Advertentie

Wethouders: ‘We gaan er alleen maar op achteruit'

De Wethoudersvereniging vindt dat het kabinet het versoberen van de wachtgeldregeling voor wethouders moet combineren met een fatsoenlijke overgangsregeling.

19 juni 2009

Voor een groot aantal wethouders, met name die tussen 50 en 55 jaar met een forse ervaring, is doorgaan als wethouder na de raadsverkiezingen van volgend jaar financieel risicovol. Deze wethouders hebben, zeker als zij tien jaar gewerkt hebben, nu nog recht op wachtgeld van zeventig procent van hun salaris tot het bereiken van hun 65ste verjaardag.

 

Volgens de zogeheten Dijkstalvoorstellen wil het kabinet dit recht op wachtgeld beperken tot maximaal zes jaar. Edo Haan, wethouder in Zoetermeer en bestuurslid van de Wethoudersvereniging: ‘Als je dus als wethouder tussen de 50 en 55 jaar bent en volgend jaar weer wethouder wordt en je moet vrij snel na je aantreden opstappen, verspeel je de oude rechten want zolang je geen 55 jaar bent, ga je terug van tien naar zes jaar wachtgeld.’

 

De Wethoudersvereniging vindt dat het kabinet een overgangsregeling moet maken om dit nadelige effect te compenseren. Volgens De Haan leidt het uitblijven van zo’n regeling ertoe dat tal van ervaren wethouders uit deze leeftijdsgroep zullen bedanken voor het wethouderschap.

 

Onkostenvervoeding

 

Volgens de Dijkstalvoorstellen wordt ook de onkostenvergoeding voor wethouders gemaximeerd op zes procent van hun salaris. Het kabinet bespreekt deze voorstellen vandaag in een tweede ronde. Haan weet niet hoe hoog het gemiddelde percentage voor onkostenvergoeding aan wethouders is. ‘Maar voor de wethouders in de grote gemeenten is de onkostenvergoeding nu veel hoger.’

 

De Wethoudersvereniging concludeert dat de Dijkstal-voorstellen voor de wethouders slechts negatieve voorstellen bevat. Een budget voor een scholings- en professionaliseringsfonds, zoals burgemeesters dat kennen, zit er niet bij.

 

Haan: ‘Het is belangrijk dat er aandacht is voor scholing en bijscholing van wethouders. Dat is nodig omdat het wethouderschap steeds meer een bestuursfunctie is geworden. Er zijn daarnaast te veel vallende wethouders. Dat maakt het ook weer duur, maar is ook slecht voor het imago van het openbaar bestuur.’

 

De wethouders is het niet om het geld te doen, stelt Haan. ‘Dat lijkt misschien zo, maar we vinden het een eer om ons in te zetten voor de publieke zaak. We zijn het ook eens met de invoering van de sollicitatieplicht en vinden het heel reëel dat de vergoedingen voor nevenfuncties in de kas van de overheid terechtkomen. Maar we willen ook een reëel salaris. Wat dat betreft mag ik er aan herinneren dat de Tweede Kamer heeft uitgesproken dat het salaris van de wethouder negentig procent is van het salaris van de burgemeester.’

 

Reacties: 4

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Martie Jeuken / senior welzijn & sport
We komen op dit moment al kandidaten tekort voor het raadlidmaatschap. Ook daar wordt al enige tijd gediscussieerd over vergoedingen voor het vele werk wat deze mensen in hun vrije tijd verzetten voor de gemeenschap.
Door deze regeling van het kabinet wordt het ook nog eens onaantrekkelijker om de wethoudersfunctie in te gaan vullen. Over een paar jaren zullen we dan ook wel berichten gaan lezen, dat er een schreeuwend tekort is aan wethouders.
Het is net als met veel andere maatregelen die in Den Haag worden vastgesteld, er wordt te weinig rekening gehouden met de gevolgen ervan. Zie het vrijwilligerswerk in zijn algemeenheid. We roepen een stimuleringsmaatregel vrijwilligerswerk in het leven, omdat er te weinig vrijwilligers zijn. Aan de andere kant maken we het de vrijwilligers - met het uitbreiden van de regelgeving - vervolgens bijna onmogelijk om zijn taak fatsoenlijk uit te voeren.
We moeten eens iets beter gaan nadenken over de consequenties van maatregelen, die vanachter een bureau verzonnen worden.
A. de Vries / ambtenaar
Ik mag toch hopen dat deze maatregel ook geldt voor ministers, gedeputeerden en kamerleden? Of blijft daar alles bij het oude? Het is toch de gek om te denken dat iemand die uit een publieke functie komt ineens niet meer geschikt zou zijn voor een normale baan? Het is al heel mooi dat ze wachtgeld krijgen ook al nemen ze vrijwillig ontslag. Een ander krijgt ook geen WW als hij vrijwillig ontslag neemt. En om dik betaalde wethouders nu te gaan vergelijken met vrijwilligers, zoals Martie Jeuken doet, gaat wel erg ver!
Els Boers / adviseur lokaal bestuur
Er ligt een probleem bij de wethouders, denkt men en op detailniveau wordt de wet aangepast. Het echte probleem is dat de gemeenten (nog steeds) niet of te weinig de werkgeversverantwoordelijkheid op zich nemen. Een wethouder dus verplicht ondersteunen met het weer aan het werk komen, net zoals een gemeente dat behoort te doen bij top-ambtenaren. Positieve benadering op een menselijke leest gestoeld.
Hans / afdelingsmanager
Er is geen enkel argument dat er voor pleit dat wethouders een betere sociale zekerheid zouden moeten hebben dan (top) ambtenaren. Wethouders hoeven niet aan functie-eisen te voldoen om de baan te krijgen, worden goed belooond, kunnen wel makkelijker ontslagen worden, maar daar staat veel meer macht en handelingsvrijheid tegenover.
Door forse gemeentelijke herindeling (minimaal 50.000) inwoners en het beperken van het aantal zetels kunnen we in de toekomst met veel minder mensen toe.
Door de goedwerkende 3 kringenleer van Thorbecke weer te hanteren kan concurrentie tussen overheden onderling fors worden beperkt en zal iedere schoenmaker dwingen bij zijn leest te blijven. Kunnen we gelijk af van al die nutteloze beleids-, markt- en communicatiestrategieen en dito uitgaven.
Besturen hoort gewoon rechtvaardig en streng te zijn, maar ook betrouwbaar en saai te zijn. Heel simpel.
Advertentie