‘Zeeland is te bescheiden’

Koppejan zei dit naar aanleiding van het feit dat de provincie gepasseerd is bij de eerste ronde van het verdelen van de rijkssubsidies voor taalachterstandprojecten. De provincie Zeeland vindt deze kwalificatie echter niet terecht. Communicatieadviseur Marjan van Stijn: ‘Op dit moment wordt getoetst hoe het staat met de taalachterstand in Zeeland. Dat onderzoek wordt mede door de provincie gefinancierd. We doen de aanvraag pas na de uitkomst van deze toetsing.’

In 2009 wordt opnieuw geld verdeeld voor taalachterstandsprojecten. Daarover hebben vertegenwoordigers van de provincie binnenkort een gesprek met staatssecretaris Sharon Dijksma van Onderwijs. Van Stijn: ‘Het is een platform dat gezamenlijk optrekt. We doen de aanvraag pas in de tweede tranche. Misschien was het verstandig geweest van Koppejan als hij zich eerst had laten informeren.’

Volgens Koppejan heeft de provincie haar eerste kans gemist. ‘De taalachterstand in Zeeland is misschien niet zo groot als in de Mijnstreek, maar nu zijn de eerste 27 miljoen alweer verdeeld.’ Bovendien had er, volgens het Kamerlid, ook bij andere projecten meer ingezeten als de provincie als eenheid was opgetrokken. ‘Ik vind dat Zeeland in het algemeen een sterkere lobby in Den Haag moet voeren.’

Hij wijst op de sterke lobbies uit Limburg en het Noorden, waar wel wordt samengewerkt. ‘Daar is een meer zelfbewuste houding. Men is in Zeeland te bescheiden.’ Zeeland hoeft het volgens Koppejan niet op dezelfde manier als de lobbyisten uit de andere regio’s te doen. ‘Maar aanwezigheid in Den Haag is wel een must.’

En wat doet hij zelf als een van de drie Zeeuwse Kamerleden? ‘Ik doe wat ik kan, maar ik heb een dubbele loyaliteit. Ik voel me wel verantwoordelijk voor Zeeland, maar een Zeeuws Kamerlid is niet van nature lobbyist van Zeeland.’