Reservewerkrooster tijdig bekendmaken
In de clinch is een rubriek waarin jurist/columnist Michel Knapen actuele zaken in het ambtenarenrecht belicht. In dit dossier vindt u alle bijdragen bij elkaar.
Een ambtenaar van Justitie en Veiligheid verzette zich tegen de late bekendmaking van het reservewerkrooster. Dat ging ten koste van zijn privéleven. De minister beriep zich echter op circulaires en instemming van de OR. Waarom kreeg de ambtenaar toch gelijk?
In de clinch is een rubriek waarin jurist/columnist Michel Knapen actuele zaken in het ambtenarenrecht belicht.
Zoals het nu is geregeld bij de Dienst Justitiële Inrichtingen, daar kan Paul Wijdveld* zich boos over maken. Hij besluit zich te gaan verzetten tegen de wijze waarop het werkrooster wekelijks bekend wordt gemaakt, en belandt in de wereld achter de werkroosters.
Als transportgeleider van de Dienst Vervoer en Ondersteuning staat hij regelmatig op een reservedienst. Om 18.00 uur op de dag voorafgaande aan de dienst krijgt hij de precieze werktijden te horen. Soms moet hij die nacht werken, wat hij belastend vindt voor zijn privéleven. Tegen zijn hoogste baas, de minister van J&V, laat hij weten dat de inroostering van de reservediensten onrechtmatig is. De wettelijke mededelingstermijn is volgens Wijdveld immers minimaal vier dagen, niet om 18.00 uur de dag tevoren.
De minister schuift die kritiek ter zijde: een reservedienst is een flexibele dienst, waarvoor geen minimale mededelingstermijnen gelden. Bovendien heeft de ondernemingsraad ermee ingestemd dat van wettelijke mededelingstermijn kan worden afgeweken.
De wettelijke basis van het werkrooster ligt volgens de rechtbank Gelderland in de Arbeidstijdenwet. Die wet kent regels over de termijnen waarbinnen de werkgever de werknemer moet informeren over de werktijden. Hoofdregel: is er een collectieve regeling, dan worden daar afspraken gemaakt over die termijnen. Is er geen collectieve regeling, dan gelden de wettelijke mededelingstermijnen uit de Arbeidstijdenwet.
Voor Wijdveld geldt een collectieve regeling, de Circulaire Arbeidstijdenwet en Arbeidstijdenbesluit. Hierin staat dat de begin- en eindtijden van de diensten uiterlijk vier dagen van tevoren bekend moeten worden gemaakt. Hiervan kan volgens de Circulaire alleen worden afgeweken met instemming van de ambtenaar. De minister zit dus fout, maar gaat in hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep. Die zet alles op een rijtje.
Volgens het Algemeen Rijksambtenarenreglement stelt het bevoegd gezag een arbeidspatroon vast voor de ambtenaar, een van tevoren bekend gemaakt schema van aanvang en einde van de dagelijkse werktijden gedurende een bepaalde periode.
Daarbij heeft dat bevoegd gezag een grote mate van beleidsvrijheid. Aan de andere kant: volgens de Arbeidstijdenwet deelt de werkgever arbeids- en rusttijdenpatroon zo tijdig mogelijk aan de werknemers mee, en geldt in principe de vierdagenregel. Verder is er de Centrale werktijdenregeling, met bepalingen over de personele inzet en de totstandkoming van roosters. Die heeft een bijlage met een begrippenlijst, waarin onder andere staat wat een reservedienst is.
De Arbeidstijdenwet zegt niets over de reservedienst, aldus de Centrale werktijdenregeling in de bijlage, dus die vierdagentermijn geldt niet, oordeelt de Raad. De minister is het daar niet mee eens: er is een collectieve regeling, de Centrale werktijdenregeling, dus mag worden afgeweken van de termijn van vier dagen. Daarover is met de OR schriftelijk toestemming bereikt. Dus het rooster was wél rechtmatig. Het klopt, zegt de Raad in zijn uitspraak van 9 mei dat in de Centrale werktijdenregeling staat dat van de termijn kan worden afgeweken, maar het begrip reservedienst komt niet voor in de Centrale werktijdenregeling – alleen in de bijlage.
Dus dáárover heeft de ondernemingsraad geen toestemming gegeven. Alle regelingen ten spijt: de Arbeidstijdenwet is leidend, de minister had vier dagen van tevoren de werkroosters bekend moeten maken.
* De naam is gefingeerd.
ECLI:NL:CRVB:2019:1637
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.