‘Crisis gewoon uitzitten'
Investeringen naar voren halen om de economie op te peppen. Gemeenten willen gehoor geven aan de oproep van premier Balkenende. Het CPB maant juist tot rust. ‘We hebben het vaker geprobeerd, bijna altijd zonder succes.’
Normaal gesproken geeft het Centraal Planbureau (CPB) geen beleidsaanbevelingen, maar maakt alleen wetenschappelijk verantwoordde analyses en prognoses. Echter, wat is normaal in deze tijden van economische crisis? Gelet op die situatie, viel het planbureau van zijn geloof en adviseerde niet alleen het rijk, maar ook de lagere overheden. ‘Het ziet er heel ernstig uit. Zoiets hebben we sinds de Tweede Wereldoorlog niet meegemaakt. Dat concludeerden we al in onze bijgestelde raming op 8 december vorig jaar en sindsdien zijn de signalen niet positiever geworden. In feite hebben we geen goed nieuws meer gehad’, zegt Mark Roscam Abbing, CPB-sectorhoofd conjunctuur en collectieve sector.
De Europese Commissie en daarna ook het IMF hebben daarna de economische ramingen opnieuw neerwaarts bijgesteld. Zover gaat het CPB nog niet. ‘Dat doen we niet op basis van anekdotische informatie. Het gevaar is te groot dat je te veel koerst op geluiden van bedrijven waarmee het slecht gaat. Het gaat ook niet in alle sectoren slecht. Ja, in de industrie gaat het heel slecht. Maar in het totaal van onze economie heeft die sector niet zo’n groot aandeel. Grotere sectoren als de zorg en het onderwijs hebben nog geen last van de crisis.’ Eerst wil het CPB de realisatiecijfers van het CBS hebben over het vierde kwartaal. ‘Dan weten we meer’, aldus Roscam Abbing. Maar nogmaals, dit keer hoofdschuddend, zegt hij: ‘Het ziet er echt niet goed uit.’
Zorgen om de economie maakt zich ook het hoofdbestuur van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Om gemeenten beter onderbouwd eventuele maatregelen te laten nemen – rondom dat thema staat volgende week een speciaal overhedenoverleg tussen rijk, provincies en gemeenten op de agenda – vroeg de VNG om advies van het CPB. Op uitnodiging gaf Mark Roscam Abbing het bestuur anderhalve week geleden een besloten presentatie, inclusief enkele algemene aanbevelingen. Ook dat was uitzonderlijk, want zoals de macro-economen van het CPB op rijksniveau normaliter al terughoudend zijn met advies, geldt dat ten aanzien van regio’s en gemeenten eens te meer. ‘Dat kunnen we eigenlijk niet op dat niveau’, zegt Roscam Abbing.
Door de gebruikelijke modelmatige analyse van de economie door te trekken op decentraal niveau, komt het CPB bij benadering volgens hem toch tot een verantwoorde diagnose van de ernst van de situatie voor gemeenten. Eerst wil hij echter de oorzaak van de economische crisis aangeduid hebben: een gevolg van de paniek in de financiële sector. ‘Het is historisch wat er is gebeurd. Nooit eerder kregen bedrijven zo moeilijk investeringskrediet los bij banken. De opslag die ze moeten betalen, slaat alle records.’
Klein plusje
Door met name de goedkoper wordende olie, daalt volgens de CPB-berekening de koopkracht in 2009 voor burgers en bedrijven niet. Roscam Abbing gaat zelfs uit van een klein plusje. ‘De werkloosheid zal oplopen, maar wel met vertraging. Bedrijven gaan door een dalende omzet niet meteen failliet Ze zullen mensen, die ze in een krappe arbeidsmarkt met veel moeite hebben weten binnen te halen, niet meteen op straat zetten. In 2009 loopt de werkloosheid op, pas in 2010 loopt hij naar verwachting sterk op. En ook na 2010 zullen de werkloosheidscijfers waarschijnlijk verder oplopen.’
Wat betekent dat nu voor gemeenten? Moeten zij actie ondernemen? En zoja, wat voor acties? Diepe fronzen verschijnen in het voorhoofd van Roscam Abbing. De gevolgen voor gemeenten, zo legt hij op rustige toon uit, vallen wel mee. ‘Allereerst het accres (de groei van het gemeentefonds die is gekoppeld aan de stijging of daling van de rijksuitgaven, red.). Wij verwachten niet dat het rijk gaat bezuinigen in 2009 en 2010. Dat betekent dat het reëel accres niet afneemt. Nominaal is het wat lager dan eerder gedacht, maar dat hoeft geen nadeel te zijn.'
