Valse start met Kamminga in Utrecht
Met de aanstelling van VVD’er Jan Kamminga als informateur voltrekt zich in de provincie Utrecht een onvervalst staaltje oude politiek. Als ex-bestuurder met een geschonden blazoen krijgt Kamminga hiermee meer dan hem toekomt.
Door Kamminga te vragen de vorming van een nieuw college van GS voor te bereiden, geeft de Utrechtse VVD blijk van een wereldvreemdheid die niet meer van deze tijd is. De andere gekozen partijen zitten blijkbaar in dezelfde ivoren toren, want de fractievoorzitters stemden unaniem met Kamminga’s aanstelling in.
Vorig voorjaar ontsnapte Jan Kamminga aan strafvervolging wegens meineed. In een civiele procedure stelde de rechtbank in Utrecht in 2008 vast dat de VVD’er als commissaris van de koningin in Gelderland in 2001 ‘een onjuiste en onware mededeling’ had gedaan. Drie getuigen hadden in deze zaak onder ede tegen Kamminga verklaard. Kamminga noemde deze verklaringen, ook onder ede, ‘onjuist’, maar zei eveneens dat hij zich de exacte gang van zaken niet kon herinneren. Daardoor was er volgens Justitie uiteindelijk ‘onvoldoende bewijs’ om hem wegens meineed voor de strafrechter te brengen.
In de zaak waar het om ging, heeft Kamminga zich laten gelden als een leugenachtige en dus onbetrouwbare bestuurder. In 2001 was de provincie Gelderland verwikkeld in een fraudeschandaal rond het evenementenbeleid. Als commissaris van de koningin dwong Kamminga de toenmalige PvdA-gedeputeerde Wim Scheerder om terug te treden. Hierbij vertelde hij dat de minister de gedeputeerde zou schorsen als deze zich niet vrijwillig zou terugtrekken. Dit bleek een aperte leugen. Waarbij Kamminga de pech had dat, jaren later, drie personen bereid waren om onder ede te bevestigen dat de commissaris Scheerder wel degelijk met dit verzonnen verhaal onder druk had gezet.
De uitspraak van de civiele rechter heeft de Gelderse Staten destijds nadrukkelijk aan het denken gezet. Hoewel Kamminga toen alweer ruim 3 jaar uit Gelderland was vertrokken, gaven de Staten eind 2008 unaniem hun steun aan een ‘motie van treurnis’, waarmee expliciet afstand werd genomen van de handelwijze van de gewezen commissaris. Het was het maximale dat de Staten, inclusief Kamminga’s eigen VVD, na het vertrek van hun voormalige boegbeeld nog konden doen.
Op de website van de provincie Utrecht lijkt het alsof al het hierboven genoemde zich nooit heeft afgespeeld. De Utrechtse VVD-lijsttrekker Remco van Lunteren zegt op deze site over Kamminga: ‘Als voormalig commissaris van de koningin van Gelderland is hij goed bekend met de provinciale politiek en in staat zich er boven te plaatsen.’ Het zijn kwalificaties die Kamminga op grond van zijn besmette reputatie niet verdient. In Gelderland zal de VVD beslist niet op de gedachte zijn gekomen om Kamminga te vragen voor een rol als informateur. Het is bizar dat de VVD’er in de buurprovincie wel als zodanig aan de bak komt.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.