‘We startten de omgevingsvisie in de snackbar’
Burgemeester Martijn Dadema is het boegbeeld van de gelauwerde gemeente Raalte. Burgerparticipatie is voor ‘s lands op één na beste bestuurder geen bestuurlijk kunstje, maar reden van bestaan als burgemeester. ‘Je komt hier om dienstbaar te zijn.’
Raalte en burgemeester twee handen op één buik
Het kabinet van koning Willem-Alexander aan de telefoon. Zijne majesteit de koning is ter ore gekomen dat Raalte ‘het anders doet’, en zijn secretariaat wil graag een afspraak maken voor een bezoek aan het gemeentehuis. ‘We hadden een paar jaar geleden al tegen elkaar gezegd dat het leuk zou zijn als we de koning konden laten zien wat wij hier doen’, zegt burgemeester Martijn Dadema (44). Maar ja, toekomstmuziek. ‘En dan gebeurt het echt!
Achteraf hoor je dat zijn adviseurs onze werkwijze hadden opgehaald tijdens gesprekken bij Binnenlandse Zaken en met commissarissen. De zaadjes die we hadden uitgezaaid, waren tot bloei gekomen.’ En alsof het koninklijk bezoek aan het gemeentehuis in de Zwolsestraat begin december van het afgelopen jaar nog niet genoeg was, werd Raalte vorige week door Binnenlands Bestuur uitgeroepen tot de best bestuurde decentrale overheid. Burgemeester Dadema werd en passant bestempeld als ‘s lands op één na beste bestuurder.
Vakgenoten prijzen de GroenLinks-burgemeester om zijn betrokkenheid en stemmers zeggen dat hij voor iedere inwoner klaarstaat. Van de gemeente Raalte wordt gezegd dat ze ‘op een open en eigentijdse manier haar inwoners bij allerlei aangelegenheden in de gemeente betrekt. De Overijsselse gemeente is op het gebied van inwonersparticipatie ‘een voorbeeld voor andere gemeenten’, aldus het juryrapport.
‘s Avonds na de prijsuitreiking in het Brabantse Oss was er in Raalte gewoon een raadsvergadering, waarna met een hapje en een drankje werd gevierd dat de Sallandse gemeente in de prijzen was gevallen. ‘De prijs is een erkenning voor de politiek; jullie moed wordt beloond.’ Maar daarbij blijft het niet. Burgemeester Dadema: ‘We gaan voor alle medewerkers een borrel organiseren. Je mag er trots op zijn dat je hier werkt. We hadden het er ook met het koninklijk huis over: we willen een plenair afscheid, zodat iedereen zich trots kon voelen dat de koning speciaal naar Raalte is gekomen om kennis te nemen van ons werk. De trots over het bezoek van de koning en de prijs van Binnenlands Bestuur vergroten de aantrekkingskracht van Raalte op een krimpende arbeidsmarkt. We hebben de laatste jaren al het effect van ons goede imago gemerkt. We hebben fantastisch leuke mensen binnengekregen, van wie je denkt: wat doe jij hier? Zij zeggen: “Waarom niet?”’
Verbondenheid
Raalte (37.500 inwoners) en haar burgemeester lijken twee handen op één buik. Raalte is in de woorden van De Stentor in zijn verslag van de prijsuitreiking niet voor niets ‘de gemeente van burgemeester Martijn Dadema.’ Van? ‘Je moet daar niets bijzonders in lezen’, lacht de burgemeester van Raalte, ‘maar ik voel wel een enorme verbondenheid met mijn gemeenschappen. Ik hoor terug dat die verbondenheid omgekeerd is. Ik geloof dat ik hier echt pas, maar uiteindelijk ben ik wel een passant. Het is heel goed om je dat te realiseren. Je komt hier om dienstbaar te zijn aan de gemeenschap. Raalte is niet dienstbaar aan mij, aan wat ik wil of aan mijn carrière. Als je dat nou constant voor ogen houdt, dan ben je ook niet dienstbaar aan regels of procedures, maar aan wat de inwoners constant willen. Door dat voorop te stellen, en dat hebben we de afgelopen jaren gedaan, win je een prijs.’
