Steeds minder jonge ambtenaren
Bij gemeenten liep het aantal ambtenaren beneden de dertig jaar in tien jaar tijd terug met 53 procent: van een kleine 18 duizend in 2003 tot ruim 8200 in 2012.
In tien jaar tijd is het aantal jonge ambtenaren meer dan gehalveerd. Nieuwe instroom is er nauwelijks.
Cijfers zorgwekkend
Bij gemeenten liep het aantal ambtenaren beneden de dertig jaar in tien jaar tijd terug met 53 procent: van een kleine 18 duizend in 2003 tot ruim 8200 in 2012. Bij provincies was de daling nog groter: van 1056 jonge ambtenaren in 2003 waren er in 2012 nog 443 over. De eerste oorzaak is dat jongeren in die tien jaar 'oud' zijn geworden. De tweede is dat ze slechts mondjesmaat zijn opgevolgd door een nieuwe generatie. De cijfers over de instroom van 30-minners zijn namelijk nog zorgwekkender. In vijf jaar tijd daalde die overheidsbreed met 60 procent. De daling gaat in hoog tempo door. In een gemeente als Den Haag, met 6700 medewerkers, was aan het begin van 2013 nog 13 procent jonger dan 35 jaar. Aan het begin van dit jaar bedroeg dit percentage nog maar 11 procent.
Netwerken
Jonge ambtenarennetwerken lijden onder deze daling. Vele bestaan alleen nog op papier. In kleinere gemeenten zijn er nauwelijks jonge ambtenaren. Zo wilde de gemeente Bunschoten iets voor jongeren, maar het initiatief strandde al na een jaar. 'Je kunt zoiets wel willen, maar als er überhaupt nauwelijks jonge ambtenaren zijn, dan heeft het niet veel zin', zegt controller Bas van Laar (35). Hij is tevens voorzitter van de Stichting Jonge Ambtenaren, die eind maart de succesvolle Jonge Ambtenarendag organiseerde. Van Laar polst nu al mensen voor de organisatie van volgend jaar. 'Menigeen zegt: lijkt me heel leuk, maar ik weet niet of ik volgend jaar nog bij de overheid werk.'
Jongerennetwerk in het nauw
Ook in grote gemeenten zitten jongerennetwerken in het nauw. 'Door het niet verlengen van tijdelijke contracten zijn jonge ambtenaren veel zwaarder getroffen dan andere leeftijdscategorieën', zegt Pieter Bosma (32), voorzitter van het Rotterdamse Jong'R. 'Ons netwerk had het vorig jaar moeilijker. Trainees zijn vaak de aanjagers, maar als die niet binnenkomen is het heel lastig om de boel draaiende te houden. Sinds kort is er weer een traineegroep, dus hopelijk brengen die nieuw leven in de brouwerij.'
Bijbenen
Veel oog hebben gemeenten niet voor de ontgroening. 'Gemeenten hebben het druk met hun nieuwe taken en met bezuinigen', zegt Eileen van Kesteren (29), tot voor kort voorzitter van het landelijke jonge ambtenarennetwerk Futur. 'Ze kijken niet verder vooruit dan twee jaar. Terwijl we allemaal weten dat je over een langere termijn moet denken wil je straks een overheidsorganisatie zijn die de samenleving kan bijbenen. Bestuurders zeggen altijd dat ze goede ambtenaren willen. Dan denk ik: doe daar dan wat aan. Je kunt bijvoorbeeld de huidige oudere generatie inzetten om kennis en ervaring over te dragen op de jongere. Op die manier werken ouderen plezierig naar hun pensioen toe en geef je jongeren op een verantwoorde manier de mogelijkheid om hun creativiteit en energie te uiten en zich voor te bereiden op leidinggevende functies. Het is echt wel mogelijk om dat te organiseren, ook in het huidige klimaat. Ik zie ook jonge ambtenaren die initiatieven nemen in deze richting, maar op een gegeven moment moeten de managers van nu wel verantwoordelijkheidsbesef en commitment tonen – en bovenal actie ondernemen.'
Lees het hele artikel in Binnenlands Bestuur nr. 8 van 25 april 2014
Hiernaast vindt er door de doorsneepremie in de arbeidsvoorwaarde pensioen een grote waardeoverdracht plaats tussen de steeds kleiner wordende groep jongeren naar de oudere populatie (tot een jaar of 40 is de premie te hoog voor de aanspraak, hierna kantelt dit).
Deze druk vindt vervolgens ook plaats agv de populatie van het pensioenfonds. Doordat een grote groep (bijna) met pensioen is, worden de eisen aan het beleggingsbeleid ook stringenter (verplicht behoudend beleggen). Dit heeft met name gevolgen voor de rendementen welke behaald moeten worden voor de jongeren om in de toekomst ook een goede arbeidsvoorwaarde te behouden (ongeveer 80% van de waarde moet worden opgebracht door beleggingswinsten).
In aansluiting op Henk: dit versterkt dus de verschillen tov de markt.