Steeds meer gemeentelijke belastingen blijken oninbaar
Dat blijkt uit het benchmarkrapport 2011 van de Landelijke Vereniging Lokale Belastingen (LVLB).
Gemeenten krijgen het moeilijker om belastinggeld te innen. Het aantal kwijtscheldingen neemt toe, het aantal aanmaningen loopt op en meer belastingen moeten als oninbaar worden beschouwd.
Dat blijkt uit het gisteren gepresenteerde benchmarkrapport 2011 van de Landelijke Vereniging Lokale Belastingen (LVLB). Voorzitter Jan Vonk, hoofd belastingen van de gemeente Utrecht, spreekt van een stijgende trend die zich over de hele linie voordoet. Aan het onderzoek deden 27 grote gemeenten en een zevental belastingsamenwerkingsverbanden mee. De deelnemers waarderen, heffen en innen gemeentelijke belastingen voor circa 80 gemeenten en betreffen twee waterschappen.
Het aantal inwoners binnen de deelnemende gemeenten en verbanden bedraagt 8,5 miljoen. ‘De gevolgen van de economische crisis worden merkbaar. Deze benchmark ging nog over 2011, maar ik kan nu al zeggen dat 2012 het verlengde van deze trend laat zien’, zegt Vonk. Gemeenten verlenen steeds vaker kwijtscheldingen. Als percentage van het aantal inwoners scoorden Amsterdam en Lelystad vorig jaar al boven de 10 procent. Dat is ruim twee keer zoveel als het gemiddelde.
Gemeente moeten steeds meer opgelegde aanslagen als oninbaar ter zijde schuiven. Voor de gemeente Utrecht gaat het inmiddels om 0,5 procent van het totale bedrag van 160 miljoen euro dat aan belastinginkomsten was begroot. Een verlies dus van 8 ton. Het jaar ervoor lag het aantal oninbare vorderingen nog tussen de 0,2 en 0,3 procent. ‘Dat slaat dus een gat in de begroting’, zegt Vonk. Dramatisch is het volgens hem nog niet – ‘we houden altijd rekening met een bepaald percentage oninbaar’ – maar de trend moet zich niet nog eens twee à drie jaar voortzetten. Sommige steden lopen al veel langer meer belastinginkomsten mis dan Utrecht. Zo lag het percentage oninbaar in Amsterdam en in Groingen in 2010 al op 2 procent van het begrote bedrag. Het jaar daarvoor stonden die steden ook al in de top 3.
Otto
Steeds meer belastingschuldigen komen door de economische crisis in betalingsproblemen. De gemeenten lopen niet alleen geld mis omdat particulieren niet meer kunnen betalen, maar ook omdat bedrijven op de fles gaan. Gemeenten kunnen dan doorgaans fluiten naar de opgelegde onroerendezaakbelasting. ‘Bij faillissementen hebben we meestal het nakijken. Gemeenten hebben een lagere preferentie dan andere schuldeisers als de rijksbelastingdienst en de hypotheekverstrekkers. En wat ik maar de Otto’s en Wehkampen noem’, zegt Vonk.
De betalingsproblemen hebben intussen zulke vormen aangenomen dat ook de politiek zich ermee is gaan bemoeien. Althans in Utrecht. ‘Tot 2009 was de teneur dat mensen genoeg geld hadden en tot betalen moesten worden aangezet. Sinds 2011 klinkt er een voorzichtiger geluid. ‘De wethouder heeft bij de organisatie het verzoek neergelegd dat de gemeentelijke deurwaarders – vier in getal – zich soepel opstellen tegenover mensen met betalingsproblemen. Ze moeten eerst toetsen of er nog geld genoeg overblijft om een boterham te smeren en de ijskast koel te houden. Die ruimte moet er zijn.’ Door met eigen deurwaarders te werken, heeft de gemeente de manier van benaderen van schuldenaren zelf in de hand.
Vluchten
Vergeleken met andere gemeenten vallen de problemen in Utrecht overigens nog mee. ‘Wij hebben hier een hoog opgeleide bevolking en liggen centraal – vanuit hier is ander werk relatief goed bereikbaar’, zegt hij. ‘Maar, als gezegd, ook hier zie je het aantal kwijtscheldingen en aanmaningen oplopen. Dat is een signaal.’ Wat ook een signaal is, is dat de plotselinge groei van het aantal incasso’s in bepaalde wijken. Mensen met betalingsproblemen gebruiken diemanier van betalen als een soort vlucht. Het duurt dan net een paar termijnen langer tot ze bezoek krijgen van een deurwaarder.
Marktpartijen
Sinds kort zijn ook marktpartijen actief in het benaderen van de gemeenten voor de volledige outsourcing van de Wet onroerendezaakbelasting (Woz) en de heffing en invordering van belastingen. Twee gemeenten laten de uitvoering van deze taken door een marktpartij doen. Gevolg is een toenemende concurrentie tussen de samenwerkingsverbanden onderling en tussen de samenwerkingsverbanden en de marktpartijen. Daarom moeten er volgens de LVLB objectieve kwaliteitsnormen komen voor de belastingsector. Er wordt daarom gewerkt aan een uniforme set van indicatoren.
Agrariërs betalen liever niet via incasso
Gemeenten derven weliswaar rente bij de betaling van belasting in termijnen, maar uit het oogpunt van kostenbesparing is het financieel toch gunstiger belastingschuldigen te laten betalen via automatische incasso. De voordelen: de betalingsverwerking verloopt dan volledig geautomatiseerd en de belastingorganisatie weet exact op welk moment de verschuldigde bedragen op de rekening worden bijgeschreven.
Uit de LVLB-benchmark blijkt overigens een groot verschil in het gebruik van automatische incasso per wijk of streek. Op welke manier er wordt betaald is sterk afhankelijk van de sociale structuur van het gebied waarin de belastingschuldige woont. In een sterk agrarisch gebied nemen vaak weinig belastingschuldigen deel aan de automatische incasso. ‘Men kiest dan vaak voor het zelf in de hand houden van de betaling en bepaalt zelf op welk moment de betaling voor een termijn wordt verricht.’
Delft: acceptgiro in prullenbak
Delft heeft afscheid genomen van de acceptgiro. Belastingaanslagen worden vanaf dit jaar zonder acceptgiropapier verzonden. Het heeft geleid tot een stijging van 55 procent van de internetontvangsten. Het leverde ook negatieve reacties op, met name van ouderen. Die doelgroep is aangespoord om een machtiging tot automatische incasso af te geven of om een familielid te vragen om te helpen.
Reacties: 5
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.