemeentekoepel VNG liet eerder al laten weten dat, zoals het er nu voorstaat, meerjareninvesteringen en -plannen voor gemeenten onmogelijk zijn. Omdat ‘Den Haag’ niet beweegt, kunnen de nieuwe colleges van burgemeester en wethouders die nu overal worden gevormd, in hun meer jarenbegroting rekening niet anders dan rekenen met een scherpe afname van hun inkomsten vanaf 2026. ‘Dat betekent dat het nieuwe gemeentebestuur van meet af aan zal moeten bezuinigen. Het betekent ook dat er de komende collegeperiode slechts geld is voor incidentele uitgaven, omdat structurele dekking er na 2026 niet meer is’, aldus de VNG.

Op dat punt, zo herhaalde VNG-directeur Leonard Geluk het standpunt van zijn vereniging in een ledenbrief, moeten er ‘zo snel mogelijk meer zekerheden worden geboden.’ Anders dreigen gemeenten de komende jaren ‘op slot te gaan.’

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie