Het valt allemaal wel mee
Er is veel gebeurd in de afgelopen periode. Begin maart waren er de gemeenteraadsverkiezingen. Half maart schetste het Centraal Planbureau de financiele positie van Nederland. En op 1 april, hoe ironisch, presenteerde het kabinet de bezuinigingsmogelijkheden. Er is nu redelijk zicht op wat er de komende jaren bij de gemeenten te gebeuren staat. De colleges kunnen dus gevormd worden zonder dat zware discussies over enorme bezuinigingen nodig zijn.
De eerste meevaller is dat het tekort van Nederland ‘vanzelf’, zonder dat extra bezuinigingen nodig zijn, in 2013 voldoet aan de normen van de Europese Unie. De uitgaven om de crisis te beperken vallen weg, en de opbrengst van de vennootschapsbelasting stijgt flink. Het tekort zal dan drie procent van het nationaal inkomen zijn, dat is ongeveer twintig miljard euro per jaar, ruim drie euro per inwoner per dag. Voor de gemeenten klinkt het als een droomscenario: ‘Zonder aanvullende bezuinigingen’. Het gemeentefonds groeit dan mee met de inflatie, ongeveer twee procent per jaar. De staatsschuld blijft dan in euro’s gelijk, maar daalt als aandeel van het nationaal inkomen.
De tweede meevaller is dat het Centraal Planbureau niet langer bepleit dat er 35 miljard euro wordt bezuinigd, maar 29 miljard euro voldoende vindt. Dat is vijf euro per inwoner per dag. Inderdaad, veel meer dan het tekort nu is. Het Planbureau vindt namelijk dat er een fors overschot moet zijn om de kosten van de vergrijzing in de komende decennia op te vangen.
De derde meevaller is de wetenschap dat het in het verleden nooit gelukt is om zo zuinig te zijn dat de overheid bijna tien miljard euro per jaar overhoudt. De vierde meevaller is dat zelfs de economisch meest rechtse club van Nederland, de werkgevers, twintig miljard bezuiniging voldoende vindt.
En de laatste meevaller, althans voor de gemeenten, is dat een belangrijk deel van de bezuinigingen op de zorg zal zijn. De kosten daarvan stijgen snel. De sector lijkt bovendien niet erg doelmatig, met vele duizenden artsen, apothekers en bestuurders van zorginstellingen die vele malen de Balkenendenorm verdienen. Daarover gaat ongetwijfeld gemor komen omdat de zorgpremies de komende jaren verveelvoudigen. Een ander deel van de bezuinigingen zal komen van hogere rijksbelastingen.
Beide bezuinigingen zijn niet leuk voor de mensen, maar de gemeenten raakt het niet. Wat er dan overblijft aan gewone rijksbezuinigingen? Het zal minder dan tien miljard in vier jaar zijn. Dat is acht procent van de rijksuitgaven, in vier jaar. Dat is twee procent per jaar. Het gemeentefonds, dat meegroeit met de rijksuitgaven, groeit dan niet meer twee procent per jaar, maar blijft vier jaar in euro’s gelijk. De gemeenten moeten zelf de stijging van de cao en van de prijzen betalen, meer hoeven ze niet te bezuinigen.
Het valt dus allemaal wel mee. De colleges kunnen rustig gevormd worden zonder drastische beslissingen over snoeiharde ingrepen.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.