Bezinningsperiode bestuurder moet terug in Gemeentewet
Burgemeesters en wethouders voelen zich steeds vaker gedwongen af te treden voordat duidelijk is wat er precies is gebeurd. Een afkoelingsperiode inlassen zou beter zijn vindt jurist ambtenarenrecht Jan-Willem van Kleef.
Burgemeesters en wethouders stappen na een incident steeds vaker op zonder verantwoording af te leggen. Voordat bestuurders weggestuurd worden of zelf opstappen moet er weer een afkoelingsperiode komen, zoals voor de invoering van de dualisering gebruikelijk was. Dit vindt jurist in het ambtenarenrecht Jan-Willem van Kleef. Hij pleit dan ook voor een aanpassing van de Gemeentewet.
Genoodzaakt op te stappen
Alleen al in 2012 stapten er 105 wethouders op na een conflict. Vaak hielden de bestuurders de eer aan zichzelf zonder dat er volledige helderheid over de gang van zaken kwam. Volgens Van Kleef is dit een trend. ‘De cultuur is dat er meteen naar verantwoordelijken wordt gezocht en de bestuurder zich genoodzaakt voelt om op te stappen. Beter zou zijn om eerst uit te zoeken wat er is gebeurd en daar lering uit te trekken.’
Burgemeester Bats van Haren
Volgens Van Kleef stappen te veel goede bestuurders te snel op omdat ze zich gedwongen voelen. ‘Een fout maakt een persoon nog geen slechte bestuurder,’ benadrukt hij. Van hem had burgemeester Bats van Haren bijvoorbeeld ook niet hoeven opstappen. ‘De discussie over wat er is gebeurd en waar de verantwoordelijkheden liggen is daardoor compleet om zeep geholpen,’ zegt de jurist.
Onderzoek verdwijnt in la
‘Het is duidelijk dat er van alles is misgegaan in Haren. Maar Bats kreeg ook onvoldoende steun. Hij is aan zijn lot overgelaten, in de steek gelaten. De korpschef hield zich afzijdig en het hoofd van de Veiligheidsregio hielp hem niet. Daar is vervolgens een lijvig rapport over verschenen, nu is het moment om daarover te discussiëren. Maar op het moment suprême gaat de burgemeester weg. Niemand leert hier nu nog wat van, het rapport verdwijnt ergens in een la.’
Afkoelingsperiode
In de tijd voor de invoering van de Dualiseringswet , toen de wethouder nog tot de gemeenteraad behoorde, kon die bij een conflict niet zomaar opstappen. Er werd eerst een afkoelingsperiode van twee weken ingelast. Zo was er voor iedereen bedenktijd voordat de bestuurder met een motie van wantrouwen weggestuurd kon worden. Een regeling die volgens Jan-Willem van Kleef zo weer in de Gemeentewet opgenomen kan worden.
Carrières kapot
‘Een moment van bezinning kan geen kwaad. Mensen worden geknakt, carrières kapot gemaakt en vergeet niet dat er vervolgens ook uitkeringsgelden uitgedeeld moeten worden,’ zegt de jurist. ‘Meteen opstappen is de weg van de minste weerstand, je ziet het nu in Haren gebeuren en er zijn meer van dit soort voorvallen in het land geweest. De discussie wordt in de kiem gesmoord.’
Maar terug naar het pleidooi van Van Kleef: Inderdaad, het zou goed zijn als de raad weer wordt verplicht een belangrijk besluit als het opzeggen van het vertrouwen (eigenlijk het op staande voet ontslaan) van een wethouder of het opzeggen van het vertrouwen in een burgemeester weer in twee afzonderlijke vergaderingen met een tussentijd van ten minste twee weken plaats zou gaan vinden. Hebben de raadsleden ook even de tijd om de gevolgen na te gaan:
- stel je voor dat ik 's-morgens onbekommerd naar mijn werk ga en 's-avonds thuis kom met een ontslag op staande voet omdat mijn baas mij onverwacht niet meer aardig vond?
- wat kost dat de gemeente en dus de gemeenschap eigenlijk de burgemeester of een of meer wethouders ontslaan?