'Met het mindere geld dat ze krijgen, kunnen gemeenten meer kopen: investeringen worden goedkoper en de lonen zullen minder stijgen dan gedacht. De cao-stijging zal in plaats van 3,5 procent waarschijnlijk terugvallen naar gemiddeld genomen zo’n 2 procent voor nieuwe contracten in 2009 en 1,5 procent in 2010. Het accres is dus geen probleem. Het reële accres zal naar wij verwachten eerder stijgen dan dalen vanwege extra investeringen van het rijk.’
Werkloosheid
Ook ten aanzien van de stijgende werkloosheid is het leed voor gemeenten volgens het planbureau te overzien. Gemeenten draaien weliswaar op voor een fors deel van de bijstandsuitkeringen, maar van stijgende kosten zullen ze dit jaar nog weinig last hebben. ‘Dit jaar lopen ze nog glad, volgend jaar pas moet er geld bij. Het duurt altijd even voordat mensen in de bijstand komen; eerst krijgen ze een ww-uitkering’, zegt Roscam Abbing.
De effecten van de crisis op de eigen inkomsten van de gemeenten zijn volgens hem onzeker. ‘De huizenprijzen staan welliswaar onder druk, maar de vaststelling van de woz-waarde vindt altijd een jaar eerder plaats. Dalingen die na 1 januari 2009 inzetten, zijn dus pas op zijn vroegst in 2011 eventueel van invloed op de ozb-opbrengst’, aldus het CPB-hoofd. Wat de crisis voor effect heeft op de grondtransacties, een andere belangrijke gemeentelijke inkomstenbron, durft hij niet te voorspellen. ‘Te lastig’, zegt hij. ‘Het saldo is moeilijk te ramen: gemeenten vangen minder voor de verkoop, maar daar staat tegenover dat de aankoop voordeliger wordt.’
Structuur
Op een paar onzekerheden na, lijken de gevolgen van de economische crisis voor gemeenten op macroniveau dus mee te vallen - lokaal kunnen de verschillen wel groot zijn. Het CPB voorziet in elk geval niet dat de gemeentefinanciën voor 2009 en 2010 ‘slecht’ gaan worden. ‘Ik vraag me af of het voor gemeenten zo’n vaart loopt allemaal. Het lijkt erop dat onze structuur zo is ingericht dat er op decentraal niveau vertraagd wordt gereageerd op alles wat er aan de hand is.’
Die analyse heeft, wat het CPB betreft, gevolgen voor het door gemeenten te voeren beleid. Het devies aan het VNG-bestuur is: ga niet bezuinigen, ga niet de belastingen verhogen. Diezelfde aanbeveling kreeg het kabinet in december ook. ‘Wel is het zo dat de begrotingsregels waarmee gemeenten vanuit het rijk mee te maken hebben, dit in de weg kunnen staan. Gemeenten mogen immers geen tekort hebben. Dit is iets wat lokale overheden met het rijk moeten bespreken, want in dat opzicht moet het overheidsbeleid consistent zijn’, aldus Roscam Abbing.
Voor het overige hoeven gemeenten wat het CPB betreft niet zoveel extra’s te doen. Het planbureau, formeel onderdeel van het ministerie van Economische Zaken, pleit voor terughoudendheid. ‘Wij zijn over het algemeen niet zo positief over Keynesiaans maatregelen. Die zijn slecht te timen. We zijn er nu zeker van dat we volgend jaar geen gezonde groei hebben, maar voor de periode daarna weten we het niet’, zegt Roscam Abbing. Hij wil er maar mee zeggen dat als gemeenten nu besluiten en masse fietspaden aan te leggen, dat werk mogelijk pas in uitvoering komt op een moment dat de economie alweer aantrekt.
‘Dat geldt ook voor banenprojecten voor werklozen. Daar moet je, als het economisch weer goed gaat, mee kunnen stoppen. Maar dat kan vaak niet, waardoor je een volgend probleem hebt’, aldus de CPB-econoom. Zijn conclusie is dat overheden in de praktijk niet zoveel kunnen betekenen voor het vlottrekken van de economie. ‘Daar moet je realisitisch in zijn en je moet zeker geen al te hoge verwachtingen hebben over de effecten van anticyclisch beleid. Dat hebben we vaker geprobeerd, en vrijwel altijd zonder succes.’