Zo gemakkelijk is het om van je gemeente de best bestuurde decentrale overheid te maken? ‘Ja, ik denk het uiteindelijk wel’, zegt Dadema, zonder omhaal van politiek- correcte praat. ‘Die prijs winnen is natuurlijk een tweede, maar als de ambtelijke organisatie dienstbaar is, de dienstverlening vanuit de inwoner denkt en niet vanuit het systeem en raad en wethouders niet hun eigen politieke profiel laten gelden maar het belang van de inwoners voorop stellen en dat ook uitstralen, dan kom je écht in verbinding met de samenleving en word je daarvoor beloond.’ Door een vakblad dat, laten we zeggen, niet op de toog bij café De Gouverneur ligt.
‘Maar Raalte weet heel goed dat we in de prijzen zijn gevallen’, weet burgemeester Dadema daags na de uitverkiezing. ‘Vraag maar bij de bakker of in de Albert Heijn. Ik was net op een school en daar wisten de leerlingen het ook. In de vierhoek bevolking, ambtelijke organisatie, raad en college van B en W treffen we elkaar en zijn we allemaal trots op die prijs van Binnenlands Bestuur.’ Nu is het toch wel wat gemakkelijker om de inwoners van Raalte te interesseren voor een ‘doe-democratie’ dan de inwoners van pak ‘m beet Rijswijk.
Dadema: ‘Het is voor een deel anders, maar deels niet. We hebben hier negen gemeenschappen, waarvan het dorp Raalte de grootste is. In de dorpen is een sterke gemeenschapszin, maar tegelijk moet je daar wel aan werken. We zijn de laatste veertig jaar enorm geïndividualiseerd. Je kunt zijn wie je wilt en je maakt je eigen keuzes, maar gemeenschapszin heb je wel nodig. We zijn gemeenschapsdieren. Door constant de verbinding te zoeken, zie je dat de gemeenschapszin hier aan het groeien is. We proberen een kanteling te maken met de participatiesamenleving. Maatschappelijke opgaven die we collectief zien, willen we gezamenlijk oplossen. De overheid zet veel te vaak de aap op zijn schouder. Laat mensen deelnemen. Gebruik de kennis in de gemeenschap en vertrouw mensen en geef ze zeggenschap.’
Zondag open
Mooie woorden, maar wat betekent dat in de praktijk voor de Raaltenaren? Dadema: ‘Nou, we hebben een gesprek gehad over een nieuwe woningbouwlocatie in Luttenberg. Normaal gesproken zegt de overheid: daar gaan die huizen komen. We hebben in samenwerking met Plaatselijk Belang drie opties bekeken. Wat vindt u de beste optie en geef een argument. Van de 2.300 inwoners van het dorp, deden 661 mensen mee aan een internetpeiling. Dan heb je indirect toch heel wat huishoudens te pakken. Er kwam iets uit wat we niet hadden verwacht. We gaan bouwen op een plek die de inwoners willen. Dat moet als overheid toch je doel zijn?’ Daarom zegt Dadema verheugd te zijn dat inwoners en ondernemers de gemeente steeds beter zijn gaan waarderen. De algemene dienstverlening krijgt een 7. ‘Maar er wordt nog steeds geklaagd over openingstijden van het gemeentehuis.’
Tja, we klagen ook als we op zaterdag iets bij Coolblue bestellen en het is er op zondag ‘pas’ na 12 uur. Moet het gemeentehuis van Raalte dan ook maar op zondag open zijn? ‘Ja, misschien wel’, reageert Dadema doodgemoedereerd. Als één van de tien overheidsinstanties doet Raalte mee aan een onderzoek van Berenschot naar wat participatieprocessen succesvol maakt. Raalte heeft een lijst met 24 voorbeelden gemaakt. Wat is volgens de burgemeester het geheim van een succesvol programma?
Martijn Dadema: ‘Dat je het gewoon gaat dóen. Denk wel goed na over hoe je inwoners wilt betrekken en over de plek waar de inwoners zijn – dus niet in het gemeentehuis. En blijf je constant afvragen: bewandelen we de goede weg? We willen met de inwoners in gesprek, maar hoe doen we dat op een goede manier? Een voorbeeld: we zijn bezig met onze omgevingsvisie. We zijn begonnen met interviews in de supermarkt, de voetbalclub, de papierophaal, de snackbar. Hou participatie leuk. Niet van: de gemeente gaat een omgevingsvisie opstellen, want dan loopt iedereen weg. Maar iedereen vindt wel wat van zijn eigen omgeving! Wat vindt u nou belangrijk in Raalte?’
