Tussen de soep en de aardappels
Bedrijfseconoom Dirk-Jan de Bruijn over wat er nodig is om de overheid werkelijk een vernieuwingsslag op het gebied van ICT te laten maken.
Er wordt as we speak hard gewerkt aan digitalisering van veel van onze overheidsdiensten. En dat is ook hard nodig! Want elektronisch bankieren en digitaal shoppen heeft ons flink verwend gemaakt. En vinden we het normaal dat de overheid diezelfde professionaliseringslag maakt.
Volkomen terecht overigens! Waarin we ons publieke bestel afrekenen op de publieke waarde die men dagelijks creëert voor ons. Om zo onze maatschappij op sommige terreinen te faciliteren én op weer anderen te regisseren. Dat maakt het dat we om die reden ook van ons publieke domein verwachten dat we 24/7 met hen zaken kunnen doen. Waarbij we als afnemers ook steeds hogere eisen stellen aan die informatie. Qua snelheid, qua toegankelijkheid en gebruikersvriendelijkheid, qua betrouwbaarheid en veiligheid.
Maar ook natuurlijk qua efficiency. Daarom zie je dat er in verschillende hoeken van het publieke domein hard wordt gewerkt aan digitaliseringsprogramma’s. Die omvangrijk zijn. En ingewikkeld. Niet in de laatste plaats omdat ze bijna alle facetten van een organisatie raken. En juist dat maakt het dat die digitalisering niet altijd het gewenste resultaat oplevert. Want zonder dat we het in de gaten hebben verandert het karakter van het publieke bedrijf. Zeker bij de uitvoeringsorganisaties die frequent communiceren met hun gebruikers. Waarbij informatievoorziening in toenemende mate een geïntegreerd onderdeel wordt van het primaire proces. Waarmee de business in feite informatievoorziening is. Om zo te transformeren van een taakgerichte (dossier gedreven, silo’s, papierfabriek) naar een zaak- of ketengerichte organisatie (klantvraag centraal, multichannel, flexibele zaaksturing, digitaal).
Maar tot zo ver het goede nieuws. Want in mijn tour d’horizon kom ik nog wel eens in menig publieke veranderkeuken. Waar driftig wordt gewerkt om die digitalisering daadwerkelijk te operationaliseren. En twee dingen vallen dan op: de CIO is overwegend te laag gepositioneerd (1) én het zijn de externen die de vernieuwing grotendeels trekken (2).
Want wat is er aan de hand? Ik neem je even mee. De afkorting CIO staat voor zover ik tenminste weet voor Chief Information Officer. Dus iemand die gaat over informatie (en dus niet alleen over de techniek!). En iemand die participeert in het hoogste managementgremium. En niet een rol die je er tussen de soep en aardappels even bij doet. Nee, als je tent verandert in een gegevensverwerkende fabriek waarin digitalisering zo’n essentiële rol vervult, tsja … Om dit te illustreren: recent werd ik nog geconfronteerd met een CIO die binnen de directie bedrijfsvoering de verantwoordelijkheid had over de ICT club. Waar beheer de core was. Want zo werd me uitgelegd ‘we zien de CIO als een rol’. Drie hoog achter geparkeerd in het organigram!
Dan het punt van de competenties. Omdat we ze niet in eigen huis hebben en omdat we binnen een krimpende overheid eerst een woud aan taaie regels moeten doorworstelen om die mensen te kunnen werven, huren we ze in. En laten we de innovatie trekken door mensen die op een hele andere wijze betrokken zijn bij de organisatie. Ik kan het weten: heb namelijk bijna twintig jaar in die rol gezeten! Dus een warm pleidooi om versneld aan de bak te gaan met het enerzijds opwaarderen van deze functies én anderzijds ze versneld te gaan vervullen met eigen ambtenaren. Want ze zijn er weldegelijk. En ze willen ook graag een rol van betekenis vervullen in dit soort ‘snoepjes van de week’ projecten. Je moet ze alleen wel perspectief bieden! En dus niet het bos insturen met een tijdelijk contract dat je alsmaar verlengt omdat de regels dat zo voorschrijven…
Kort & goed: als we écht willen dat het publieke domein diezelfde professionaliseringslag gaat maken, dat moeten we onder ogen zien dat we een ander type bedrijf worden. Waar je dus andere competenties voor nodig hebt. En dan moet je mensen niet afrekenen op de lengte van hun dienstverband. Maar wel op het talent dat ze hebben om zo die publieke waarde te creëren. Iedere dag weer op nieuw. En uiteraard met veel plezier!
Bedrijfseconoom Dirk-Jan de Bruijn is als kwartiermaker actief in het publieke domein.
helaas ben ik genoodzaakt anoniem te reageren, aangezien de klokkenluidersregelingen bij de overheid nog altijd niet functioneert, bij mijn werkgever (overheidsorgaan) vriendjespolitiek hoogtij viert en kritische geluiden met bijbehorende oplossingen ongewenst zijn. Zowel binnen politiek als managerslaag. Sinds ik ambtenaar ben, stem ik dan ook blanco....