Niet positief
Bovendien waarschuwt Roscam Abbing ervoor dat veel aldus geschapen werk in onze kleine open economie ‘weglekt’ naar het buitenland, naar buitenlandse bedrijven. Verder is het zo dat gemeenten met meer werklozen via de sociale zekerheid meer geld zullen krijgen. ‘Wij voorzien problemen als je daar nog meer geld bovenop doet. Ik herhaal, ervaringen met anticyclisch beleid uit het verleden zijn niet positief.’
Omdat in de ene regio de effecten van de crisis harder worden gevoeld dan in de andere, is de roep om door middel van gerichte investeringen hier en daar verlichting te brengen in sommige landsdelen hoorbaar. ‘Nogmaals, de CPB-raming zegt niets over regionale effecten, dat kunnen we ook niet. Maar ik denk dat Nederland als geheel te klein is voor regionaal beleid, zeker op de lange termijn. Als het kabinet al wat met grote werkverschaffingsprojecten wil doen - en daar heb ik dus twijfels bij - dan is het nog lastig te bedenken wat dat dan voor projecten moeten zijn. Wij weten bijvoorbeeld dat de infrastructuursector juist weinig te leiden heeft van de crisis - die projecten gaan gewoon door.’
Wat kunnen gemeenten wel op grote schaal doen? ‘Onderhoud, bijvoorbeeld aan schoolgebouwen’, zegt Roscam Abbing. ‘Dat kunnen bouwvakkers, stukadoors aan het werk - in de woningbouw slaat de crisis namelijk wél hard toe.
Er is sprake van een heftige, maar conjuncturele crisis die uit het buitenland komt. Die gaat voorbij, economisch gezien trekt het op enig moment weer aan. Het is cruciaal om de financiële sector op orde te krijgen, maar je kunt de crisis in de reële economie niet oplossen. Je kunt alleen de scherpe randjes bijvijlen door bijvoorbeeld via regionale mobiliteitscentra mensen die werkloos zijn geworden snel te bemiddelen.’ En verder? ‘Verder niets, je zult de crisis moeten uitzitten.’
VNG wil bedrijfsleven tegemoet komen
Versnelde aanleg van wegen en rotondes. Vervanging van rioleringen. Het naar voren halen van onderhoud aan schoolgebouwen. Op die manier willen gemeenten de stilvallende economische bedrijvigheid vlot trekken. Ook al vallen de inkomsten dit jaar tegen, in geen geval moeten lokale overheden aan het bezuinigen slaan. In een brief aan de 441 leden geeft het bestuur van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) aan wat de inzet van de koepelorganisatie is in het overhedenoverleg over de aanpak van de economische crisis. Komende maandag hopen rijk, provincies en gemeenten tot een gezamenlijk strijdplan te komen.
Behalve aan versnelde investeringen in infrastructuur en onderhoud aan kapitaalgoederen, denkt het VNG-bestuur aan het tegemoetkomen van het bedrijfsleven door verlaging van bepaalde leges. Op inkomensgebied willen gemeenten een ruimer kwijtscheldingsbeleid mogelijk maken, zodat ook burgers boven bijstandsniveau van de regeling gebruik kunnen maken. Verder moeten gemeenten betaaltermijnen voor lokale belastingen kunnen verlengen. Het ministerie van Financiën moet toestaan dat gemeenten (tijdelijk) een groter deel van het EMU-tekort voor rekening mogen nemen, zodat ze een actievere investeringspolitiek kunnen volgen.
Verder verwachten de gemeenten dat het kabinet eerder aangekondigde bezuinigingsmaatregelen terugdraait, met name die voor verkeer en investeringen in het stedelijk gebied. Alles bij elkaar gaat het om zo’n één miljard euro. VNG-directievoorzitter Ralph Pans pleit ook voor het ongedaan maken van de fusiekorting van bijna tweehonderd miljoen euro voor UWV en CWI. ‘Nu er in het kader van de opvang van grote groepen werklozen een fors beroep op die organisaties wordt gedaan, is dat niet het goede moment’, zegt hij.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.