Op die manier zijn er op straat en op het internet zo’n duizend gesprekken met Raaltenaren gevoerd. ‘Daaruit kun je de prioriteiten halen’, zegt Dadema. ‘Vervolgens hebben we de vacature van ‘visiemaker’ gemaakt. 115 inwoners hebben vijf avonden met ons meegedacht. We begonnen met een hapje eten in een dorp. We hebben een zes meter lange horizon gemaakt: zo zien we er in 2040 uit. De ambtsketen en de stropdas blijven thuis en laten de mensen mij vooral Martijn noemen. Je moet ook bescheiden zijn. Ik geloof echt in laagdrempelig bestuur.’
Boegbeeld
En zo werd Raalte de best bestuurde decentrale overheid van ons land en burgemeester Dadema na collega Aboutaleb ‘s lands beste bestuurder. En dan te bedenken dat voor Dadema een glanzende carrière in de diplomatie was weggelegd – ver van de loopgraven en het glazen huis waarin een burgemeester bivakkeert. Wat bewoog hem om na een post bij de Nederlandse missie in New York te verkassen naar Raalte?
Dadema: ‘Ik heb altijd de publieke zaak willen dienen. Bij Buitenlandse Zaken was dat de publieke zaak in andere landen – mensenrechten in Afrika bijvoorbeeld. We kwamen in 2013 terug in Nederland en we wilden de kinderen hier in stabiliteit hun middelbare school laten doen. Vanuit GroenLinks werd mij in die tijd gevraagd of ik niet wethouder wilde worden. Een gemeente vroeg of ik dat wilde doen, maar dat paste mij niet. Ik had helemaal niet zo scherp voor ogen hoe belangrijk een burgemeester voor een samenleving is, maar ik voelde wel dat ik meer een bestuurder dan een politicus ben. Een vriend appte toen: heb je dat gezien, Raalte? Je hebt nog vijf dagen. Ik dacht: dat is ook bijzonder. In de schijnwerpers staan en boegbeeld van vernieuwing kunnen zijn in de gemeente waar je bent opgegroeid. Raalte zocht iets nieuws, iets anders en toch iets vertrouwds.’
Dadema bleek een natuurtalent. Derde bestuurder in 2018 en nu tweede in 2019. Is Raalte daarmee niet te klein voor hem geworden? Begin vorig jaar kopte De Stentor niet toevallig: ‘Mag burgemeester Martijn Dadema van Raalte naar Deventer gaan?’ Hij ging niet. Dadema: ‘Er komt natuurlijk een moment dat ik vertrek, maar het idee dat het een stap vooruit is om naar Deventer, Zwolle of Amsterdam te gaan, stuit mij tegen de borst. Mag ik niet tevreden zijn met wat ik heb en enthousiast zijn om door te gaan? Ik krijg bij iedere vacature wel een appje of er wordt in mijn oor gefluisterd: “We zouden het heel leuk vinden als ...”’ Tien jaar geleden zou ik het als ambitieuze diplomaat, die zo snel mogelijk ambassadeur wilde worden, ook niet hebben gezegd, maar is het niet essentieel dat je blij bent met waar je bent? Besturen in Raalte is fantastisch. Waarom zou ik dat ergens anders moeten gaan doen?’
CV
Martijn Dadema (Enkhuizen, 1975) studeerde tussen 1993 en 1998 internationale economie in Nijmegen. Tijdens zijn studententijd werkte hij als adviseur in Gambia. In 1999 ging Dadema in Jemen werken voor het United Nations Development Program. In 2000 vervolgde hij zijn carrière bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. In deze periode rondde hij er ook het diplomatenklasje af. In 2004 werd Dadema internationaal secretaris van Groen- Links en was hij waarnemend voorzitter en vicevoorzitter in 2006. In 2006 greep hij naast een verkiesbare op de lijst van GroenLinks voor de Tweede Kamerverkiezingen. In 2007 werd hij plaatsvervangend permanent vertegenwoordiger voor Nederland bij het VN Milieuprogramma en UNHABITAT in Nairobi. In 2010 verhuisde hij naar New York om plaatsvervangend hoofd te worden van de politieke afdeling van de Nederlandse vertegenwoordiging. In de zomer van 2013 keerde Dadema terug naar Buitenlandse Zaken in Den Haag. Op 15 december 2014 werd hij burgemeester van Raalte.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.