Het jaar 2011
Het is gedaan met 2011. Het is het jaar geworden dat de Euro onder vuur is gekomen. En dat zal nog verstrekkende gevolgen hebben de komende jaren. De Euro moest het symbool worden van de eenheid van Europa, van de Europese Unie.
De Euro dreigt nu de val in te luiden van de EU. De staatsschuldencrises van de PIGS, Portugal, Italië, Griekenland en Spanje sleurt de Euro in een vrije val tenzij de andere Eurolanden als gulle gever optreden. Helaas is de omvang van de staatsschulden van een redelijk aantal Eurolanden zo groot dat financiële hulp van relatief gezonde lidstaten zoals Nederland niet meer mag baten.
De EU is niet in staat de Euro te redden zonder de geldkraan aan te zetten, zonder de geldpers te laten draaien en de inflatie aan te wakkeren. De Noordelijke Eurolanden zijn hier mordicus tegen. De Zuidelijk Eurolanden hebben nooit anders gedaan om hun economie en munteenheid draaiende te houden.
Een oplossing is de Euro te splitsen in een Neuro voor de noordelijke lidstaten zoals Nederland en Duitsland en een Zeuro voor de Knoflookbelt. De Zeuro kan dan devalueren, waardoor de PIGS weer concurrerend kunnen produceren en exporteren.
Maar goed, allemaal leuk en aardig, maar daar bij de EU in Brussel zijn ze helemaal niet van gediend van dit soort praatjes. De EU moet groot zijn, groter worden. De Euro moet machtig zijn. Aan de politieke leiding, het bestuur en het ambtelijk apparaat van de EU mag en kan niet worden getwijfeld.
Nu al, klinkt in Brussel het geluid dat democratie een vervelend bijproduct oplevert: politiek. De Eurozone en de EU moeten rekening houden met democratisch gekozen meerderheden in lidstaten. Al die parlementen moet op een lijn worden gebracht. Lastig die democratie.
Naarstig wordt er naar wegen gezocht om tot centrale regelingen te komen, waarbij Europese akkoorden en verdragen maximaal worden opgerekt om het democratische circus te vermijden en centraal te kunnen sturen. De Russische premier Poetin zal met waardering kijken naar de ontwikkelingen in de EU. Hij heeft evenmin veel op met al dat gedoe over democratie.
Het is die mentaliteit bij de EU en Eurozone bestuurders en ambtenaren die mij zorgen baart. Hoog verheven boven het Europese gepeupel dat burgers heet, worden eigen oplossingen gecreëerd die steeds minder democratische legitimiteit hebben. Het zijn bovendien visieloze oplossingen die maar een richting uit mogen gaan: groter worden. Ze zijn gericht op het versterken van de centrale macht van de EU. Het is gericht op uitbreiding van Schengen met corrupte landen als Roemenië en Bulgarije. Het is gericht op het uitbreiden van de EU met Kroatië dat evenmin de schijn van een correct bestuur kan ophouden. EU rapporten schrijven stelselmatig toe naar het in orde zijn van de democratische en ambtelijke processen in dat soort landen. De EU sluit willens en wetens haar ogen voor alles wat in strijd is met afspraken en de eigen regels voor de toetreding van dat soort landen.
Zo is het ook gegaan met de invoering van de Euro. Niemand wilde zien dat Griekenland loog en bedroog over de omvang van het jaarlijkse begrotingstekort en zijn staatsschuld. Degene die het waagde er toch iets over te zeggen of te schrijven hoorde niet meer bij het EU-clubje van ons-kent-ons, die werd in de ban gedaan.
Een echte oplossing is een kleine en sterke EU als economische zone met misschien wel minder landen dan nu, zeker niet meer. Onafwendbaar is een gesplitste Euro afgestemd op de kracht van de verschillende Europese economieën. Kleiner is fijner. De EU en de Euro wankelen ernstig. Bij de EU-top, de Euro-top, de Europese Commissie, de Europese President, het Europese Parlement en het Europese ambtelijk apparaat willen ze er eigenlijk niet van horen en gaan ze voort op de ingeslagen, zelfgenoegzame weg, totdat….
Laurens Jan Brinkhorst, van de ja-knikkers van D66, beweerde toen de EU werd uitgebreid met Polen dat het wel mee zou vallen met de Oost-Europeanen die hier naar toe zouden komen. Inmiddels struikel je er over en zitten er hier reeds 10.000 in de uitkering.
En herinnert u zich de beloften over privatisering nog. Wat eerst een overheidstaak was, kon veel goedkoper en beter door de markt worden vervuld. Dat hebben we bijvoorbeeld gezien bij de niet meer op tijd rijdende treinen, bij de PTT (een staatsbedrijf dat winst maakte nota bene) en bij de nutsbedrijven, waar de tarieven sinds de marktwerking explosief zijn gestegen en de bedrijfszekerheid is teruggelopen.
Vervolgens hebben de banken en de pensioenfondsen massaal geïnvesteerd in (geld geleend aan) landen die van hun huishouding een potje maken waardoor onze pensioenen niet meer zeker zijn en je ook in Nederland van de banken nauwelijks nog geld kunt lenen.
Allemaal met dank aan de ons door de strot geduwde doorgeschoten Europese samenwerking. En de enige oplossing die de volksverlakkers ons voorspiegelen is nog meer EU.
Tot hier en niet verder!